Molenstreek 312, Veendam
Inleiding
ELEKTRICITEITSCENTRALE met KANTOOR, BERGRUIMTE, MACHINEHAL, WERKPLAATS, SCHAKELHUIS en TRANSFORMATORHUIS, gebouwd in 1900-1901 in een Overgangsstijl met Chaletstijl elementen. Het bedrijf werd geëxploiteerd door de Eerste Nederlandsche Electriciteits Maatschappij (ENEM). Toen het bedrijf niet rendeerde, namen de gemeenten Veendam en Wildervank samen met een groep particulieren het bedrijf in 1905 over, onder de naam NV Electriciteits Maatschappij Veenkoloniën (EMV). In1969 werd het overgenomen door het Electriciteitsbedrijf Groningen en Drenthe (EGD). Sinds een aantal jaren is het pand in gebruik als verzamelpand voor kleine bedrijven. In 1948 wordt het magazijn op de verdieping, boven het kantoor, veranderd in een dienstwoning. In 1957 is het pand aan de noordwestzijde uitgebreid met een kantoorruimte (een bouwlaag hoog), op de plek waar voorheen een schoorsteen stond. In 1970 is de indeling van de plattegrond deels gewijzigd en kwam aan de noordwestgevel van het kantoor een extra entree. In 1995 is deze extra entree voorzien van een nieuwe trapopgang naar de bovenwoning en kregen de diverse ruimten een andere functie. Ondanks wijzigingen is het complex als geheel nauwelijks aangetast.
Het complex is markant gelegen aan de Molenstreek die het Oosterdiep verbindt met het A.G. Wildervanckkanaal, vlak aan de voormalige NOLS-spoorlijn. Voor de centrale een aantal monumentale kastanjebomen.
Omschrijving
ELEKTRICITEITSCENTRALE bestaande uit een hoofdgebouw met een aantal aangebouwde bijgebouwen. Het twee bouwlagen hoge HOOFDGEBOUW met kantoor en dienstwoning, is opgetrokken in een roodbruine baksteen op een iets uitspringend trasraam van roodbruine klinkers met een natuurstenen afdekplaat. Het metselwerk wordt verlevendigd door gevelbanden van groen- en geel geglazuurde baksteen. Het schilddak met steekkap, gedekt met een grijze kruispan, heeft een geprofileerde goot op klossen en eronder een fries van decoratief metselwerk. De gevels worden geleed door getoogde enkelvoudige of samengestelde vensters met natuurstenen onderdorpels, onder een segmentboog met natuurstenen aanzetstenen.
De voorgevel (noordoost) heeft op de begane grond een driestrooks venster met zijlicht onder een over het zijlicht doorgetrokken segmentboog met natuurstenen aanzetstenen; een vijfzijdige erker onder een aangekapt schilddakje met mastiek en goot op klossen, waarin een samengesteld kozijn met vijf ramen met bovenlichten. Op de verdieping twee vensters (oorspronkelijk openslaand) met getoogd tweeruits bovenlicht. Midden in het dakvlak een gemetselde dakkapel, die overgaat in het iets uitspringende gevelvlak met blind getoogd venster met segmentboog en natuurstenen aanzetstenen. De dakkapel heeft een overstekende steekkap (zadel) steunend op decoratieve houten consoles; windveren met decoratieve makelaar, decoratief houten beschot; een hijsbalk; getoogd zesruits venster onder een segmentboog met natuurstenen aanzetstenen; gevelband van siermetselwerk aan de beide zijkanten.
In de noordwestgevel op de begane grond een dubbel, getoogd H-venster met horizontale roeden, een driestrooksvenster en een (nieuwe) entreepartij (oorspronkelijk een zijlicht aan het driestrooksvenster); op de verdieping twee openslaande vensters met getoogd tweeruits bovenlicht en openslaande balkondeuren met getoogd tweeruits bovenlicht, een houten balkon op decoratieve consoles met hekje van hout en regels van buisstaal(niet origineel), een hijsbalk onder een zadeldakje. In de zuidwestgevel op de verdieping drie getoogde venster (oorspronkelijk openslaand) met tweeruits bovenlicht, en een deur.
In de zuidoostgevel op de begane grond een getoogd H-venster (oorspronkelijk zesruits) en op de verdieping een getoogd venster (oorspronkelijk openslaand) met tweeruits bovenlicht. Aan de zuidoostgevel een twee bouwlagen hoge uitbouw met plat dak, waarin aan de noordoostzijde de hoofdentree, bestaande uit een paneeldeur met deurlicht, onder een getoogd bovenlicht met segmentboog met natuurstenen aanzetstenen; op de verdieping een venster (oorspronkelijk openslaand) met getoogd tweeruits bovenlicht.
Links aan het hoofdgebouw een twee bouwlagen hoge BERGRUIMTE, opgetrokken in een roodbruine baksteen op een iets uitspringend trasraam van roodbruine klinkers, met natuurstenen dekplaat. Het gebouw heeft gevelbanden van groen- en geel geglazuurde baksteen; gemetselde lisenen met decoratief muizentandfries; een gebogen, met mastiek bekleed dak, met goot op klossen.
In de noordoostgevel op de begane grond vijf paar dubbele getoogde deuren, onder een segmentboog met natuurstenen aanzetstenen, waarvan er vier later zijn dichtgemetseld en een vervangen is door een hoge nieuwe schuurdeur; op de verdieping vijf getoogde zesruitsvensters (waarvan één later is ingekort tot vierruitsvenster) onder een segmentboog met natuurstenen aanzetstenen. In de noordwestgevel twee (vernieuwde) getoogde vensters. In de zuidoostgevel een klimmend fries van siermetselwerk; een paar getoogde, later dichtgemetselde dubbele deuren en een getoogd zesruitsvenster, beide met segmentboog en natuurstenen aanzetstenen. Aan de zuidoostgevel een aangebouwde WERKPLAATS opgetrokken in dezelfde materialen als het hoofdgebouw en de bergruimte. De werkplaats heeft een schilddak, gedekt met een grijze kruispan, een goot op klossen en twee zinken pirons. Aan de noordoostzijde een dubbele houten deur onder een getoogd, tweedelig tweeruits bovenlicht, en twee getoogde vensters met tweeruits bovenlicht. Aan de zuidoostzijde drie driestrooksvensters tussen gemetselde lisenen met decoratief muizentandfries. Aan de zuidwestgevel een uitgebouwd privaat onder een plat dak met goot op klossen, en aan de zuidwestzijde twee getoogde vensters en een deur (oorspronkelijk een venster?) onder een getoogd bovenlicht. Alle vensters en deuren hebben een segmentboog met natuurstenen aanzetstenen.
Aan de zuidwestgevel van de bergruimte is over de hele breedte een MACHINEHAL gebouwd, opgetrokken in dezelfde materialen als de andere gebouwen. Het zadeldak, gedekt met een grijze kruispan, heeft strakke windveren en een geprofileerde goot. De zuidoostgevel van het magazijn heeft lisenen en een opklimmend fries; in de gevel een paar openslaande deuren met deurlichten, onder een getoogd driedelig bovenlicht; dubbele paneeldeuren met deurlichten en een getoogd driedelig bovenlicht; in de topgevel een venster met rondboogvormig bovenlicht. In de zuidwestgevel vijf getoogde driestrooksvensters tussen gemetselde lisenen met muizentandfries. Alle vensters zijn voorzien van segmentboog met natuurstenen aanzetstenen.
Aan de achtergevel (noordwest) van de machinehal een aangebouwd SCHAKELHUIS met plat dak en gemetselde schoorsteen, dat aan de zuidwestzijde een aangebouwd transformatorhuis heeft. Aan de zuidwestzijde van het schakelhuis een getoogd H-venster en een getoogd vierruits keldervenster. In de noordwestgevel drie getoogde H-vensters, een vernieuwde deur met getoogd bovenlicht en een ijzeren brandtrap (niet origineel), een getoogde kelderdeur met tweeruits deurlicht en twee getoogde keldervensters. In de noordoostgevel drie getoogde H-vensters; alle vensters en deuren onder een segmentboog met natuurstenen aanzetstenen.
Het TRANSFORMATORHUIS met plat dak heeft aan de zuidoostzijde vernieuwde dubbele deuren onder een getoogd (later dichtgezet) bovenlicht met segmentboog en natuurstenen aanzetstenen; aan de zuidwestzijde drie later dichtgezette deuren (waarvan twee zijn dichtgemetseld).
In het INTERIEUR zijn onder meer van belang: in het kantoor het stucplafond met vierkant rozet; de gang met granito vloer, tegellambrizering met decoratieve tegelrand, afgezet met een geprofileerde lijst, en de paneeldeuren. In de machinehal de ijzeren dubbele Polonceau-spanten; de tegellambrizering in crème en geel, afgezet met een geprofileerde lijst; de gepleisterde pilasters met houten voetstuk waarin Art-Nouveau motieven zijn uitgesneden; de houten trap met aan weerszijden een decoratieve houten trappaal en een houten leuning met opengewerkt ijzeren Art-Nouveau hekwerk. In de bergruimte de gebogen houten spanten met houten dwarsverbindingen en ijzeren trekstangen.
Waardering
Elektriciteitscentrale bestaande uit verschillende, met elkaar verbonden onderdelen van algemeen belang vanwege cultuur- en architectuurhistorische waarde
- als voorbeeld van een elektriciteitscentrale uit 1900/1901 opgetrokken in een Overgangsarchitectuur met Chaletstijl elementen
- als zijnde het eerste voorbeeld van een elektriciteitscentrale in de provincie Groningen
- vanwege de redelijke mate van gaafheid van het exterieur
- vanwege de typologische zeldzaamheid in de provincie
- vanwege de markante ligging aan de Molenstreek naast de spoorlijn
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Nutsbedrijf | Boerderijen, molens en bedrijven | Industrie | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Molenstreek | 312 | – | 9641 KX | Veendam | – | – | Ja |
Molenstreek | 310 | – | 9641 KX | Veendam | – | – | – |
Molenstreek | 314 | – | 9641 KX | Veendam | – | – | – |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | I | 2461 | – | Veendam |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1900 | 1901 | – | vervaardiging |
1948 | 1948 | – | verbouwing |
1957 | 1957 | – | verbouwing |
1970 | 1970 | – | verbouwing |
1995 | 1995 | – | verbouwing |