Omschrijving

Voormalige PASTORIE met aangebouwde SCHUUR, ontworpen in 1925. De pastorie is opgetrokken in Interbellum-architectuur en bestaat uit deels in gepleisterde en deels in roodbruine klinkers opgetrokken gevels, op een trasraam van bruine klinkers. De gebroken mansardekap, die is gedekt met een rood geglazuurde tuile du Nord, heeft een houten goot op klossen, en op de nok een gemetselde schoorsteen en twee pirons. De hoofdentree bevindt zich aan de noordwestzijde en bestaat uit een houten paneeldeur met ovale glasruit en decoratief lijstwerk, tussen twee gekleurde glas-in-loodzijlichten onder een houten luifel; boven de luifel een samengesteld bovenlicht onder een gepleisterde latei; voor de entree een gemetselde stoep (drie treden). Aan weerszijden van de entree bevindt zich een driezijdige erker met drie glasruiten onder bovenlichten met kruisvormige roedenverdeling. In het dakvlak erboven, twee in het dak verzonken houten dakkapellen met samengesteld venster met horizontale roeden onder een lessenaarsdakje. De beide zijgevels (zuidwest en noordoost) hebben elk twee vensters met bovenlicht met kruisvormige roedenverdeling onder een gepleisterde latei en in de topgevel twee openslaande vensters met horizontale roedenverdeling. De achtergevel (zuidoost), die ongepleisterd is, heeft in het midden een doorgetrokken geveldeel onder een plat dak met goot op klossen, waarin een deur onder een rollaag, een keldervenster met horizontale roeden en rollaag, een openslaand venster met horizontale roeden en rollaag, en een klein samengesteld venster; rechts van het doorgetrokken geveldeel openslaande deuren (oorspronkelijk een venster) met bovenlichten met kruisvormige roedenverdeling en links ervan een aangebouwde schuur. In het dakvlak twee in het dak verzonken houten dakkapellen met samengesteld venster met horizontale roeden onder een lessenaarsdakje, en een houten dakkapel met plat dak en samengesteld zesruits venster.

De in roodbruine baksteen opgetrokken SCHUUR onder een plat dak is aan de zuidwestzijde deels gepleisterd en heeft een paneeldeur met ovaal kijkgat en bovenlicht met kruisvormige roedenverdeling en een gemetselde stoep, en een zesruits venster; in de achtergevel een w.c. venster met rollaag. In 1957 is de schuur uitgebreid met een aanbouw aan de achterzijde, die buiten de bescherming valt.

In het INTERIEUR zijn ondermeer van belang: in de vestibule de tochtdeur met boven- en zijlichten met gekleurd glas-in-lood en de tegelvloer in honingraatpatroon; in de hal het gestucte plafond met rozet en de houten trap met hoofdbaluster en leuning met spijlen; in de woonkamers de zwart marmeren en houten schouwen, de suitedeuren en de gestucte plafonds met rozet.

Voormalige pastorie uit 1925 van algemeen belang vanwege cultuur- en architectuurhistorische waarde

- als voorbeeld van een hervormde pastorie uit 1925 in Interbellum-architectuur

- vanwege de verzorgde vormgeving met aardige detaillering

- vanwege de vrij hoge mate van gaafheid van het exterieur

- vanwege de functionele en ruimtelijke relatie met de ernaast gelegen kerk

- vanwege de karakteristieke ligging aan de doorgaande weg, midden in het dorp