In hoofdzaak 19e eeuws, in schoon metselwerk opgetrokken gesloten hoeve onder met rode Hollandse en muldenpannen gedekte zadel- en wolfdaken. Het geheel bestaat uit: a. een uit 1839 daterend woongedeelte zonder verdieping onder zadeldak met schild; een 2-ruits venster, een deur met bovenlicht en gesneden kalf, en vier 4-ruits vensters in de voorgevel; een 6-ruits zoldervenster in de zijgevel; drie (vernieuwde) 6-ruits vensters in de achtergevel; haaks hierop aan de achterzijde; b. een bij de restauratie in 1979 vrijwel geheel vernieuwde schuur (thans woonbestemming) onder zadeldak met wolfeind; de achtergevel is door middel van een muur met poort verbonden met de achtergevel van: c. een grote, vijf traveeën lange, tweebeukige schuur onder wolfdak en met vlechtingen in de eindgevels; drie stel dubbele deuren in de lange gevel aan de binnenhof, benevens een verkleinde, getoogde deuropening met schuifdeur; aan de voorzijde is de schuur door: d. een poortgebouw onder zadeldak verbonden met het woongedeelte; in de poort een steen met het jaartal 1863. e. Een losstaand bakhuis onder zadeldak tussen puntgevels met vlechtingen; in een der kopgevels een steen met het jaartal 1877 boven de deur.