Buitenplaats Westhove, Oostkapelle

Inleiding

1: HOOFDGEBOUW.

A. EXTERIEUR: Na verwoesting in 1572 van het grootste deel van het middeleeuwse kasteel (behalve de torens) is vermoedelijk in de 17de eeuw het kasteel in twee bouwlagen baksteen herbouwd; in de 18de eeuw is het kasteel tot een U-vormige plattegrond uitgebreid, met daarin opgenomen twee 15de eeuwse hoektorens; deze torens dragen tentdaken met windwijzers; de oostelijke hoektoren is gedekt met gesmoorde pannen, de westelijke door leien; het zadeldak van de middenpartij is aan de noordzijde eveneens met leien gedekt, de overige aansluitende daken van het samengestelde dak zijn gedekt met gesmoorde pannen; de oostelijke hoektoren is van kantelen voorzien en van een boogfries; ten zuidoosten (als vleugel toegevoegde) aanbouw van één bouwlaag, daterend van omstreeks 1900; ten zuidwesten in de 16de eeuw toegevoegde vleugel van twee bouwlagen; de westelijke hoektoren is in de 16de eeuw verhoogd.

Binnengevels aan de zuidzijde van het U-vormige deel: de zuidoost-vleugel sluit niet op de hoek van de middenpartij aan, maar is iets naar het westen geplaatst; de zuidoostvleugel is geheel gepleisterd links en rechts twee strokendeuren; de tuitgevel aan het eind van de zuidoost-vleugel is blind op een kruisroede-venster onder de kap na; de zuidoost-vleugel heeft aan het noordelijke eind een dakschild met pannen gedekt; de zuidwest-vleugel bestaat uit twee delen van twee bouwlagen met muurankers onder doorlopend zadeldak; tussen beide delen in een natuurstenen hoekketting; rechts daarvan een gedeelte met speklagen en natuurstenen plint; op de b.g. bevindt zich een dichtgezette muuropening waarin nu modern venster, op verdieping Empire schuifraam (2x4); in het meest linkse deel van deze gevel een deurtje omlijst door natuursteenblokken; tuitgevel aan het eind van de zuidwestvleugel blind op een kruisroede-venster op verdieping na; daar toegepast oude grote steen, gesneden voeg, geglazuurde koppen; binnengevel hoofdvleugel centraal 18de eeuwse ingangspartij met dubbele glasdeur en bovenlicht met spaakvulling; links en rechts naast de ingang uit baksteen gemetselde pilasters met kapiteel; boven ingang een Empire venster (2x4), aan beide zijden een soortgelijk raam op de verdieping (met rollaag aan de bovenzijde); op b.g. rechts en links, recht onder de verdiepingvensters, Empire vensters met gebogen strekkenlaag; tussen de Empire vensters vier kleinere stolpramen met gebogen strekkenlaag; metselwerk bestaat tot en met borstwering uit kloostermoppen, daarboven kleine fijne 18de eeuwse baksteen; rechts van de zuidoostvleugel (die zoals bovenvermeld iets uit de hoek is geplaatst) zowel op de b.g. als op de verdieing een getoogd spaarveld; op het dakvlak uiterst rechts, een dakkapel. Tussen de zuidoost- en zuidwestvleugel voor de slotgracht nog restanten van gewelven en metselwerk in oude grote steen met 20ste eeuwse toevoegingen ter bescherming tegen weersinvloeden. De buitengevel van de zuidoostvleugel bestaat uit twee gedeelten; het eerste deel dateert vermoedelijk uit de 18de eeuw, heeft twee bouwlagen, een klein (toegevoegd) venster in de eerste bouwlaag en een in natuursteen gevat oorspronkelijk venster in de tweede bouwlaag; daarnaast twee Empire schuifvensters boven elkaar (2x3). Aansluitend een vermoedelijk uit 1900 "daterend deel van één bouwlaag met daarin drie grote vensters en één klein venster. In buitengevel 16de eeuwse zuidwest-vleugel zes venstertraveeën met Empire schuifvensters (2x4); op het dakvlak één dakkapel; tussen toren en zuid-westgevel rechthoekige uitbouw over twee bouwlagen met daarin drie ruitpatronen boven elkaar van geglazuurde baksteen. Noordgevels en torens van het hoofdgebouw: oostelijke toren is de laagste, min of meer rond, en met pannen gedekt, windwijzer met wapen, toren is voorzien van kantelen en rondboogfries, heeft daar twee schuifvensters (2x3) boven elkaar; westelijke toren is hoger, de toren is voorzien van een rondboogfries, die zich bevindt op een hoogte die iets lager ligt dan de nok van het middendeel, een natuurstenen lijst en een achtzijdige opbouw met wijzerplaat aan de voorburchtzijde ; natuurstenen schietsleuven, metselwerk op de hoeken afwisselend bak- en natuursteen, natuurstenen basementen en kapitelen; op de windwijzer een reiger met een twijg in de snavel; in het achthoekige deel aan vier zijden kleine getoogde vensters met roedenverdeling en op het dak rechthoekige dakkapellen met kruisroeden; in toren kloosterkozijnen met natuurstenen blokken omlijst en natuurstenen dorpels; tevens klein venster onder dakrand, natuurstenen ventilatie-openingen (twee per zijde); het middendeel bestaat uit verhoogde bakstenen ingangspartij, die boven het dak uitkomt, risalerend is, en beneden vlakke bakstenen pilasters op natuurstenen geprofileerde consoles heeft, daarboven rond gemetselde hoekzuilen (met speklagen); natuurstenen horizontale geprofileerde lijst, twee natuurstenen vaasvormige ornamenten op de top, links van de top een gemetselde schoorsteen; op het dakvlak twee getoogde dakkapellen (18de eeuw) met kruisroedevenster; in de risaliet houten dubbele paneeldeur met spaakvulling in bovenlicht; daarboven Empire- schuifvenster (getoogd) en venster met kruisroede erboven; in de beide gevelvelden tussen de torens en verhoogde ingangspartij twee venstertraveeën met Empire schuifvensters (2x4); het gevelveld aan de rechterzijde bevat tussen de risaliet en de toren speklagen, op de b.g. drie Empire vensters getoogd (2x4), op de verdieping twee vensters (2x4), bovenaan enkele metselornamenten van natuursteen en veel verglaasde koppen.

B. INTERIEUR: Vanwege opeenvolgend gebruik als kindertehuis en - thans - als jeugdherberg zijn vele wijzigingen aangebracht; veel bouwsporen die bij de restauratie in de jaren 1976 in het zicht kwamen, zijn thans weer onder pleisterlagen en plafonds aan het zicht onttrokken. Centraal gelegen hal belegd met vierkante marmeren tegels; in oostelijk deel sobere trap, vermoedelijk 19de eeuws; gegroefde 17de eeuwse deur met beslag; links geprofileerde natuur- stenen deurkozijn met daarop pilastertjes en houten deur met oude gehengen; in westelijk deel balkenplafond met sleutelstukken (huidige eetzaal), balken en sleutelstukken thans geschilderd; in westelijke toren gerestau- reerde stookplaats met natuurstenen latei onder strekkenlaag en plavuizen voor de vuurplaats; koepelvormig gewelf in kelderruimte; deze toren bevat uurwerk met wijzerplaat aan de oostzijde (verbinding ontbreekt, dit uurwerk is niet meer in gebruik) vermoedelijk laat 19de eeuws, en windrichtingswijzerplaat van hout in achthoekige vorm. In de achterzaal, die op het zuiden ligt, deur-omtimmering in vermoedelijk laat 18de eeuwse vormentaal; deuren met omgezette lijsten; in bovengang zuidwestelijk deel restanten van oude balklaag met twee sleutelstukjes; eenvoudige houten trap in westelijk deel, vermoedelijk 19de eeuws.

Rechts van het oostelijk bouwhuis stenen trapje naar het water van de slotgracht; gemetselde brug (gedeeltelijk 20ste eeuws werk over oudere kern) tussen voorburcht en kasteel bestaat uit drie bogen; tussen de bogen muurverzwaringen; op de brug smeedijzeren leuningen. Tussen het park en de voorburcht een gemetselde dam in de slotgracht; op de dam gietijzeren leuningen, een smeedijzeren dubbel hek aan het einde, en lagere van voluten voorziene smeedijzeren hekken op stenen voeting langs de voorburcht.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
507929
Complexnaam
Westhove
Provincie
Gemeente
Plaats
Complexomschrijving

OMSCHRIJVING

HISTORISCHE BUITENPLAATS WESTHOVE. Ten westen van het dorp Oostkapelle gelegen omgracht kasteel, oorspronkelijk daterend uit de 13de eeuw; het kasteel was vele eeuwen lusthof van de abten van Middelburg; het middeleeuwse kasteel is in 1572 verwoest, er resten slechts twee vermoedelijk 15de eeuwse hoektorens aan beide zijden van de middenpartij; deze middenpartij is vermoedelijk in de 17de eeuw herbouwd en in de 18de eeuw gewijzigd; haaks op het middendeel de westvleugel uit de 16de eeuw; de westelijke hoektoren is in de 16de eeuw verhoogd; in de 18de eeuw uitbreiding van de middenpartij aan de achterzijde; het één bouwlaag hoge achterste deel van de zuidoostvleugel ontstond vermoedelijk rond 1900. De voorburcht is in de 18de eeuw van zijn muren ontdaan en tegen de twee daar aanwezige 16de eeuwse torentjes zijn twee bouwhuizen geplaatst. De oranjerie, op enige afstand gelegen ten westen van het kasteel en de bouwhuizen, is in de tweede helft van de 18de eeuw gebouwd. Aan de Duinvlietweg (die aan de westzijde van de buitenplaats is gelegen en loopt van de Domburgseweg naar het duingebied) is een rond 1900 gebouwde dienstwoning gelegen.

Het kasteel heeft een belangrijke rol in de vaderlandse en Zeeuwse geschiedenis gespeeld; in de 16de eeuw was Karel V er tweemaal te gast; na de verwoesting in 1572 is het in de 17de eeuw herbouwde kasteel eigendom geweest van de families Boreel, Van Reigersberg, en Van de Perre. Tot de hoge bezoekers behoorden ook stadhouder prins Willem V en koning Willem III.

De bestemming van de buitenplaats is gedurende een aantal eeuwen niet gewijzigd, waardoor het complex als historische factor in landschappelijk en cultuurhistorisch opzicht een bijzonder waardevol element vormt; het kasteel wordt sinds 1889 niet meer particulier bewoond.

De buitenplaats is gelegen op de grens van een zand- en kleibodem.

Het kasteel ligt midden op de buitenplaats met de voorburcht aan de noordzijde. De omgrachting dateert vermoedelijk uit de 17de eeuw; om het kasteel vormt deze een vierkant en tezamen met de gracht om de opstallen op de voorburcht, een rechthoek; daarmee verbonden is een gracht in min of meer rechthoekige vorm die parallel aan de zijden van de eerste rechthoek loopt; het verloop is recht in het oosten, in het zuiden eveneens recht met in het midden een kleine ronding (die vermoedelijk 18de eeuws is), in het westen recht met afgeronde hoeken, en in het noorden in een rechte lijn schuin achter de oranjerie langs naar de voorzijde van de voorburcht; daar staat de omgrachting in verbinding met de slingervijver in het park.

Tuin en parkaanleg met zowel rechte bomenlanen ten oosten en ten noorden van het kasteel, welke vermoedelijk dateren uit de 17de eeuw, als een uit de 19de eeuw daterende en vermoedelijk door de Zocher-familie ontworpen, landschappelijke aanleg op licht golvend open terrein ten noorden van het kasteel met slingerende driearmige vijver en slingerende waterlopen, met op de zichtassen vanuit het kasteel aan de noordzijde van de vijver een markante stenen brug, die vermoedelijk dateert uit het begin van de 19de eeuw en aan de westzijde in de vijver een iets verhoogd eiland met een bolling in het midden; op de gazons enkele solitair geplaatste bomen alsmede boomgroepen; aan de randen boomcoulissen; de slingerpaden in de bospartijen ten noordwesten van de vijver dateren vermoedelijk uit het begin van de 19de eeuw, die ten oosten van de vijver en van het kasteel, zijn voor een deel, wat beloop betreft, uit het begin van de 19de eeuw, doch deels ook zeker wat de bestaande beplanting betreft van rond het jaar 1900; naar de grenzen van de buitenplaats dichtere bossen; de beplanting bestaat voornamelijk uit loofhout met daaronder een deel van de zgn. Manteling van Walcheren; dit is een natuurlijk eikenbos dichtbij de zeekust op het oudste deel van Walcheren, dat als een mantel beschutting biedt tegen de noordenwind. Op het voorplein tussen het kasteel en de beide bouwhuizen een vermoedelijk vijfhonderd jaar oude lindeboom. Aan de oostzijde van de buitenplaats en aan het begin van de eikenlaan vanaf de Domburgseweg een laat 18de eeuws toegangshek in Lodewijk XVde stijl met natuurstenen pijlers en smeedijzeren hekken.

Aan het eind van de 18de eeuw waren op de buitenplaats een hermitage en een belvedère aanwezig, waarvan geen sporen zijn terug gevonden; de hermitage lag vermoedelijk in de zuid-oost hoek van de buitenplaats, de belvedère was op een van de hoogste duintoppen gelegen.

Aan de zuidzijde is de buitenplaats begrensd door de Domburgseweg, die loopt van Oostkapelle naar Domburg, aan de noordzijde tot aan het rijwielpad in het duingebied van de Noordzee nabij de Manteling; aan de oostzijde is de begrenzing gelegen direct links van de Wulpendreef, de laan achter het 18de eeuwse toegangshek, en aan de westzijde direct rechts van de Duinvlietweg.

De ten zuiden van het kasteel en de oranjerie recent aangelegde Hortus Zelandiae (heemtuin) is voor de bescherming niet relevant.

Op de bij de omschrijving behorende kaart is de omgrenzing van het complex alsmede de aanduiding van de onderdelen aangegeven.

De historische buitenplaats Westhove is in cultuurhistorisch opzicht van belang, vanwege: - het vermoedelijk uit de 17de eeuw daterende kasteel met vermoedelijk 15de eeuwse hoektorens, dat in de 18de eeuw uitbreiding heeft ondergaan, waarvan de vorm, de plattegrond en de gevels karakteristiek zijn voor de tijd van ontstaan; dat architectuurhistorisch belangrijk is, typologisch waardevol is, alsmede zeldzaam en authentiek, en visueel de kern van de buitenplaats vormt; - de historische tuin- en parkaanleg met enkele rechte bomenlanen in de geometrische stijl, daterend uit de 17de eeuw en een wijdse aanleg in landschapsstijl met grote slingervijver, vermoedelijk daterend van na 1800, waaromheen open licht golvend terrein met gazons, alsmede slingerpaden door bossen, met daarin een deel van de Manteling, een voor Nederland unieke en historisch belangrijke bospartij; - de vermoedelijk uit het begin van de 19de eeuw daterende stenen brug die typologisch alsmede architectuur- historisch belangrijk is; - de beide 18de eeuwse bouwhuizen gebouwd tegen 16de eeuwse (hoek)torens aan; deze zijn in combinatie en op zich architectuurhistorisch en typologisch alsmede door hun situering waardevol; - de oranjerie uit de tweede helft van de 18de eeuw die architectuurhistorisch en typologisch van waarde is; - de vermoedelijk uit omstreeks 1900 daterende dienstwoning die typologisch van waarde is; - de ensemblewaarde van het kasteel met de beide bouwhuizen, de oranjerie en de dienstwoning; - het uit de late 18de eeuw daterende toegangshek met natuurstenen pijlers en smeedijzeren hek dat typologisch zeldzaam is; - de functioneel-ruimtelijke relatie tussen de verschillende onderdelen; - de kenmerkende ligging van de onderdelen 3,4 en binnen de 19de eeuwse parkaanleg in landschapsstijl, vermoedelijk ontworpen door leden van de Zocher-familie.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Kasteel Kastelen, landhuizen en parken Kasteel, buitenplaats oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Duinvlietweg 8 4356 ND Oostkapelle Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Kastelen, landhuizen en parken Kasteel, buitenplaats
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
K 3878 Domburg
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1250 1300 vervaardiging
Naar boven