Mariënburgklooster, 's-Hertogenbosch
Inleiding.
Het franciscanessenKLOOSTER "Mariënburg" van de "Zusters van de Sociëteit van Jezus, Maria en Jozef" met KAPEL, is gelegen aan de oostelijke zijde van de Sint Janssingel. Aan de zuidzijde sluit het gebouw aan op de kweekschool (Complexonderdeel 2).
Het klooster is gesitueerd op het terrein van een ouder kloostercomplex, waarvan de -in 1929 ingrijpend verbouwde- kapel (oorspronkelijke bouwdatum 1488) nog resteert. Het huidige Mariënburgklooster werd gebouwd in 1897-1899, naar ontwerp van architect J. van Groenendaal. In 1928 werd het klooster uitgebreid met een vleugel aan de achterzijde en een Noviciaat en Postulaat, aansluitend op de noordoostelijke hoek van het hoofdgebouw. Deze vleugel sloot aanvankelijk aan op een bij het Mariënburgklooster behorend (nu gesloopt) gebouw aan de Uilenburg, architect S.J. Slootmakers. Deze uitbreidingen werden uitgevoerd naar ontwerp van architect Ch. Estourgie. Het klooster werd opgetrokken in een Neo-Gotische stijl. Het gebouw is inwendig gedeeltelijk gemoderniseerd. In de achtervleugel is de dispositie met name op de bovenverdiepingen bij een verbouwing uit 1979 gewijzigd. Het voormalig noviciaat en postulaat is inwendig sterk gemoderniseerd.
Omschrijving.
Het kloostergebouw bestaat uit het hoofdgebouw met een globaal rechthoekige plattegrond, met aan de achterzijde hiervan de dwars hierop geplaatste kapel met T-vormige plattegrond. Aansluitend op de noordoostelijke hoek van het hoofdgebouw een langgerekte vleugel voor het Noviciaat en Postulaat met een L-vormige plattegrond, die een verbinding vormt tussen het hoofdgebouw en de Walpoortkapel. Ten zuiden van de kapel een in plattegrond geknikte rechtervleugel van het klooster. Hoofdgebouw en achtervleugel tellen drie bouwlagen plus soutterain onder zadeldak, gedekt met respectievelijk leien en verbeterde Hollandse pannen. Het Noviciaat en Postulaat telt twee bouwlagen onder een samengesteld schilddak, gedekt met verbeterde Hollandse pannen. Boven de kapel een hoge dakruiter, bekleed met zink en leien. Gevels in baksteen met speklagen. De rijk gedetailleerde voorgevel van het hoofdgebouw heeft drie brede risalieten (van drie vensterassen), waarvan de meest linkse met een Dordtse gevel, bekroond met een natuurstenen bol, de overige met van boognissen voorziene tuitgevels, bekroond met een dubbele kruisbloem. In de tussenliggende gevelpartijen smallere, minder vooruitspringende risalieten, aan de bovenzijde afgesloten door dakkapellen met topgevel. In de voorgevel kruisvensters met zesruits bovenlichten en onder tweeruits ramen. Hierboven ontlastingsbogen met polychroom metselwerk in strengperssteen in de boogtrommels. In de risalerende middenpartij de hoofdingang met opgeklampte houten paneeldeur met smeedijzeren sierbeslag in een spitsboogportiek. In het midden van de sober uitgevoerde achtergevel van het hoofdgebouw de driezijdig gesloten kapel met aan weerszijden van het koor tweelaags, plat afgedekte uitbouwen met rechthoekige plattegrond voor de sacristie en de bloemsacristie. In de koorsluiting spitsboogvensters met drielichten. In de sacristiegedeelten drielichtvensters onder een segmentboog. In de borstwering van het venster op de verdieping siermetselwerk. Tegen de meest rechtse sacristieaanbouw een octogonale traptoren met spits. In de achtergevel rechts van de kapel smalle spleetvensters. In het dakschild dakkapellen met stolpvensters.
De achtervleugel van het klooster bestaat uit een vijf vensterassen tellend, dwars op het hoofdgebouw geplaatst tussenlid en een schuin hierop geplaatst, hoger opgetrokken bouwdeel. In de dakschilden brede dakkapellen. Links in het langgerekte, schuin geplaatste deel een risaliet met tuitgevel. Hierin de hoofdtoegang van de achtervleugel in een rondboogportaal, bereikbaar via een bakstenen trap. Ter hoogte van het souterrain vensters met twee zesruits ramen. Op de bel-etage rondboogvensters met driedelige ramen en bovenlicht met kleine roedenverdeling. Daarboven kruisvensters met kleine roedenverdeling. In de topgevel boven drie zesruits vensters en geheel boven een spleetvenster. Dezelfde vensterindeling in de noordelijke gevel en de kopgevel aan de Uilenburg. De kopgevel heeft geheel rechts een travee met vier smalle verticale muurnissen, waarin smalle éénruits vensters. In de noordelijke gevel van de achtervleugel links, ter hoogte van het trappenhuis drie smalle, trapsgewijs klimmende verticale muurnissen met smalle eenruits vensters. Tweelaags aanbouw onder plat dak. Het noviciaat/postulaat heeft in het oostelijke dakschild een langgerekte dakkapel over bijna de gehele gevelbreedte. De zuidelijke gevel van het L-vormige bouwdeel heeft twee vooruitspringende partijen: in het midden een drie traveeën tellend bouwdeel waarin een hoger opgetrokken middenpartij met topgevel. Geheel rechts de vooruitspringende topgevel van de oostelijke vleugel. Deze wordt afgesloten door een natuurstenen lijst, bekroond met een kruis. Het noviciaat/postulaat is voorzien van kruisvensters, op de benedenverdieping met zesruits bovenlichten, op de eerste verdieping met vierruits bovenlichten. In de oostelijke vleugel rechts een vijf vensterassen tellend terugliggende gevelpartij. Ter plaatse van de trappenhuizen muurnissen met twee smalle verticale laddervensters. Op de zuidoostelijke hoek van het Noviciaat/Postulaat een beeldnis met Mariabeeld.
Inwendig heeft het hoofdgebouw een centrale hal met netgewelven op granieten kolommen met bladkapitelen. Gang langs de achtergevel. Hierachter de kapel met basilikale opbouw. Zeven traveeën met gestucte bakstenen kruisribgewelven. Driedelige opstand: scheiboogarcade, galerij en lichtbeuk. Altaar en glas-en-loodramen dateren van na de Tweede Wereldoorlog. Ook zijn de oorspronkelijke kleurstellingen in de na-oorlogse periode gewijzigd. In de achtervleugel een centrale gang langs de noordelijke gevel. Hierin op de begane grond kruisgewelven in schoon metselwerk. Verder in het hoofdgebouw en achtervleugel onder meer trappen met smeedijzeren leuningen en tegellambriseringen, diverse bewerkte paneeldeuren.
Waardering.
Het Mariënburgklooster is van algemeen belang. Het klooster bezit cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een geestelijke en sociaal-economische ontwikkeling. Het klooster vormt een illustratie van de ontwikkelingen in het onderwijs rondom 1900 en de belangrijke rol die de katholieke congregaties hierin in 's-Hertogenbosch hebben gespeeld. Het klooster heeft architectuurhistorische waarde als bijzonder voorbeeld van de Neo-Gotische stijl, karakteristiek voor katholieke kloosters en internaten rond 1900. Het gebouw neemt voorts een belangrijke plaats in in het oeuvre van de architecten J. van Groenendaal en Ch. Estourgie. Daarnaast heeft het klooster architectuurhistorische waarde vanwege de verzorgde neo-Gotische detaillering. Het Mariënburgklooster is van belang als bijzondere uitdrukking van een stede bouwkundige ontwikkeling: het illustreert de ruimtelijke ontwikkeling en schaalvergroting aan de rand van de oorspronkelijke Middeleeuwse stad vanaf het einde van de negentiende eeuw. Het Mariënburgklooster is van belang vanwege de situering, verbonden met de ontwikkeling van de stad na de opheffing van de vestingstatus en vanwege het belang van het klooster voor het aanzien van de historische binnenstad. Tot slot is het klooster goeddeels gaaf bewaard gebleven en hierdoor een zeldzaam voorbeeld van de katholieke component in de hoofdplaats van het bisdom 's-Hertogenbosch.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding.
Het kloostercomplex "Mariënburg" bestaat uit het Neo-Gotische franciscanessenKLOOSTER met kapel van de "Zusters van het Gezelschap Jezus, Maria en Jozef", architect J. van Groenendaal 1897-1899. Het is in 1928 uitgebreid met een vleugel aan de achterzijde en een Novicaat en Postulaat aansluitend op de noordoostelijke hoek van het klooster, architect Ch. Estourgie. Ernaast ligt de voormalige KWEEKSCHOOL voor onderwijzeressen, waarin op eigentijdse wijze wordt aangesloten op het bestaande Neo-Gotische klooster, architect Ch. Estourgie 1925. Aan de Walpoort ligt nog de onderbouw van de in oorsprong middeleeuwse kloosterkapel, welke in 1929 is gewijzigd en voorzien van een verdieping.
De geschiedenis van het Mariënburgklooster gaat terug tot de Middeleeuwen. Vanaf de 15de eeuw was op deze lokatie een gelijknamig klooster gesitueerd, waarvan de in 1929 ingrijpend verbouwde kapel (bouwdatum 1488-1491) nog deels resteert. Dit Middeleeuwse kloostercomplex was, in tegenstelling tot het 19de-eeuwse klooster, gesitueerd aan en georïenteerd op de Uilenburg: de hoofdbebouwing was gericht op de binnenstad. Het voormalige Mariënburgklooster had een L-vormige plattegrond, bestaande uit een aantal kloostergebouwen langs de Uilenburg en een haaks hierop geplaatste zuidelijke vleugel. Aan de noordzijde van het kloosterterrein bevond zich de kapel aan de Walpoort. Het 19de-eeuwse Mariënburgklooster maakte deel uit van een cluster van klooster- en scholencomplexen tussen de Sint-Janssingel en de Postelstraat. De in 1928 opgetrokken achtervleugel van het Mariënburgklooster vormde een verbinding tussen het klooster aan de Sint-Janssingel en het nu gesloopte kloostercomplex aan de Postelstraat.
De ontwikkeling van het Mariënburgklooster in het begin van de 20ste eeuw is nauw verbonden met de ontwikkelingen die zich in deze periode in het onderwijs voordeden. Door de groei van het aantal lagere scholen, met name na de invoering van de leerplichtwet in 1900, nam de vraag naar onderwijzend personeel toe. Dit leidde tot de opbloei van het aantal kweekscholen. In 's-Hertogenbosch was vanaf 1860 de Rijkskweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen aan de Papenhulst gevestigd.
De bisschop en de geestelijkheid van 's-Hertogenbosch waren echter fel gekant tegen deze openbare kweekschool en bewerkstelligden de overplaatsing van de Rijkskweekschool naar Nijmegen en de oprichting van een tweetal katholieke kweekscholen. Voor de opleiding van onderwijzers kwam er een Bisschoppelijke Kweekschool aan de Sint Josephstraat.
Voor meisjes was er sinds het einde van de 19de eeuw een kweekschool met internaat voor onderwijzeressen in het Mariënburgklooster ondergebracht. In 1925 werd deze kweekschool ondergebracht in een daartoe bestemde nieuwbouw aan de zuidelijke zijde van het klooster. In 1931 werd het complex verder uitgebreid met een gebouw voor de R.K. Huishoud- en Industrieschool voor meisjes (dit laatstgenoemde object komt niet in aanmerking voor bescherming). Het complex is gelegen op hoek Sint Janssingel-Berewoutstraat, aan de westrand van de binnenstad van 's-Hertogenbosch. Het complex is gesitueerd langs de tot Singelgracht omgevormde rivier de Dommel, aan de oostzijde van de voormalige vestinggracht. Het klooster en de schoolgebouwen bezitten markante afmetingen en zijn karakteristiek voor de schaalvergroting aan rand van de middeleeuwse stad na de opheffing van de vestingstatus van 's-Hertogenbosch.
Omschrijving.
Het complex is gelegen op een globaal trapeziumvormig terrein, dat wordt begrensd door de Sint Janssingel (westzijde), de Walpoort (noordzijde), de Uilenburg (oostzijde) en de Berewoutstraat (zuidzijde). De voorzijde van het kloostercomplex is gelegen langs de Sint Janssingel en vormt een langgerekte gevelwand. Hierin ligt links het hoofdgebouw van het klooster uit 1897-1899. Achter het hoofdgebouw de eveneens uit 1897-1899 daterende kapel. Rechts hiervan de in 1925 gebouwde kweekschool, die via een enigszins terugliggend tussenlid met portaal op het klooster aansluit. Op de hoek Sint Janssingel - Berewoutstraat ligt de in 1931 gebouwde Huishoud- en Industrieschool (vervallen), met een markante afgeschuinde hoekbebouwing, waarin de hoofdtoegang van het schoolgebouw. Achter de langs de Sint Janssingel gesitueerde bebouwing is een grote kloostertuin gelegen. Aan de achterzijde van het klooster een aansluitende, dwars op het klooster geplaatste geknikte vleugel uit 1929, die tot aan de Uilenburg loopt.
Op de noordoostelijke hoek van het klooster ligt een globaal L-vormige vleugel voor het Novicaat en Postulaat van het Mariënburgklooster, aansluitend op de zuidelijke gevel van de 15de-eeuwse kapel aan de Walpoort.
Waardering.
Het complex van het Mariënburgklooster is van algemeen belang. Het complex bezit cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een geestelijke en sociaal-economische ontwikkeling. Het complex vormt een illustratie van de ontwikkelingen in het onderwijs rondom de eeuwwisseling en de belangrijke rol die de katholieke congregaties hierin in 's-Hertogenbosch hebben gespeeld. Het complex is voorts van belang als bijzonder voorbeeld van een bouwtype: klooster met bijbehorende kweekschool. Het complex heeft architectuurhistorische waarde als staalkaart van de ontwikkelingen in de katholieke klooster- en schoolarchitectuur vanaf de eeuwwisseling tot de jaren '30 van de 20ste eeuw. Het kloostercomplex is daarnaast van belang als bijzondere uitdrukking van een stedenbouwkundige ontwikkeling: het illustreert de ruimtelijke ontwikkeling en schaalvergroting aan de rand van de oorspronkelijke middeleeuwse stad vanaf het einde van de negentiende eeuw. Het complex van het Mariënburgklooster bezit ensemblewaarde vanwege de bijzondere situering, verbonden met de ontwikkeling van de stad na de opheffing van de vestingsstatus en vanwege het belang van het kloostercomplex voor het aanzien van de historische binnenstad. Tot slot is het kloostercomplex goeddeels gaaf bewaard gebleven en hierdoor een zeldzaam voorbeeld van de katholieke component in de ontwikkeling van de hoofdplaats van het bisdom 's-Hertogenbosch.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Klooster | Religieuze gebouwen | Klooster, kloosteronderdl | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Sint Janssingel | 90 | – | 5211 DA | 's-Hertogenbosch | – | – | Ja |
Sint Janssingel | 92 | – | 5211 DA | 's-Hertogenbosch | – | – | – |
Sint Janssingel | 94 | – | 5211 DA | 's-Hertogenbosch | – | – | – |
Sint Janssingel | 96 | – | 5211 DA | 's-Hertogenbosch | – | – | – |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | G | 8292 | – | 's-Hertogenbosch |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1488 | 1488 | Betreft bouw kapel | verbouwing |
1897 | 1899 | Betreft klooster | vervaardiging |
1928 | 1928 | Betreft klooster | verbouwing |
1929 | 1929 | Betreft kapel | verbouwing |
1979 | 1979 | Betreft klooster | verbouwing |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Groenendaal, J.H.H. ; Noord-Brabant | architect / bouwkundige / constructeur | – |
Estourgie, Charles ; Noord-Brabant | architect / bouwkundige / constructeur | – |