Omschrijving van het complex

De HISTORISCHE BUITENPLAATS DE HULST ligt tussen de voet van de Tankenberg (NO) en Rijksweg 342 (Z) die langs de noordkant van Oldenzaal loopt. Het terrein is smal en lang de berg op, waarbij 15 meter hoogteverschil wordt overbrugd. Het huis is gesitueerd binnen een bestaand orthogonaal lanenpatroon uit de 18de eeuw. Hierin heeft Springer in 1917 een tuin ontworpen. Het huis staat in de lengterichting van de tuin, ongeveer halverwege en richt zich naar de Bentheimerstraat. Het pand ligt ver van de Bentheimerstraat en heeft een door bomen geflankeerde oprijlaan. Aan het begin van de laan een eenvoudig gietijzeren toegangshek, gedecoreerd met hulsttakjes, tussen gemetselde pijlers. Direct aan de weg de in zeer vervallen staat verkerende landbouwschuur annex koetshuis uit 1916.

Het LANDHUIS 'De Hulst' is in 1916 gebouwd naar een ontwerp van architect Karel Muller in opdracht van de Oldenzaalse textielfabrikant J. Gelderman. Het ontwerp verraadt de invloed van de Engelse landhuisbouw in deze periode. De TUIN in gemengde stijl rond het huis is tussen 1917 en 1919 aangelegd naar een ontwerp van de landschapsarchitect L.A. Springer. Springer maakte bij de tuinaanleg gebruik van een reeds bestaande lanenstructuur uit een geometrische aanleg uit de 18de eeuw; in 1767 werd in opdracht van Hendrik Jan Bos een park met tuinhuis en vijvers aangelegd. Vanaf het begin van de 19de eeuw tot 1916 was het in bezit van de familie Kistemaker.

Het hek en het koetshuis zijn voor de bescherming van ondergeschikt belang.

Waardering van het complex

De HISTORISCHE BUITENPLAATS DE HULST is van algemeen cultuurhistorisch en tuinhistorisch belang:

- wegens de ouderdom;

- als zeldzaam en gaaf voorbeeld van een vroeg twintigste-eeuwse Twentse buitenplaats voor permanente bewoning met gaaf landhuis en bijbehorende tuinaanleg;

- als kenmerkend voorbeeld van een buitenplaats aangelegd in een combinatie van landschappelijke en geometrische stijl, zoals die in het begin van die eeuw in zwang was;

- wegens de samenhang tussen hoofdgebouw en aanleg.