Weg langs de Begraafplaatsen 2, Arnhem
Omschrijving
JOODSE BEGRAAFPLAATS uit 1864, bestaande uit een ommuurd driehoekig terrein dat wordt begrensd door de Apeldoornseweg (oostzijde), de Weg langs de begraafplaatsen (westzijde) en de rooms-katholieke afdeling van de begraafplaats "Moscowa" (noordzijde). Het terrein wordt aan de oost- en westzijde geflankeerd door buiten de ommuring gesitueerde monumentale eikenbomen. Binnen de ommuring bevindt zich slechts enige jonge aanplant. Van een aanleg in tuinhistorische zin is geen sprake.
De hoofdingang tot de begraafplaats bevindt zich in de zuidelijke scherpe hoek van het terrein, nabij de kruising van de Apeldoornseweg en de Weg langs de begraafplaatsen. Links achter deze poort staat het dienstgebouw (monumentnummer 516728).
De eigenlijke begraafplaats achter het dienstgebouw heeft een eenvoudige aanleg die bestaat uit een middenpad met aan weerszijden rijen staande hardstenen zerken. De begraafplaats is aan de noordzijde eenmaal uitgebreid. Dit gedeelte heeft een eigen toegangspoort in de muur aan de Weg langs de begraafplaatsen. De graven in deze uitbreiding dateren overwegend van na de Tweede Wereldoorlog.
De vakken en rijen in het oude gedeelte worden gemarkeerd door gietijzeren paaltjes waarop respectievelijk letters en cijfers zijn aangegeven. Van enige chronologie in het rangschikken van de graven is nauwelijks sprake. Links vooraan op de begraafplaats liggen enkele overgeplaatste zerken van de oudere en in onbruik geraakte joodse begraafplaats aan de Utrechtseweg. Voorts zijn enkele rijen vastgesteld waarin naar onderscheid van functie begraven werd. Zo is de laatste rij aan de linker zijde van het middenpad bestemd voor notabelen binnen joodse gemeenschap van Arnhem. Dit klasseverschil is opmerkelijk voor de joodse religie die leert dat iedereen in de dood gelijk is. Langs de muur aan de oostzijde van de begraafplaats ligt een kohaniempad, bestemd voor de Kohaniem (afstammelingen van Aron; hogepriesters), die, om reden van rituele reinheid, niet nabij een overledene mogen komen. De graven van de Kohaniem - herkenbaar aan de daarop afgebeelde geheven handen - zijn dan ook aan dit pad gesitueerd.
De ca. 2000 overwegend hardstenen zerken zijn eenvoudig van vorm en hebben een sobere versiering. Vrijwel alle stenen zijn rechthoekig van vorm. De afsluiting aan de bovenzijde is recht, boogvormig of in- en uitgezwenkt. Soms zijn twee stenen aan de bovenzijde met elkaar verbonden door een verbindende steen, om aan te geven dat hier man en vrouw zijn begraven. In het oude gedeelte van de begraafplaats wijkt slechts één graf van dit type af: op het graf van I. Waterman is een afgebroken zuil geplaatst, waarop een ganzeveer en boekje zijn afgebeeld. De meeste stenen zijn uitsluitend voorzien van een graftekst. De teksten op de stenen zijn in het algemeen in het Hebreeuws en in het Nederlands geschreven. Stenen van vóór ca. 1880 hebben aan de voorzijde alleen een Hebreeuwse graftekst, soms aan de achterzijde van de steen aangevuld met de naam in het Nederlands. De grafzerken en de hier begraven personen zijn van lokaal/regionaal belang.
In steen gebeeldhouwde afbeeldingen en symbolen zijn op deze begraafplaats zeldzaam. Afbeeldingen van twee geheven handen met de duimen tegen elkaar (de priesterzegen als embleem voor de afstammelingen van Aron) en de eeuwige vlam komen op meerdere zerken voor. Slechts éénmaal is de schaal met schenkkan afgebeeld, voorstellende de rituele handwassing als embleem voor hen die afstammen van de stam van Levie. Het belang van de op de begraafplaats voorkomende graftekens ligt niet zozeer in hun individuele waarde, alswel in de collectieve betekenis die zij, met name door materiaalgebruik, hoofdvorm en rangschikking, hebben voor het zo typisch negentiendede en vroeg twintigste eeuwse karakter ervan.
Waardering
JOODSE BEGRAAFPLAATS uit 1864 van algemeen cultuurhistorisch belang:
- wegens de funerair-historische en lokale/regionale genealogische waarde;
- wegens de eenvoudige aanleg en complete opzet die karakteristiek is voor de sobere opvatting van de joden over een rustplaats voor doden;
- wegens het grote aantal zerken, waarvan het belang ligt in de collectieve betekenis die zij door plaatsing, vorm, materiaalgebruik en ornamentering hebben voor het kenmerkende laat-negentiende en vroeg-twintigste eeuwse karakter van deze begraafplaats;
- als herinnering aan de joodse gemeente van Arnhem;
- wegens de kenmerkende ligging aan de rand van de bebouwde kom, bovendien als onderdeel van de voor Arnhem karakteristieke groene vingers die vanuit het buitengebied de stad binnen dringen.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding
BEGRAAFPLAATS-COMPLEX, bestaande uit de in 1864 aangelegde joodse begraafplaats en de in 1873-1875 in opdracht van de gemeente Arnhem aangelegde begraafplaats "Moscowa" met een rooms-katholieke en een algemene afdeling. Het complex beslaat een uitgestrekt driehoekig terrein dat wordt begrensd door de Schelmseweg, Apeldoornseweg en Weg langs de begraafplaatsen.
Beschermd zijn:
1. de ROOMS-KATHOLIEKE AFDELING van de begraafplaats "Moscowa" (mon.nr. 516725);
2. de ALGEMENE AFDELING van de begraafplaats "Moscowa" (mon. nr. 516726);
3. de JOODSE BEGRAAFPLAATS (mon. nr. 516727);
4. de AULA met BOVENWONING van de joodse begraafplaats (mon. nr. 516728);
5. de OMMURING met TOEGANGSHEK van de joodse begraafplaats (mon. nr. 516729).
Buiten de bescherming vallen de uitbreidingen van de algemene afdeling (1934) en de rooms-katholieke afdeling, beide ten westen van de Weg langs de begraafplaatsen. Ook alle overige gebouwen op de begraafplaatsen vallen niet onder de bescherming.
Op grond van het Souverein Besluit uit 1825 van Koning Willem I, inhoudende een verbod op het begraven in kerken en binnen de bebouwde kom van steden en dorpen met meer dan 1000 inwoners, werd in Arnhem op één van de oude bastions de zogenaamde "Coehoornbegraafplaats" aangelegd. Van deze begraafplaats, die tot 1862 in gebruik was, resteert niets meer. Dat geldt ook voor de in 1862 in gebruik genomen gemeentelijke begraafplaats "Onder de Linden" aan de Hommelseweg. Toen ook deze begraafplaats al snel te klein bleek, werd in 1873-1875 wederom een nieuwe begraafplaats voor alle gezindten aangelegd, ditmaal op een uitgestrekt terrein in het uiterste noorden van de gemeente Arnhem. Deze nieuwe begraafplaats, die in noordelijke richting aansloot op de ca. 10 jaar eerder aangelegde joodse begraafplaats, kreeg al snel de naam "MOSCOWA". Deze naam is ontleend aan de aldaar gesitueerde en uit 1847 daterende hofstede Moskowa, welke door H.J.C.J. Baron van Heeckeren van Enghuizen was gesticht. In januari 1876 werd de begraafplaats "Moscowa" in gebruik genomen. Deze begraafplaats had destijds een omvang van ruim 8 hectare en kon in de toekomst uitgebreid worden tot ca. 22 hectare. Voor het beheer van de begraafplaats "Moscowa" is in opdracht van de gemeente Arnhem het plan Moscowa. Visie op het groenbeheer (1994) opgesteld.
Aanleg, beplanting en grafmonumenten. Het enigszins glooiende terrein op ca. 80 meter boven AP werd tijdens de aanleg voorzien van een tien meter brede ontsluitingsweg van de Apeldoornseweg naar de Schelmseweg: de Weg langs de begraafplaatsen met laanbeplanting aan de westelijke zijde.
Aan het begin van deze weg, op de hoek met de Apeldoornseweg, bevond zich sedert 1864 de JOODSE BEGRAAFPLAATS: een ommuurd, langgerekt driehoekig terrein met aan weerszijden van een middenpad rijen staande hardstenen zerken. Het bij de entree in de zuidelijke punt gesitueerde DIENSTGEBOUW dateert uit 1888. De joodse begraafplaats is aan de noordzijde eenmaal uitgebreid. Van een aanleg in tuinhistorische zin is hier geen sprake.
De in noordelijke richting hierop aansluitende begraafplaats "Moscowa" bestaat achtereenvolgens uit een ROOMS-KATHOLIEKE AFDELING en een ALGEMENE AFDELING. Beide direct ten oosten van de Weg langs de begraafplaatsen gelegen afdelingen waren in de oorspronkelijke opzet van elkaar gescheiden door een haaks op deze weg geprojecteerde allee van vijftien meter breed. De entreegebouwen uit 1875 naar ontwerp in sobere neoclassicistische-stijl van de toenmalige Arnhemse stadsarchitect A. VAN CUYLENBURGH JR. (1866-1886) zijn gesloopt, evenals alle andere oorspronkelijke bijgebouwen op de begraafplaats "Moscowa".
Van Cuylenburgh ontwierp voor "Moscowa" een aanleg in een gemengde stijl met formele motieven en motieven ontleend aan de Engelse landschapsstijl, naar het voorbeeld van de begraafplaats Soestbergen in Utrecht (ontwerp J.D. Zocher; 1829-1830). De algemene afdeling heeft een hoofdstructuur die bestaat uit haaks op elkaar staande lanen. De grafperken in het noordelijk gedeelte hebben onregelmatige bolvormen. De paden in de perken zijn overwegend recht. Slingerende paden aan de randen verbinden de perken. Aan deze slingerende paden liggen de belangrijkste graven. De grafperken in het zuidelijk gedeelte zijn rechthoekig van vorm en hebben rechte paden. De romantisch landschappelijke aanleg wordt voorts benadrukt door een effectvolle rangschikking met doorzichten van groen blijvende sparren, dennen en cypressen, gecombineerd met treurbomen en statige bomen zoals beuk, linde of kastanje. De hoofdstructuur van de rooms-katholieke afdeling wordt sterk bepaald door een grote rotonde met een hiërarchische ordening van de graven in concentrische ringen. Op deze in een vierkant ingeschreven rotonde sluiten rechthoekige omhaagde perken aan (zgn. kamers). Binnen deze strak formele aanleg van de rooms-katholieke afdeling is de beplanting secundair: taxushagen en acacia's langs de hoofdpaden, achtergrond- en coulissenbegroeiing in het hart en aan de randen van de rotonde (geschoren heesters). Het is (nog) niet duidelijk of de aanleg van de rooms-katholieke afdeling is uitgevoerd naar het ontwerp van Van Cuylenburgh, omdat het r.k.-kerkbestuur reeds in het jaar van openstelling (1876) het terrein van deze afdeling aankocht.
De beste voorbeelden van historische grafmonumenten op de begraafplaats "Moscowa" (deels met bijbehorend geboomte en hekwerken) bevinden zich in de zojuist aangeduide laat 19de- en vroeg 20ste-eeuwse gedeelten van de algemene en rooms-katholieke afdelingen die direct grenzen aan de Weg langs de begraafplaatsen (zie objectomschrijvingen 4 en 5). Voor de bescherming van "Moscowa" van ondergeschikt belang zijn de twintigste eeuwse uitbreidingen van beide afdelingen in noordelijke, oostelijke en zuidelijke richting, die zich vrij onopvallend voegen bij de oudste gedeelten.
De beste voorbeelden van historische grafmonumenten op de joodse begraafplaats bevinden zich verspreid over het oorspronkelijke gedeelte aan weerszijden van het middenpad (zie objectomschrijving 1). Voor de bescherming van de joodse begraafplaats van ondergeschikt belang is de uitbreiding aan de noordzijde met graven die overwegend van na 1940 dateren.
Waardering
BEGRAAFPLAATS-COMPLEX, bestaande uit een ommuurde joodse begraafplaats (1864) met dienstgebouw (1888), en de begraafplaats "Moscowa" (1873-1875) met een rooms-katholieke en een algemene afdeling met bijbehorende aanleg in formele- en landschapsstijl, van algemeen cultuurhistorisch en tuinhistorisch belang:
- wegens de funerair-historische en lokale/regionale genealogische waarde van beide begraafplaatsen;
- wegens de kwaliteit van de in hoofdlijnen bewaard gebleven aanleg van "Moscowa" met landschappelijke elementen, formele invloeden en een grote variëteit in de beplanting naar ontwerp van de Arnhemse stadsarchitect A. van Cuylenburgh jr.;
- wegens het kenmerkende laat-negentiende en vroeg-twintigste eeuwse karakter van de oudste kernen van de begraafplaats "Moscowa";
- wegens het gevarieerde sortiment bomen en heesters van hoge ouderdom;
- wegens de herinnering die de joodse begraafplaats vormt aan de vooroorlogse joodse gemeente van Arnhem;
- wegens de eenvoudige aanleg en complete opzet van de joodse begraafplaats die karakteristiek is voor de sobere opvatting van de joden over een rustplaats voor doden;
- als onderdeel van de voor Arnhem karakteristieke groene vingers die vanuit het buitengebied de stad binnen dringen.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Begraafplaats | Uitvaartcentra en begraafplaatsen | Begraafplaats en -onderdelen | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Weg langs de Begraafplaatsen | 2 | – | 6815 AZ | Arnhem | – | – | Ja |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | B | 505 | – | Arnhem |
– | B | 502 | – | Arnhem |
– | B | 501 | – | Arnhem |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1866 | 1866 | – | vervaardiging |