Inleiding

Dubbel WOONHUIS gebouwd in 1933 naar een ontwerp van bouwkundig ingenieur J.H. van den Broek uit Rotterdam in een Functionalistische stijl in opdracht van R.J. Boosman. Van den Broek was een oom van de vrouw van de opdrachtgever. Het eerste ontwerp, een woonhuis met plat dak, was in de ogen van de gemeente te extreem. Als tussenoplossing koos de architect nu voor een zadeldak met een flauwe helling. Opvallend is dat de architect gebruik heeft gemaakt van een deels vrije, gespiegelde plattegrond. In het rechter woonhuis zijn in het interieur zelfs nog de originele kleuren blauw, geel en rood aanwezig. Het pand dat is opgetrokken in baksteen is pas later witgeverfd. Aan het schuurtje van het linker woonhuis is later een volume aangebouwd; deze aanbouw komt wegens te geringe ouderdom niet voor bescherming van rijkswege in aanmerking.

Het dubbele woonhuis is opvallend gelegen in het gebied Tusschendiepen, dat zal worden voorgedragen als beschermd gezicht.

Omschrijving

Het deels onderkelderde, dubbele WOONHUIS op nagenoeg rechthoekige plattegrond bestaat uit een twee bouwlagen hoog volume onder overkragend flauw hellend zadeldak met aan de voorzijde een één bouwlaag tellend volume onder overkragend lessenaardak, alle daken worden gedekt met grijze muldenpannen. Aan de achterzijde zijn twee SCHUURTJES onder flauw hellend zadeldak aangebouwd. Het dubbele woonhuis heeft witgeschilderde (niet-origineel) gemetselde gevels op een grijsgeschilderd (niet-origineel) gemetseld trasraam; aan de achterzijde twee roodbakstenen schoorstenen; deels zinken mastgoot; strakke houten windveren. De gevels worden geleed door liggende en staande tweedelige vensters onder rollaag met onderdorpel van rode steen.

In de voorgevel (westzijde) van het één verdieping hoge volume twee samengestelde vierdelige staande vensters en twee samengestelde driedelige staande vensters, deels met roedenverdeling. In de voorgevel van het twee verdiepingen hoge volume twee samengestelde zes vensters en twee samengestelde tweedelige vensters.

De entree van de linker woning bevindt zich in de topgevel aan de noordzijde en bestaat uit een gladde houten deur met segmentvormig kijkgat, waarvoor een niet-originele stoep met leuning van ronde ijzeren profielen en een stalen overkapping en wand waarin draadglas. Aan de rechterzijde van de entree een liggend tweedelig venster waarboven een liggend tweedelig venster; aan de linkerzijde van de entree een liggend venster en een vierzijdige houten uitbouw waarin gezandstraald glas, die doorloopt tot en met de eerste verdieping. In de top een rond venster met roedenverdeling en rollaag rondom. In de terugspringende noordgevel van het één verdieping hoge volume een staand tweedelig venster.

In de achtergevel (oostzijde) op de begane grond twee samengestelde driedelige staande vensters deels met roedenverdeling en twee samengestelde H-vensters. Op de eerste verdieping een balkon dat doorloopt over de gehele wand. Het balkon bestaat uit een betonnen vloer rustend op ijzeren I-profielen met niet-originele balustrade, waarachter vier dubbele houten balkondeuren waarin glas met boven- en tweedelig staand zijlicht. Aan weerszijden van de achtergevel is een schuurtje aangebouwd.

De entree van de rechter woning bevindt zich in de topgevel aan de zuidzijde en heeft een identieke gevelopbouw als de noordgevel. De drie treden hoge stoep en de grijze tegelvloer voor de entree zijn echter oorspronkelijk en aan de rechterzijde van de entree bevindt zich nog een staand venster. In de terugspringende zuidgevel van het één verdieping hoge volume een staand tweedelig venster.

De twee SCHUURTJES op rechthoekige plattegrond hebben witgeschilderde (niet-origineel) gemetselde gevels op een grijsgeschilderd (niet-origineel) trasraam en worden gedekt door een flauw hellend zadeldak waarop grijze muldenpannen; zinken mastgoot; strakke houten windveren. In zowel de noord- en zuidgevel van het linker schuurtje als de noord- en zuidgevel van het rechter schuurtje een opgeklampte tweedelige houten deur met ijzeren gehengen en liggend tweeruits zijlicht onder rollaag. Aan het linker schuurtje een niet-originele aanbouw (niet beschermd).

In het INTERIEUR zijn ondermeer van belang: de indeling van de deels vrije plattegrond, de houten paneeldeuren met houten omlijsting (op nummer 17 bekleed), in beide hallen de grijze tegelvloer, de spiltrap (met houten leuning op nummer 15) en de dubbele houten paneeldeuren met roedenverdeling en gezandstraald glas, in beide woonkamers de glazen wand met houten schuifdeur.

Waardering

Dubbel woonhuis met aangebouwde schuurtjes van algemeen belang vanwege architectuur- en cultuurhistorische waarde:

- als voorbeeld van een dubbel woonhuis uit 1933 in de provincie Groningen in een Functionalistische stijl

- vanwege de opvallende functionele vormgeving en detaillering

- vanwege de vrij hoge mate van gaafheid van zowel exterieur als delen van het interieur

- als vroeg voorbeeld van het oeuvre van J.H. van den Broek

- vanwege de opvallende ligging in het gebied Tusschendiepen, dat zal worden voorgedragen als beschermd gezicht

- als één van de weinig vooroorlogse Functionalistische ontwerpen in de provincie Groningen