Villa Anna, Horst
Inleiding
Vrijstaande VILLA "Villa Anna" gebouwd in 1913 naar ontwerp van de Venlose architect Henri Seelen in opdracht van de textielfabrikant Theo Rutten. Het huis werd vernoemd naar diens echtgenote Anna van Daal.
De villa in traditionalistische stijl met eclectische elementen kenmerkt zich door een blokvormige opbouw en naar de neorenaissance verwijzende kapvorm met sierhekjes en door gebogen wisseldorpels. De detaillering van glas-in-lood en houtwerk sluit aan bij de art nouveau. De villa is gelegen aan een ruim opgezette straat aan de rand van het oude dorpscentrum van Horst.
Omschrijving
De deels onderkelderde VILLA is opgetrokken op een samengesteld grondplan en telt twee bouwlagen en een zolderverdieping. De kap bestaande uit een samengesteld, afgeplat schilddak en aangekapt zadeldak over het risaliet met tuitgevel. Een rechthoekige uitbouw aan de achterzijde is platgedekt. De schilden zijn belegd met leien in Maasdekking, de daken worden met smeedijzeren sierhekjes in art nouveaustijl bekroond. In het dak bevinden zich enkele dakkapellen met rechthoekige stolpramen onder vierruits bovenlicht en leigedekte schilddakjes bekroond met zinken pironnen. De afwatering vindt plaats via omlopende witgeschilderde geprofileerde bakgoten op geornamenteerde houten consoles die rusten op een uitgemetselde lijst en een deels in rode verblendsteen uitgemetseld gootfries.
De gevels met plint zijn gemetseld in baksteen in kruisverband en worden horizontaal geleed door in rode verblendsteen en vormsteen uitgemetselde water- en cordonlijsten. In de gevels zijn overwegend rechthoekige vensters met veelruits bovenlicht toegepast. Opvallend zijn de segmentboogvormige wisseldorpels in de ramen van de voorgevel. De hardstenen onderdorpels van de ramen zijn opgenomen in de gemetselde waterlijst. Aan de bovenzijde bezitten de ramen hardstenen lateien met oren waarboven zich gemetselde segmentbogen bevinden voorzien van hardstenen boogstenen. De boogtrommels zijn onversierd.
De asymmetrisch opgezette VOORGEVEL heeft geheel rechts een smal ver terugliggend geveldeel met de entree. De hoofdpartij heeft een linker beuk afgesloten met een tuitgevel met schouderstukken. Over de eerste bouwlaag loopt een driezijdige houten erker op gemetselde onderbouw, afgesloten met een goot op klossen en voorzien van een balkon met smeed- en gietijzeren balustrade. De drie zijden zijn gevuld met vensters zoals beschreven, met ongedeelde onderramen. Naar het balkon leiden dubbele balkondeuren, met ongedeelde ruiten.
In de top van de tuitgevel een stolpvenster en de gevel wordt afgesloten met een overhoeks uitgemetselde toppilaster bekroond met windvaan voorzien van het bouwjaar van de villa.
De rechter beuk heeft in de plint twee kelderlichten met decoratief traliewerk, in de eerste en tweede bouwlaag vensters zoals beschreven, waarbij die in de eerste bouwlaag als schuifvenster en in de tweede bouwlaag als stolpvenster zijn uitgevoerd. Een hardstenen trap van zes treden leidt naar de boven de plint gesitueerde ingangspartij. De trap is van een smeedijzeren leuning voorzien en boven de deur bevindt zich een met leien gedekte luifel op smeedijzeren console. De deur heeft net een segmentboogvormig gebogen kalf en meerruits bovenlicht gelijk de vensters. De dubbele segmentboogvormige paneeldeur is voorzien van glaspanelen met traliewerk. In de tweede bouwlaag is een hardstenen cartouche aangebracht met krulwerk en op gouden letters de naam van de villa.
De RECHTER ZIJGEVEL telt drie vensterassen in het hoofdvolume, met kelderlichten en stolpvensters in de eerste en tweede bouwlaag. Het venster geheel links in de eerste bouwlaag (vestibulevenster) is breder en bestaat uit drie gekoppelde ramen gevuld met glas-in-lood met gestileerde florale motieven. In de zijgevel van de platgedekte achterbouw bevindt zich eenzelfde groot drielicht en rechts ervan de dienstingang met oorspronkelijke deur en bovenlicht, die wordt bereikt via een bordestrap met smeedijzeren balustrade.
De ACHTERGEVEL van deze aanbouw heeft rechts drie smalle, enkelruits vensters onder vierruits bovenlichten. Voor de gevel loopt een niet oorspronkelijke hellingbaan, die links tegen de diensttrap aansluit. De hoek tussen uitbouw en hoofdvolume is gevuld door een met tegels belegd terras, met afgeronde hoeken en een uitwaaierende hardstenen trap naar de tuin. Terras en de trap zijn voorzien van een zware hardstenen balustrade in 18e eeuwse trant. De dubbele tuindeur heeft grote ongedeelde ruiten en een veeldelig bovenlicht. Op de verdieping bevinden zich van links naar rechts een balkondeur en drie stolpvensters.
De LINKER ZIJGEVEL van de keukenaanbouw heeft een deur met dubbel glaspaneel, onder veelruits bovenlicht. De zijgevel van het hoofdvolume heeft rechts een vijfzijdige serre die gedetailleerd is vergelijkbaar met de erker in de voorgevel. Naar het balkon op het plat leiden dubbele balkondeuren onder een veelruits bovenlicht. Links van de serre bevindt zich een rechthoekig venster.
De indeling van het INTERIEUR is vrijwel volledig in tact en kenmerkt zich door een tweebeukige opzet, met in de smalle linker beuk woonvertrekken (kamers-en-suite), en in de bredere rechter beuk ontvangstruimten en entree, waarbij de dwars in de beuk geplaatste vestibule met haardpartij opvalt. Achter de gang en in de aanbouw bevinden zich de dienstruimten en op de verdieping de slaapvertrekken.
Het pand bezit een rijk interieur dat uit het eerste kwart van de twintigste eeuw dateert, met onder meer vrijwel alle oorspronkelijke binnendeuren met in art nouveautrant uitgevoerde omlijstingen, een fraai geornamenteerde houten bordestrap, vloeren belegd met grijs, zwart en wit marmeren tegels, schoorsteenmantels in wit marmer en in zwart met groen marmer, tochtdeuren met bewerkt glas en diverse gepolychromeerde stucplafonds. De voormalige keuken en spoelkeuken hebben een blauw betegelde vloer.
Waardering
De VILLA aan de Gasthuisstraat is van architectuurhistorische waarde als gaaf en goed voorbeeld van een rijk uitgevoerde villa uit het begin van de twintigste eeuw. Het pand valt op vanwege esthetische kwaliteiten in het ontwerp en door de toegepaste traditionalistische stijl met eclectische elementen en invloeden uit de art nouveau. Het goed bewaard gebleven interieur onderstreept de monumentale waarde van het pand en kenmerkt zich onder meer door een ruim opgezette en fraai gedecoreerde vestibule met trappenhuis en salon die met terras en trappartij naar de tuin opent. Het pand is een karakteristiek werk binnen het oeuvre van de architect Seelen, die in Limburg omstreeks 1900 een omvangrijke hoeveelheid villa's ontwierp.
De villa heeft situeringswaarde als karakteristiek onderdeel van de kern van het dorp Horst, waar de villa vanwege grootte en verschijningsvorm een beeldbepalende rol speelt.
De villa heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uiting van een sociaal-economische en industriele ontwikkeling, als rijk uitgevoerde fabrikantenwoning herinnert de villa aan de hier aanwezige en bloeiende textielindustrie en is alszodanig representatief voor de wooncultuur van een welvarende bovenlaag. Op grond van deze waarden bezit het pand algemeen belang.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Woonhuis | Woningen en woningbouwcomplexen | Woonhuis(K) | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Gasthuisstraat | 14 | – | 5961 GB | Horst | – | – | Ja |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | D | 5170 | – | Horst |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1913 | 1913 | – | vervaardiging |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Seelen, H. ; Limburg | architect / bouwkundige / constructeur | – |