Schurencombinatie, volgens gedenksteentje daterend uit 1892. De zuidoosthoek is opgetrokken uit rode baksteen met gele baksteen rondom de rozetvensters. De overige gevelwanden zijn opgebouwd uit zwart geteerde, gepotdekselde houten delen.

Het dak bestaat uit drie evenwijdig lopende zadeldaken, waarvan de middelste kap iets lager is en de zijkappen zijn afgewolfd. De daken zijn gedekt metgesmoorde hollandse pannen, terwijl een deel van het middelste zadeldak met golfplaat is gedekt.

In de zuidgevel bevindt zich een reeks zwarte houten staldeuren met getoogde bovenlichten met diagonaalroeden. De stalramen bezitten eveneens dergelijke diagonaalroeden.

Het bakstenen gedeelte van de schurencombinatie is voorzien van stalen rozetvensters, getoogde 6-ruits vensters, zwarte houten goederenluiken en boven de dubbele, later ingebrachte inrijdeur een goederendeur op de verdieping. De achtergevel (noord) is voorzien van een zwart houten mendeurstel en een reeks van vijf houten wagendeuren. Ter hoogte van het middelste zadeldak bevindt zich, zowel aan de oost- als aan de westkant een houten mendeurstel met in de topgevel daarboven een halfrond venster met diagonaalroeden. De genoemde gevelopeningen zijn alle voorzien van een witte omkadering. De kopgevels bezitten wit geschilderde bakgoten, deels op geprofileerde klossen.

Van belang als hoofdonderdeel van boerderijcomplex.