Inleiding

Landelijk pand zonder verdieping onder omgaand zadeldak met hoekschoorstenen waarvan twee met bord. Omgaande gootlijst. Zesruitsvensters.

Inleiding

Landelijk pand, waarin twee woningen onder een schilddak met forse hoekschoorstenen, waarop borden. Omgaande gootlijst.

Het Hoge Huis. Voormalig Rechthuis. Pand bestaande uit twee evenwijdige bouwlichamen ieder onder zadeldak met schilden boven de zijgevels; op de hoeken schoorstenen.

Keuterij naar Oldambtster boerderijtype met drie "krimpen" in de zijgevel. Forse schoorsteen met bord boven het voorschild van het brede zadeldak. Zesruitsvensters.

Blokvormig geheel onderkelder pand met een verdieping onder omlopend zadeldak met vier hoekschoorstenen, waarop borden. Omlijste ingang met originele deur en versierd bovenlicht bereikbaar langs stoep met gesmede hekken. Zesruitsvensters, tweeruits keldervensters.

NOORDER SCHATHUIS aan het voorplein. Langgerekt gebouw met haaks op de achtergevel aangebouwde schuur, beide gedekt door schilddaken.

DUIVENTOREN op het achtererf van het noordelijke schathuis. Vierkant bakstenen bouwwerk onder pannengedekt schilddak waarin een dakkapel aan de voorzijde. Het eigenlijke duivenverblijf kraagt ver uit op een houten balkconstructie (19e eeuw).

BRUG OVER SLOTGRACHT. Houten brug op jukken, voorzien van een opklapbaar gedeelte in het midden en ijzeren leuningen, welke laatste ter lengte van het opklapbare gedeelte zijn onderbroken en verbonden door kettingen (brug voor 1839, leuningen tussen 1839 en plm. 1885).

VOORHOF voor de borg, tesamen met deze laatste een eiland vormend in de slotgracht. De huidige vorm met afgeschuinde hoeken aan de voorzijde is voor 1839 ontstaan na verwijdering van de onderstukken van overigens reeds in 1781 afgebroken hoektorentjes.