Raamsteeg 2, Leiden
Inleiding
In het Van der Werfpark ligt het grote magazijn, het zogeheten DROGE MAGAZIJN. Dit magazijn was voorzien van kluizen, waarin de collectie van opgezette dieren en skeletten was ondergebracht. Het door middel van een gang met het linker deel van het dienstgebouw verbonden magazijngedeelte maakt deel uit van de eerste fase van het museum uit de jaren 1900- 1903. De uitbreiding van het magazijn - het grotere rechter deel - dateert uit de periode 1905-1911. Het sluit aan op het oudere magazijn en is door middel van een gang tevens verbonden met de uitbreiding van het dienstgebouw aan de Raamsteeg. De bouw van het museum is uitgevoerd door aannemer Louis Raaymakers uit Wouw (N.Br.). Het museum maakt deel uit van het beschermde stadsgezicht Leiden.
Omschrijving
Vanuit een rechthoekige plattegrond in bak- en natuursteen opgetrokken, met banden van geel geglazuurde baksteen en smeedijzeren muurankers verlevendigd gebouw onder plat dak.
Regenpijpen voorzien van grotendeels oorspronkelijke, veelzijdige vergaarbakken.
Brede, op het van der Werffpark georiënteerde negen-assige, zes venstergeledingen hoge, symmetrische noordgevel van hoofdvolume boven een met geprofileerde hardstenen lijst afgedekte plint. Aan de westzijde van het hoofdvolume een minder hoog opgaande, twee-assige uitbouw, eveneens onder plat dak. Middentravee voorzien van drie korfboogvormige vensterpartijen met stalen kozijnen en een beëindiging in de vorm van een door pinakels geflankeerde attiekverhoging. De vier traveeën aan weerszijden hiervan zijn identiek qua opbouw. In de onderste bouwlaag per travee een tussen hardstenen latei en dito onderdorpel staand rechtgesloten venster met tralies. Daarboven een driedelige vensterpartij met getoogde vensters en stalen raamverdeling. De samengestelde, tussen lisenen staande vensterpartijen in de bouwlagen daarboven zijn voorzien van doorgetrokken, als cordonlijst fungerende, natuurstenen onderdorpels en dito wisseldorpels en lateien, die in het verlengde liggen van de gele gevelaccenten. Ze worden beëindigd door een uitgemetselde band met dubbel bloktandfries en een geprofileerde natuurstenen rand. De geveldelen worden bekroond door een opgemetselde attiekbalustrade met hoekpinakels.
De vensters in het lagere bouwdeel aan de van der Werffparkzijde zijn vergelijkbaar met die in het hogere bouwdeel. De zeven traveeën brede, symmetrische westgevel hiervan heeft een met vensters ingevulde middentravee onder gemetselde ontlastingsboog en drie blinde rondboog spaarvelden aan weerszijden. Naar het midden toe loopt de hoogte van de gevel per travee trapsgewijs op. De ijzeren vluchttrap aan deze gevel valt niet onder de bescherming. Het bovenste geveldeel van het hoofdvolume aan deze zijde is voorzien van een vensterpartij in de middentravee, drie blinde traveeën tussen lisenen aan weerszijden en een attiekbalustrade als die aan op de noordgevel. Voor zover de oostgevel in het zicht staat zijn de gevelopbouw en de details vergelijkbaar met die van de noordgevel. De door middel van dunne cordonlijsten doorsneden oostgevel is eveneens symmetrisch van opbouw met een met vensters ingevulde middentravee en drie, tussen lisenen staande blinde traveeën.
De attiekbalustrade is als die boven de andere gevels. De nieuwe aanbouw op de begane grond valt evenals de ijzeren vluchttrap niet onder de bescherming.
In de centrale verbindingsgang tussen het dienstgebouw en het droge magazijn bevindt zich aan de noordzijde een dubbele deur onder een latei en een driedelig, met glas-in-loog ingevuld bovenlicht.
Het interieur van het magazijn is nog grotendeels in oorspronkelijke staat aanwezig. Het heeft een indeling in twee, vier traveeën brede, de magazijnen bevattende beuken. In het midden ervan een door de vensters van de middentravee verlicht tussenlid met vides tussen de galerijen. De open galerijen op de niveaus ½, 1 en 1½ liggen rondom vides en zijn in de middenzones met elkaar verbonden door open trappen en zijn voorzien van gietijzeren roostervloeren. De roosters rusten op met lisenen verbonden kraagstukken. Bij de hoofdverdiepingen (Niveau 1 en 2) beslaan de vloeren de gehele ruimte. Het tussenlid/verbindingsgedeelte heeft gietijzeren roostervloeren, die door eveneens gietijzeren trappen met elkaar zijn verbonden. De magazijnen zijn door middel van gemetselde muren met dwarswanden van elkaar gescheiden en zijn voorzien van stalen kasten. De tussenlidvloer op de begane grond is van beton met een granito bovenlaag. De vloer van de eerste verdieping bestaat uit hardstenen platen die rusten op de kasten van de begane grond. De vloeren van de magazijnen en de zoldering zijn eveneens van beton. De meeste ruimtes zijn nog voorzien van de oorspronkelijke paneeldeuren.
In het vluchttrappenhuis van het spiritusmagazijn in de traptoren bevindt zich een wenteltrap met gietijzeren tredeëlementen, een smeedijzeren leuning en meestal gesloten bordessen van gietijzer. De binnenruimte wordt beëindigd door een in vijf segmenten verdeeld houten plafond met een kwartbol gewelf en houten knop aan het knooppunt van de ribben.
Waardering
Het gebouw is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een culturele ontwikkeling, vanwege de plaats die het inneemt in de typologische ontwikkeling van museumgebouwen in het algemeen en die in Leiden in het bijzonder, en vanwege de oorspronkelijke, nauw met de stad Leiden verbonden functie.
Het gebouw is van algemeen belang vanwege de architectuurhistorische waarde vanwege de kwaliteiten van het ontwerp, vanwege het materiaalgebruik en de ornamentiek, als een belangrijk specimen uit het oeuvre van een vooraanstaand architect en vanwege de specifike samenhang tussen in- en exterieur.
Het gebouw heeft voorts stedebouwkundige en ensemblewaarde vanwege de met de geschiedenis van Leiden verbonden situering en vanwege de zeer nauwe relatie tussen de diverse bouwdelen van het museum.
Het gebouw is tevens waardevol vanwege de herkenbaarheid en de gaafheid van exterieur en delen van het interieur.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding
Het MUSEUM 'Rijksmuseum van Natuurlijke Historie' is tussen 1900 en 1911 gebouwd naar al van 1893 daterend, in 1895 aangepaste ontwerpen van Van Lokhorst, die deze maakte in overleg met museumdirecteur F.A. Jentink. Het in twee bouwfasen gerealiseerde, uit drie delen bestaande museumcomplex diende als onderkomen voor de natuurhistorische collectie van de Rijksuniversiteit Leiden. De tweede fase van de bouw is mogelijk mede ontworpen door J.A. Vrijmen, assistent en opvolger van Van Lokhorst. Als rijksbouwkundige voor de gebouwen van Onderwijs ontwierp Van Lokhorst rond 1900 meerdere gebouwen voor de rijksuniversiteit Leiden.
Het is gebouwd in een voor het oeuvre van Van Lokhorst karakteristieke, aan de Neo-Gotiek en Neo-Renaissance verwante, "vaderlandse" bouwstijl. Langs de Raamsteeg ligt het in twee fasen gerealiseerde DIENSTGEBOUW, waarin onder meer laboratoria, werkkamers voor het wetenschappelijk personeel, een bibliotheek en een collegezaal waren ondergebracht.
Het links hiervan aangebouwde SPIRITUSMAGAZIJN was bestemd voor de collectie "organismen op sterk water". In het Van der Werfpark ligt het grote magazijn, het zogeheten DROGE MAGAZIJN, dat deel uitmaakte van de tweede fase van de bouw van het museum. Het magazijn was voorzien van kluizen, waarin de collecties van opgezette dieren en opgezette dieren waren ondergebracht.
Een in het oorspronkelijke plan opgenomen expositieruimte - die ook moest worden gebouwd in het Van der Werfpark - is nooit gerealiseerd.
Een zogenaamde custoswoning, rechts van het dienstgebouw maakt eveneens deel uit van het museumcomplex, waarvan de bouw is uitgevoerd door aannemer Louis Raaymakers uit Wouw (N.Br.).
Omschrijving
Uit drie bakstenen vleugels samengesteld museumgebouw met dienstwoning. De vleugels bevatten respectievelijk het dienstgebouw (het risaliet en de vleugels aan weerszijden) met onder meer de bibliotheek en een collegezaal, het "natte" ofwel spiritusmagazijn voor de organismen op sterk water (het blinde linker deel van de linker vleugel) en de achter het dienstgebouw gesitueerde "droge" magazijnen voor de opgezete dieren en de collecties skeletten. De oorspronkelijke en de toegevoegde bouwdelen van de tweede bouwfase (het rechter deel van het dienstgebouw met het ingangsrisaliet) hebben vergelijkbare fysieke kenmerken.
Waardering
Het complex is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een culturele ontwikkeling, vanwege de plaats die het inneemt in de typologische ontwikkeling van museumgebouwen in het algemeen en die in Leiden in het bijzonder, en vanwege de oorspronkelijke, nauw met de stad Leiden verbonden functie.
Het complex is tevens van algemeen belang vanwege de architectuurhistorische waarde wegens de kwaliteiten van het ontwerp, vanwege het materiaalgebruik en de ornamentiek, als een belangrijk specimen uit het oeuvre van een vooraanstaand architect en vanwege de specifike samenhang tussen in- en exterieur.
Het complex heeft stedebouwkundige en ensemblewaarde vanwege de met de geschiedenis van Leiden verbonden situering en vanwege de zeer nauwe relatie tussen de diverse bouwdelen.
Het complex is tevens waardevol vanwege de herkenbaarheid en de gaafheid van exterieur en delen van het interieur.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Magazijn | Handelsgebouwen, opslag- en transportgebouwen | Opslag | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Raamsteeg | 2 | – | 2311 PL | Leiden | – | BY | Ja |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | E | 2115 | – | Leiden |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1900 | 1911 | – | vervaardiging |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Lokhorst, J. van ; Zuid-Holland | architect / bouwkundige / constructeur | – |