Stadhuis, Rotterdam
Inleiding:
STADHUIS, gebouwd na een besloten prijsvraag (1913) in opdracht van de gemeente Rotterdam in 1914-1920, naar ontwerp van prof. ir. H. Evers in neo-Renaissance stijl met neo-Romaanse en neo-Byzantijnse invloeden. Prominent gelegen aan de Coolsingel tegenover het Stadhuisplein.
De bouw vond plaats in het kader van de sanering van de verkrotte en verpauperde Zandstraatbuurt (vanaf 1913) en het dempen van de Coolvest (1920) teneinde een nieuw en representatief stadscentrum te creëren voor de groeiende handelsstad.
Op het iconografisch programma van de talrijke sculpturen in in- en exterieur heeft de toenmalige burgemeester M.A.Z. Zimmermann een belangrijke invloed gehad. De rijke inventaris van het stadhuis is geheel betaald uit particuliere schenkingen. Als eerbetoon aan de architect werd in 1923 een bronzen borstbeeld van prof. Henri Evers - door J. Keller - opgesteld in de centrale hal.
Omschrijving:
Het stadhuis bestaat uit drie bouwlagen en een kelder- en kapverdieping, en is samengesteld uit vier vleugels die gezamenlijk een rechthoek vormen van 86 bij 106 meter. Het binnenterrein is door twee evenwijdig aan de voor- en achtergevel geplaatste tussenvleugels in drie binnenhoven verdeeld. De voorste hiervan is in het midden dichtgezet met de centrale hal. De hal, met grondplan in de vorm van een Grieks kruis, is overspannen met een koepel op pendentieven die de onderbouw vormt voor de 71,5 meter hoge stadhuistoren. De hoven aan weerszijden van de hal zijn overkapt (één bouwlaag) en ingericht als wachtruimten voor het publiek. De tweede binnenhof is voorzien van een tuinaanleg en te bereiken via twee inrijpoorten in de zijgevels van het gebouw. In deze binnenhof is in het verlengde van de centrale hal, op de verdieping de Raadzaal uitgebouwd. Op de begane grond wordt deze gedragen door een zuilenportiek met 15 in gele baksteen gemetselde koepelgewelfjes.
De derde binnenhof is evenals de twee kleine plaatsjes aan weerszijden van de centrale hal door middel van een overkapping bij het gebouw getrokken. De buitengevels van het stadhuis zijn boven een hardstenen plint opgetrokken in zandsteen. De gevels langs de binnenplaatsen zijn uitgevoerd in baksteen. Aan het gebouw is zowel in- als uitwendig veel beeldhouwwerk toegepast. Alle vensters hebben stalen kozijnen. Voor verschillende constructies, zoals de onderbouw van de toren en de overspanning van de Burgerzaal is gebruik gemaakt van beton. Het gebouw draagt hoge, met leien gedekte zadel-, schild- en tentdaken.
De voorgevel aan de Coolsingel bestaat uit een middenrisaliet, twee zijvleugels en hoekrisalieten. Aan deze zijde van het gebouw bevinden zich de voornaamste vertrekken. In de middenrisaliet op de eerste verdieping de Burgerzaal, geflankeerd door de vergaderzaal voor B. en W. en de trouwzaal 1e klas. De rechter hoekrisaliet bevat de burgemeesterskamer. De middenrisaliet bevat op de begane grond de hoofdingang, bestaande uit drie boogvormige openingen op zuilen, met een balkon daarboven (voor de Burgerzaal). De ingangsdeuren zijn van hout met bronzen beslag. Voor de ingang overbrugt een brede trap met smeedijzeren lantaarns op de hoeken het niveauverschil tussen de straat en de begane grond van het gebouw. De risaliet heeft op de verdieping (Burgerzaal) vijf rechthoekige zesledige vensters onder rondbogen. In de boogvelden gebeeldhouwde portretkoppen door E. van der Tuuk. Tussen de vensters beelden van de allegorische figuren van de Ondernemingsgeest, het Beleid, de Betrouwbaarheid en de Volharding, gehakt door prof. A.W.M. Odé. Het balkon is gedecoreerd met beeldhouwwerk door A. Leeflang. Ter hoogte van de tweede verdieping vijf rechthoekige kruisvensters, geflankeerd door reliëfs met respectievelijk het provinciewapen en het rijkswapen.
Onder de daklijst drie gebeeldhouwde portretkoppen door L.P.M. Wensing. Het middendeel van de risaliet (middelste drie vensterassen) wordt bekroond door een trapgevel met opzetstuk en met obelisken op de hoeken. Centraal in de trapgevel een zittende stedemaagd, gebeeldhouwd door T. Dupuis. Daarboven een reliëf met het gemeentewapen. Aan weerszijden de zes wapens van de door Rotterdam geannexeerde gemeenten. De trapgevel wordt bekroond door een bronzen geniusbeeld met lichtfakkel, door T. Dupuis. De middenrisaliet als geheel is afgesloten met een schilddak, met op de nok een in lood uitgevoerde dakruiter met luidklok en vlaggemast. Hierachter verheft zich de stadhuistoren, die de centrale hal van het gebouw bekroont. De gevels van de toren zijn geheel opgetrokken uit natuursteen. De toren bestaat uit een vierkante onderbouw, een achthoekige lantaarn en een koperen bekroning met wijzerplaten en gouden vredesbeeld. De geveldelen aan weerszijden van de middenrisaliet hebben dezelfde architectonische geleding als het middendeel. In plaats van een topgevel hebben zij echter ieder twee in natuursteen uitgevoerde dakkapellen. De beide hoekrisalieten onderscheiden zich door zich door hun hoge tentdak met loden sierbekroning, dakruiters en vlaggemasten. In de rechter hoekrisaliet bevindt zich op de eerste verdieping de burgemeesterskamer. Deze is aan de Coolsingelzijde voorzien van een erker op natuurstenen zuilen en heeft aan de zijde van de Stadhuisstraat een balkon. Onder de erker een bronzen beeld van Joh. van Oldenbarnevelt, door Ch. van Wijk en prof. Odé. De linker hoekrisaliet heeft zowel aan de voorzijde als aan de zijgevel op de eerste verdieping een balkon. Als pendant voor het beeld van Van Oldenbarnevelt hier Hugo de Groot in brons. Aan weerszijden van het venster op de eerste verdieping allegorische figuren van de Onafhankelijkheid en de Verdraagzaamheid, door J. Keller. De zijgevel aan het Doelwater wordt door een uitspringend bouwvolume (een trappenhuis bevattend) met een torenvormige opbouw, verdeeld in kantoorvleugels van respectievelijk 15 (linker gevelhelft) en 9 vensterassen. Op de hoek met de achtergevel bevindt zich als afsluiting van de wand een tweede trappenhuis. Geheel rechts in het geveldeel van 15 vensterassen, bevindt zich een doorgang naar het binnenterrein. Deze doorgang maakt het, in combinatie met de poort aan de andere zijde van het gebouw, mogelijk om met wagens de grote portiek onder de raadzaal te bereiken, die toegang biedt tot de centrale hal. De doorgang bestaat uit uit een boogvormige opening met daarboven een kleine trapgevel. De boog is voorzien van een gedecoreerde sluitsteen. Geheel links in de gevel bevindt zich de ingang tot de afdeling Burgerlijke stand, Bevolking en Onderwijs. Deze ingang is qua opbouw gelijk aan de poort naar het achterterrein, maar heeft in plaats van een boogvormige doorgang een portaal met twee houten toegangsdeuren. Tussen de deuren staat, als allegorie op de leerplicht, een beeld van een jongen met boeken, door F.E. Jeltesma. De zijgevel aan de Stadhuisstraat heeft dezelfde hoofdopzet als de gevel aan het Doelwater, doch kent een rijkere architectonische behandeling. Het (linker) geveldeel van 9 vensterassen breed heeft ter hoogte van de eerste verdieping drie kleine balkons op natuurstenen consoles. In de as hiervan staan op het dak drie dakkapellen. Het (rechter) geveldeel van 15 vensterassen, heeft op de begane grond een insteekverdieping en daarmee een afwijkend vensterformaat. In de middelste drie traveeën bevindt zich een extra ingang, gevormd door drie boogvormige openingen met een groot balkon daarboven. Deze ingang, de toegang tot de voormalige afdeling Politie, wordt -evenals de hoofdingang aan de Coolsingel- boven de daklijst bekroond door een grote trapgevel met opzetstuk en obelisken.
De achtergevel van het stadhuis bestaat, tussen twee hoekrisalieten met trappehuis, uit één ongebroken gevelwand van 19 vensterassen. Ter hoogte van het souterrain bevindt zich in het midden van de gevel een dienstingang bestaande uit een stalen ingangspui met daarvoor een houten afdak met natuurstenen kolommen en borstwering. De achtergevel is door middel van twee later aangebrachte loopbruggen verbonden met het politiebureau aan het Haagse Veer en het stadskantoor uit 1978.
De centrale binnenhof is voorzien van een tuinaanleg. Hierin staan een hardstenen fontein met bronzen kindergroep door S. Miedema en een bronzen Mercurius en Neptunus door B. Ingen Housz. Het geheel vormt een allegorie op de welvaart die mogelijk is onder het wakend oog van Mercurius (de handel) en Neptunus (de zeevaart). De gevels rond de binnenhof zijn opgetrokken in baksteen met aan de bovenzijde een boogfries. De vensters zijn voorzien van ontlastingsbogen.
De oostelijke gevel heeft twee risalieten met in de trant van de Hollandse Renaissance gedetailleerde trapgevels. Tegen de buitengevel van de raadzaal zijn tableaus aangebracht van terracotta tegels met voorstellingen gewijd aan de vijf hoofdafdelingen van de gemeentelijke administratie.
Interieur: Direct achter de hoofdingang een met marmer beklede vestibule met beelden van koningin Wilhelmina en prins Hendrik door G.J.W. Rueb, een betegelde wandfontein van de Porcelijne Flesch in Delft en acht bronzen kandelabers. De centrale hal heeft de vorm van een grieks kruis. Boven het centrale vierkant een koepelgewelf op pendentieven, gedragen door vier zware pijlers. Deze pijlers vormen tevens de onderbouw voor de stadhuistoren. Boven de armen van het kruis vier tongewelven met cassettes. In het koepelgewelf acht gebrandschilderde ramen met voorstellingen van de acht voornaamste handelsstaten van Europa.
Tegen de pijlers vier beelden van de werelddelen Afrika, Azië, Amerika en Australië. In de armen van het kruis galerijen gedragen door rondbogen op marmeren zuilen. De galerijen hebben bronzen balustraden met lantaarns. In de eindgevels van de kruisvormige aanleg bevinden zich neo-romaans gedetailleerde raamgroepen met in gebrandschilderd glas voorstellingen van de Scheepvaart, de Kunstnijverheid, de Architectuur en de Vrijhandel. Aan de noordzijde van de hal bevindt zich de marmeren staatsietrap met gebrandschilderde ramen, bronzen kandelabers en twee bronzen beelden van Floris V en graaf Willem III door B. Ingen Housz.
De raadzaal, op de eerste verdieping oostelijk van de hal, is een rechthoekige ruimte met een publiekstribune boven de ingang en eikehouten lambrizeringen en een cassettenplafond in eikehout en palissander. Er hangen acht lichtkronen. De wandschilderingen van M.J. Richters hebben betrekking op het havenbedrijf. De Burgerzaal is een rechthoekige ruimte met een lengte van 32 meter, een parketvloer en een groot tongewelf met bronzen lichtkronen en kandelaars.
De wandschilderingen boven de mahoniehouten lambrizeringen zijn van Joh. Thorn Prikker. Aan de zuidelijke wand een marmeren schouw.
Aan de noordelijke zijde van de zaal een galerij op marmeren zuilen met een concertorgel uit 1918. De vergaderzaal van Burgemeester en Wethouders heeft een cassetteplafond, een (zwart) marmeren schouw en pilasters. De trouwzaal 1e klasse is in empirestijl uitgevoerd, met een koofplafond, marmeren pilasters en schoorsteenmantel.
Waardering:
Stadhuis van Rotterdam in (late) neo-Renaissance trant, ontworpen door prof. H. Evers, met bijbehorende in- en uitwendige decoraties en oorspronkelijke interieuronderdelen, van algemeen belang wegens cultuurhistorische, stedebouwkundige en architectuurhistorische waarde, alsmede vanwege de belangrijke plaats die het inneemt binnen het oeuvre van Evers en de silhouetwaarde van de toren met Vredesbeeld.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Tuin | Kastelen, landhuizen en parken | Tuin, park en plantsoen | oorspronkelijke functie | – |
Stadhuis | Bestuursgebouwen, rechtsgebouwen en overheidsgebouwen | Bestuursgebouw en onderdl | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Coolsingel | 40 | – | 3011 AD | Rotterdam | Stadsdriehoek | – | Ja |
Hoofdcategorie | Subcategorie | Beschrijving | Notitie |
---|---|---|---|
Handelsgebouwen, opslag- en transportgebouwen | Winkel (G) | bouwtype is Stadhuis | Supermarkt |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | AD | 6 | – | Rotterdam |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1914 | 1920 | – | vervaardiging |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Evers, prof.dr. H. ; Stad Rotterdam II | architect / bouwkundige / constructeur | – |