Inleiding

Het WOONHUIS in Overgangsarchitectuur uit 1914 is door de gemeente-architect W. Hoekstra voor zichzelf ontworpen. Het werd gebouwd door aannemer G. de Boer uit Wolvega. Het woonhuis is een van de fraaie vrijstaande woningen aan de Spoorsingel, die wellicht is uitgegraven ten behoeve van het talud voor de spoorlijn (1865).

Omschrijving

Het woonhuis heeft globaal een L-vormig grondplan en bestaat uit één bouwlaag met een over twee bouwlagen opgetrokken achtergevel. Het samengestelde dak is belegd met oranjebruin geglazuurde Tuile-du-Nord pannen en op de snijpunten van de nok en kepers staan bekroonde keramische pironnen op de broekstukken. Op het zuidelijk en noordelijk dakschild staan gepleisterde schoorstenen met geglazuurde keramische pijpen. De gevels zijn globaal tot de wisseldorpel van de vensters uitgevoerd in schoon metselwerk en afgesloten door een rollaag. Vanaf de wisseldorpel zijn de gevels bepleisterd met uitzondering van tectonische decoraties, zoals de strek- en rollagen, de lekdorpels, het getrapte metselwerk aan de zij- en achtergevel en de ruitvormige decoraties in de voorgevel. De kleurstelling van het houtwerk, groen kozijnhout en rood raamhout, is authentiek; de roedeverdelingen van de bovenlichten zijn gewijzigd.

De gevel aan de straatzijde, de oostzijde, heeft een naar voren springend gedeelte met een topgevel onder zadeldak. Het rechter dakschild daarvan is doorgetrokken als een overkapping van de stoep met een gemetselde kolom.

Aan de oostzijde van het woonhuis zijn vier H-vensters op de eerste bouwlaag. In de geveltop een openslaand venster en op het oostelijke dakschild een dakkapel, met oorspronkelijke roedeverdeling van de ramen, onder flauwe dakhelling. De noordgevel is blind.

Aan de westzijde van het woonhuis is een aangebouwde berging. Links van de achterdeur een keukenvenster. De hoger opgetrokken gevel heeft een klimmende bepleistering en een tweelicht H-venster. Op het dak twee wolfeinden. Rechts van de achterdeur is een drielichtvenster van de achterkamer.

De zuidgevel heeft links en rechts van de middenbeuk een H-venster. De geveltop is verlevendigd door twee uitkragende muurdammen van de beide schoorsteenkanalen en versierd met een klimmende bepleistering. De indeling van het INTERIEUR is oorspronkelijk. Tot de waardevolle onderdelen behoren ondermeer in de hal het brievenbuskastje, de granitovloer, de deuromlijstingen en de trapleuningen. In de kamers en suite van het woongedeelte bevinden zich onder meer gestucte plafonds met zweepslag- en bloemmotieven en schuifdeuren tussen de voor- en achterkamer. In de zijkamer is een eenvoudige hoekschoorsteen met een in- en uitzwenkende boezemrand aanwezig.

Waardering

Het woonhuis uit 1914 is van algemeen architectuurhistorisch belang:

- vanwege de redelijke mate van belang wegens de esthetische kwaliteit van het ontwerp, in het bijzonder als eigen woonhuis van de gemeentearchitect,

- vanwege de hoge mate van belang als beeldbepalend pand aan de Spoorsingel,

- vanwege de zeer hoge mate van belang wegens de uitwendige en inwendige gaafheid van het woonhuis.