N.H. KERK. In hoofdzaak van Bentheimersteen opgetrokken driebeukige hallenkerk met rechtgesloten noorderbeuk en driezijdig gesloten midden- en zuidkoor, ontstaan door vergroting in de 15e en 16e eeuw van een laat-romaans basiliekje (ca 1200). De romaanse kerk, waarvan overblijfselen te vinden zijn in de pijlers tussen de drie beuken was volgens het gebonden stelsel uitgevoerd en zeer kort; op een middenbeuk van twee traveeën volgde een rechthoekig koortravee, die wellicht gesloten was met een halfronde basis. Boven ingang zuidkoor opschrift betreffende de eerste steen, gelegd in 1464; op de boog tussen schip en toren jaartal 1538. In buitenzijde hoofdkoor hagioscoop. inwendig: Fragment van een laat-gotisch sacramentshuisje. Belangrijke vroeg-renaissance epitaaf met reliefbeeld van Frederik van Twickelo gest. 1545, afkomstig uit Hengelo en wellicht eertijds deksteen van een graftombe. enkele renaissance herenbanken en orgel 1847. Van de vroegere afsluiting van het kerkterrein resteert een rooster bij de Markt. Orgel met Hoofdwerk, Bovenwerk en vrij Pedaal. in 1846 gemaakt door C.F.A. Naber.