Leensterweg 1, Ulrum

Inleiding

Gereformeerd KERKGEBOUW, gebouwd in een mengeling van Neo-Renaissance- en Berlagiaanse bouwtrant onder architectuur van L. Reitsma, vader van de architect E. Reitsma. De oorspronkelijke zaalkerk is in 1901 gebouwd door aannemer H. Poel en omstreeks 1926 uitgebreid met een dwarsschip in dezelfde stijl, ook door architect L. Reitsma. Tijdens deze uitbreiding zijn de preekstoel en het orgel verplaatst naar de westelijke zijgevel. Het orgel is van Van Dam uit Leeuwarden, vervaardigd in 1889. In de loop der jaren hebben er nog enkele uitbreidingen plaatsgevonden aan de achterzijde van de kerk, waaronder een ontmoetingscentrum (omstreeks 1978). Deze latere toevoegingen vallen buiten de bescherming van rijkswege. In de jaren vijftig hebben de vensters nieuwe glas-in-lood gekregen. Bij de kerk heeft een oude pastorie gestaan. Deze is na 1945 afgebroken en vervangen door een nieuwe.

De kerk is beeldbepalend gelegen op de hoek van de Leensterweg en de Schapenweg.

Omschrijving

Gereformeerde KERK opgetrokken in een roodbruine baksteen op een trasraam van gesinterde steen met bruin geglazuurde bovenrand. De gevels worden gesierd door witgepleisterde gevelbanden. Het gebouw heeft een samengesteld zadel-wolfsdak met nieuwe dakpannen. Het dak wordt omsloten door een houten goot op dubbele klossen. Onder de goot loopt een boogfries van rode baksteen met witgepleisterde vlakjes. Het dwarsschip heeft aan de beide uiteinden een tuitgevel met getrapte tuit. De hoekpilasters van de voor- en achtergevel hebben gepleisterde bekroningen.

Midden voor is een torendeel uitgebouwd waarin een voorportaal met entree. Het portaal is afgezet met een gepleisterde bies op aanzetstenen die eindigt in een gevelsteen met de namen van de dominee, de ouderlingen en diakenen en de architect met de aannemer. Aan weerszijden van de vernieuwde toegangsdeur met halfrond bovenlicht bevinden zich twee gevelstenen. Op de ene staat "gebouwd" op de andere "1901". Bovenin de gevel van het torendeel bevinden zich twee rondboogvensters van glas-in-lood en sierankers.

De toren heeft een spits gedekt met singels op een vierkante grondslag, die overgaat in een achtkantige. Het achtkantige deel is deels gepleisterd in bloktandmotief. In het deel van de toren dat de overgang vormt van vierkant naar achtkant zit aan elke zijde een galmgat.

De kerk heeft rondboogvensters met glas-in-lood (jaren vijftig) met gepleisterde sluitsteen in de boog en gepotdekselde onderdorpels van baksteen (3 lagen).

De voorgevel (zuid) heeft een rondboogvenster aan weerszijden van de entree, met daaronder een samengesteld glas-in-lood venster onder een strek met gepleisterde aanzetstenen.

In de westgevel bevinden zich drie rondboogvensters ten oosten en één ten westen van het dwarsschipgedeelte. Het dwarsschipgedeelte heeft een vierlichtvenster onder een rondboog met aan weerszijden een rechthoekig glas-in-lood venstertje met strek en in de tuit een klein rondboogvenster. Onder het vierlichtvenster bevinden zich nog eens drie rechthoekige vensters. Aan beide zijden van het dwarsschipdeel is een kleine uitbouw geplaatst onder een schilddak. In de linker uitbouw een toegangsdeur (niet origineel) onder een halfrond bovenlicht met daarboven een gevelsteen met bouwjaar (1901) en bijbeltekst. De rechter uitbouw heeft twee vensters onder een strek.

In de oostgevel bevinden zich twee rondboogvensters. Het aan de oostgevel gebouwde dwarsschip heeft zowel aan de zuid- als noordzijde drie rondboogvensters met daartussen gemetselde steunberen met schuin aflopende gepleisterde vlakken. De oostzijde van het dwarsschip heeft een vierlichtvenster onder een rondboog met gepleisterde aanzet- en sluitstenen. Aan weerszijden van de raampartij bevindt zich een steunbeer met een rondboogvenster ernaast. Bovenin de tuit zit een klein rondboogvenster.

De noordgevel heeft in de loop der tijd verschillende uitbreidingen gekend, die niet worden meegenomen wegens onvoldoende kwaliteit.

Met uitzondering van de entree met consistoriekamer, hal en trapopgang, verkeert het INTERIEUR nog in vrij gave staat. Van belang zijn onder meer de in een halve cirkel opgestelde houten kerkbanken op ijzeren poten (oorspronkelijk bruin geverfd in kamtechniek), het dak met boogspanten en ijzeren trekstangen en luiken, de originele ijzeren kroonluchters, de tribune met houten banken, de fraai gedecoreerde orgelkas en het van oorsprong 1-klaviers orgel met aangehangen pedaal van de fa. Van Dam uit Leeuwarden, gemaakt in 1889. Gerestaureerd en uitgebreid met een tweede klavier en een vrij pedaal door de fa. Mense Ruiter uit Groningen.

Waardering

Gereformeerde kerk van algemeen cultuur- en architectuurhistorisch belang

- als voorbeeld van een nieuwe gereformeerde kerk na het samengaan van de dolerenden en afgescheidenen in 1892

- vanwege de opvallende vormgeving in Neo-Renaissancistisch-Berlagiaanse trant

- als goede representant van het oeuvre van de architect L. Reitsma

- vanwege de vrij hoge mate van gaafheid van het ex- en interieur

- vanwege de beeldbepalende ligging aan de hoofdstraat van Ulrum

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
509489
Provincie
Plaats

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Kerk Religieuze gebouwen Kerk en kerkonderdeel oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Leensterweg 1 9971 EA Ulrum Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Religieuze gebouwen Kerk en kerkonderdeel Zaalkerk
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
D 2120 Ulrum
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1901 1901 vervaardiging
1926 1926 dwarsschip in dezelfde stijl door L. Reitsma verbouwing
Ambachten
Name Beroep Notitie
Reitsma, L. ; Groningen II architect / bouwkundige / constructeur
Naar boven