ARRONDISSEMENTSRECHTBANK. In 1765 gebouwd als herenhuis op de plaats, waar vroeger de Duitse orde een commanderij bezat (een gevelsteen in de zijgevel herinnert hieraan). In 1838 in gebruik genomen als gerechtshof, sinds 1876 arrondissementsrechtbank. Hoofdgebouw met twee vleugels aan het Hofplein gelegen. De boogvormige façade van geslepen baksteen, met onderdelen van Bremersteen. Hardstenen omlijsting van de ingang en het middenraam. Driehoekig fronton boven de middenpartij van de gevel. Gesmeed ijzeren raamhekken en dakvensters met roedenverdeling in de vorm van een rad. Hardstenen stoepbordes en idem lantaarnpalen. Inwendig: Audientiezaal; gesneden deuren in Lodewijk XV trant, twee dessus-de-portes, stucplafond Lodewijk XV en schoorsteenomlijsting. Voor deze zaal vervaardigde wandtapijten door Leyniers te Brussel (1765). Raadkamer: schoorsteenomlijsting en grisaille met wapen, XVIIId. Bodekamer: geschilderd behang in de trant van A. Schouman. Boven de deur alliantiewapen van J.A. v.d. Perre en J. v.d. Brande, XVIIId. Op de verdieping: Presidentskamer: gesneden deur en dessus-de-porte, schoorsteen met grisaille, wellicht van P. Gaal. XVIIId. Kamer substituut:griffier: schoorsteen met stucwerk en dessus-de-porte, XVIIIc. Parket officier: houten betimmering en marmeren schoorsteenomlijsting met grisaille door D. v.d. Aa, 1770. Parket substituut-officier: lijstwerk, schoorsteenmantel met spiegel, XVIIIb-c, drie dessus-de-portes in grisaille. Kamer Rechter-Commissaris: eenvoudige schoorsteen met schilderstukje, XVIIId. Bibliotheek: Eikehouten bibliotheekbetimmering met vazen en eikenhouten betimmerd plafond, XVIIId. Practizijnskamer: twee schoorsteenstukjes en dessus-de-porte, XVIIId. Wachtkamer: schoorsteen met grisaille, XVIIId.