Gerestaureerd laatgotisch pand met twee ronde pinakels op de uiterste hoeken en drie overhoekse pinakels op de rechthoekige gevelbekroning. De vensters van de eerste verdieping zijn opnieuw voorzien van kruiskozijnen en zijn met de ontlastingsbogen gelegen in verdiepte geprofileerde korfboognissen. Boven de waterlijst zijn de vier kruiskozijnen van de zolderverdieping eveneens gelegen in geprofileerde boogvelden met een afsluiting in de vorm van gekruiste rondbogen, met punt aangevuld tot Tudorboog. Ronde zoldervensters in de zij-traveeën en in het bovenstuk van de top. Kelderlichten met geprofileerde natuurstenen omlijstingen. Y-ankers. De begane grond is gerestaureerd in achttiende eeuwse vormgeving met door roeden verdeelde schuifvensters. Geprofileerde natuurstenen dorpels. Aan de achterzijde eenvoudige topgevel met vlechtingen.