Schielands Hoge Zeedijk 20, Gouda
Inleiding
De uit 1883 stammende WATERTOREN in Neo-Romaanse stijl is in opdracht van NV Goudsche Waterleiding Maatschappij gebouwd aan de Schielandse Hoge Zeedijk, waar water uit de IJssel werd gewonnen voor de openbare drinkwatervoorziening. De architect J. Schotel (1845-1912), specialist op het gebied van utiliteitsbouw, ontwierp in de periode 1883-1911 zestien watertorens. Kenmerkend voor Schotel is de aandacht die hij besteedde aan vormgeving en detaillering van zijn ontwerpen, waarbij hij de heersende opvattingen en architectuurstromingen volgde. Hierdoor geeft zijn oeuvre een representatief overzicht van de architectonische ontwikkeling die dit type gebouw heeft doorgemaakt in de periode 1883-1911. De Goudse watertoren is zijn vroegste werk in dit genre. Het ontwerp in Neo-Romaanse stijl sluit aan bij de oudste generatie watertorens, die het karakter van een 'chateau d'eau' hebben. Architectonisch vertoont de robuuste Goudse watertoren verwantschap met die te Katwijk (J.W. Schaap, 1877).
Watertorens stonden doorgaans in de directe omgeving van steden (en dus van de afnemers), waardoor een hoge schacht, voor de drukregulatie, niet noodzakelijk was. De relatief brede rechtopgaande torens met vlakbodemreservoirs hebben meestal een iets uitkragende bovenbouw ter plaatse van het reservoir, waarbij de reservoirwand bijna loodrecht in de gemetselde torenschacht staat. De Goudse watertoren, die tot 1993 als zodanig heeft gefunctioneerd, is laatstelijk in 1970 gerestaureerd. Hij is gesitueerd op de Schielandse Hoge Zeedijk en is een duidelijk herkenningspunt langs de westoever van de Hollandsche IJssel, even buiten het centrum van Gouda.
N.B. Het in 1979 aan de oostzijde tot kantoor verbouwde magazijn stamt uit 1974. Het is gebouwd ter vervanging van het oorspronkelijk uit 1906 stammende ketelhuis met schoorsteen en machinekamer en valt evenals de moderne glazen entreedeur van de watertoren aan de noordoostzijde, buiten de bescherming van rijkswege.
Omschrijving
De circa 33 meter hoge ronde watertoren wordt gedekt door een overkragend, flauw hellend tienzijdig tentdak, belegd met koperen platen. Het overstek van de dakranden wordt gedragen door sierlijke houten korbeels. Het dak is omgeven met een goot die ter plaatse van de hoekkepers halfrond zijn verhoogd. Op het dak staat een korte tienzijdige houten lantaarn, eveneens met koperen platen belegd. Het geheel wordt bekrond door een decoratieve smeedijzeren windvaan.
De gevels zijn opgetrokken uit grauwe baksteen in kruisverband, waarbij de plint wordt afgesloten door een afgeschuinde rollaag. De vensters onder rondboogvormige openingen hebben flauw hellende, brede afzaten en en gietijzeren kozijnen met tracering. De toren heeft een driedelige horizontale geleding, bestaande uit een relatief hoog basement, een schacht en - ter plaatse van het reservoir - een iets uitspringend bovendeel. De drie geledingen zijn gescheiden door zware gemetselde waterlijsten, waarvan de onderste wordt gedragen door een rondboogfries dat over het basement rondgaat. Het basement en de schacht zijn verlevendigd door tien rondbogige spaarvelden, waarvan die van het basement gedeeltelijk schuil gaat achter de aanbouw. De spaarvelden van het basement zijn gescheiden door relatief zware muurdammen, die rusten op een plint met afgeschuinde bovenkant. Acht van de tien spaarvelden zijn voorzien van een gekoppeld rondboogvenster met gemetselde afzaten. Aan de noordwestzijde bevindt zich de oorspronkelijke entree, bestaande uit een dubbele achtruits paneeldeur onder een rondbogig, van straalsgewijze roeden voorzien, bovenlicht. Voor de entree ligt een hardstenen stoep van twee treden. Aan de noordoostzijde bevindt zich een moderne deur. De schacht heeft een verticaal accent door de lisenen tussen de rondbogige spaarvelden. Binnen de spaarvelden is om de andere een rondboogvenster aangebracht. De rondbogige beëinding van de spaarvelden gaat op van hardstenen kapitelen, die hoor hun holle onderkant en afgeschuinde bovenzijde het karakter hebben van korte waterlijsten. In de top van elk spaarveld bevinden zich twee gekoppelde halfronde bogen, die in het midden op één kraagsteen samenkomen. In het boogveld erboven is steeds één rond venstertje aangebracht. Het fries is ter hoogte van het reservoir eveneens verdeeld in tien spaarvelden, gescheiden door lisenen. Deze rust op een trapsgewijs uitgemetseld rondboogfries. De rechthoekige spaarvelden worden gedekt door een tandlijst, waarvan elke tand bestaat uit een uitgemetselde strek, gedragen door een kop. De spaarvelden zijn voorzien van twee gekoppelde rondboogvensters.
INTERIEUR De reinwaterkelder bevindt zich onder het maaiveld. Erboven heeft de toren twee gepleisterde verdiepingsvloeren, uitgevoerd als troggewelfjes in gele ijsselstenen met ijzeren profielbalken. In noord- zuidrichting wordt de toren in tweeën gedeeld door een dwarsmuur, die evenals het binnenmuurwerk van de toren afgewerkt is met gewit pleisterwerk. Op de begane grond is het bovenste deel van het muurwerk uitgevoerd als imitatierusticawerk. De dwarsmuur heeft op de begane grond twee grote rondboogvormige openingen. De trap naar de eerste verdieping is een rijk georamenteerde gietijzeren wenteltrap. Aan weerszijden van de dwarsmuur is op de verdieping een houten trap met smeedijzeren balustrade geplaatst, die middels bordessen in rondboogvormige openingen met elkaar verbonden zijn. Op de tweede verdieping fungeert de zoldervloer als lekvloer. De ijzeren balken, die de bodem van het geklonken ijzeren vlakbodemreservoir ondersteunen, worden aan de uiteinden ondersteund door de buitenmuur en genoemde dwarsmuur. Het reservoir heeft een diameter van 11 meter en een inhoud van 1200 m3. De houten kap wordt geschoord door gietijzeren korbeels met cirkelmotief.
Waardering
De watertoren met bijbehorend interieur is van algemeen belang wegens architectuur- en cultuurhistorische waarde als representatief voorbeeld van een watertoren uit het laatste kwart van de 19de eeuw in Neo-Romaansestijl, waarbij water uit de rivier werd gewonnen.
De watertoren met bijbehorend interieur is van algemeen belang wegens architectuurhistorische waarden als representatief voorbeeld uit de oudste generatie watertorens, zware brede torens met ijzeren vlakbodemreservoirs, zonder een sterke uitkraginging ter plaatse van het reservoir. Bovendien neemt de watertoren een wezenlijke plaats in binnen het oeuvre van architect J. Schotel, een belangrijke vertegenwoordiger en specialist op het gebied watertorens.
Het exterieur van de watertoren is grotendeels gaaf wat betreft hoofdvorm, materiaal en detaillering. Ook in het interieur zijn de belangrijkste onderdelen gaaf bewaard gebleven.
Stedebouwkundig is de watertoren van belang vanwege de beeldbepalende situering op de Schielandse Hoge Zeedijk, aan de IJsseloever, even buiten het centrum van Gouda.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Nutsbedrijf | Boerderijen, molens en bedrijven | Industrie | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Schielands Hoge Zeedijk | 20 | – | 2802 RB | Gouda | – | – | Ja |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | F | 3449 | – | Gouda |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1883 | 1883 | – | vervaardiging |
1970 | 1970 | – | restauratie |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Schotel, J. ; Zuid-Holland | architect / bouwkundige / constructeur | – |