Belgenmonument, Amersfoort
Omschrijving
Het hoofdgebouw van het GEDENKTEKEN Belgenmonument met een breedte van circa 18 meter is gelegen aan de noordzijde van een door bomen omzoomd plein. Het herdenkinsmonument is vanaf dat plein te bereiken door middel van een drietal bakstenen treden. Het hoofdgebouw bestaat uit drie verticale pylonen met een hoogte van respectievelijk circa twaalf en veertien meter. Deze zijn onderling verbonden door iets teruggelegen en lagere volumes. De bouwstijl is de Amsterdamse School, herkenbaar aan het expressief en dominant gebruik van baksteen, de expressieve compositie van de bouwmassa en de opvatting van het gebouw als totaalkunstwerk, waarbij natuurstenen reliëfs, geprofileerde houten deuren en smeedijzeren hekwerk bijdragen tot het geheel. Het gebouw is op een uitgemetselde plint geplaatst. De toppen van de pylonen zijn van een verticaal reliëf voorzien, onderbroken door een horizontale natuurstenen daklijst. Naast de overheersende rechthoekige vormen zijn in het ontwerp veel diagonalen opgenomen, onder andere in de trappartij aan de voorzijde, de lage bloembakken aan de achterzijde, de bekroning van het smeedwerk en in de bakstenen omlijsting van de natuurstenen reliëfs.
De symmetrische voorgevel (zuidzijde) wordt gedomineerd door de hoge middenpyloon, die wordt geflankeerd door de lagere tussenvolumes en de teruggelegen hoekpylonen. De middenpyloon wordt benadrukt door een rechthoekig natuurstenen reliëf, dat de vredesengel (pax) symboliseert. In het muurvlak daarboven is in de baksteen een reliëf aangebracht, dat de Nederlandse leeuw voorstelt. Aan weerszijden van de middenpyloon zijn trappen aangebracht, die naar twee vertrekken leidden. In de eerste ruimte werden de in de interneringskampen overleden Belgen herdacht, terwijl het tweede zaaltje aan Koningin Wilhelmina en Koning Albert was gewijd. Deze trappen vangen aan bij de voet van de middenpyloon, maken na acht treden een kwartslag opzij, klimmen zo'n vijftien treden, maken daar een volledige draai waarbij de trap van onoverdekt naar overdekt gaat, om vervolgens na nogmaals zo'n vijftien treden weer grenzend aan de midden pyloon te eindigen. Hier bevinden zich de toegangen tot de herdenkingsruimten. Twee pilaren met overhoekse kapitelen ondersteunen de overspanning van de trap. In de hoekpylonen bevinden zich met gebogen vlakken geprofileerde houten deuren, omlijst door expressief metselwerk.
De symmetrische achtergevel kent dezelfde hoofdvorm, hier echter risaleren de hoekpylonen sterker dan de middenpyloon. Tegen de onderbouw bevinden zich negen driehoekige geschakeerde bloembakken, die in een punt eindigen. Deze bloembakken symboliseren de negen Belgische provincies. Daarachter bevindt zich een fontein met een groot aantal sproeiers. Bovenin de twee zijpylonen bevinden zich, uitgevoerd in basreliëf, allegorische voorstellingen, die respectievelijk de 'Troost' en de 'Opbeuring van de arbeid' verbeelden. In het midden is een breed reliëf aangebracht dat de terugkeer naar het vaderland symboliseert. In de top van de middenpyloon is het wapen met de Belgische leeuw in baksteenreliëf uitgevoerd.
De linkerzijgevel (westzijde) is relatief smal en hoog. De geheel bakstenen gevel bestaat uit ten opzichte van elkaar verspringende rechthoekige volumes, die met expressief metselwerk zijn gedetailleerd.
De rechterzijgevel (oostzijde) is gespiegeld symmetrisch aan de linkerzijgevel.
Het gave interieur van met name de herdenkingsruimten is rijk gedecoreerd en uitgevoerd in de stijl van de Amsterdamse school. Opvallende elementen zijn de verschillende plaquettes en bustes van de bij de Eerste Wereldoorlog betrokken kolonels.
Waardering
Het hoofdgebouw van het gedenkteken van het Belgenmonument, gelegen op de Amersfoortse Berg, is als centraal onderdeel van het complex van algemeen belang vanwege zijn architectuur- en cultuurhistorische waarde als belangwekkend onderdeel van het complex en sociaalhistorische waarde bezit.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding
GEDENKTEKEN, als blijk van dank voor de gastvrije opname van Belgische militairen en burgervluchtelingen tijdens de Eerste Wereldoorlog werd al tijdens de oorlog het plan opgevat om een monument ter herinnering hieraan op te richten. Initiatiefnemer was Omer Buyse, directeur van de Centrale Commissie der Werkscholen van de geïnterneerde Belgen in Nederland. Op 3 oktober 1916 werd het besluit genomen en in een brief werd het plan voorgelegd aan het gemeentebestuur van Amersfoort, de stad die aan veel Belgen onderdak bood. Met het voorstel, waarin de voorwaarde was opgenomen dat de gemeente het monument zelf diende te onderhouden, ging de gemeenteraad unaniem accoord.
Het COMPLEX, bestaande uit een HOOFDGEBOUW, HERDENKINGSMUUR met daartussen een TUINAANLEG, werd ontworpen door de Belgische architect Huib Hoste (1881-1957). Zijn belangstelling voor de Nederlandse architecten Berlage, De Bazel en Kromhout was van grote invloed op zijn werk. De indeling van het omliggende terrein, dat het hoogste deel van de Amersfoortse Berg betrof, ontwierp Hoste in samenwerking met de Belgische tuinarchitect Louis van der Swaelmen jr. (1883-1929), die streefde naar een tuin, die als een verlengstuk van het huis was vorm gegeven, de door hem zo genoemde 'moderne regelmatige tuin'.
De bouwkundige onderdelen van het monument werden voorzien van beeldhouwerk, oorspronkelijk uitgevoerd in gemetalliseerd beton, en niet meer aanwezige glaspanelen. Als kunstenaars waren hierbij de Nederlandse beeldhouwer Hildo Krop, de Zwitserse beeldhouwer Francois Gos en de Belgische (glas)schilder Firmin de Smet betrokken. Vermoedelijk heeft ook de Haarlemse glasschilder W. Bogtman aan het monument gewerkt.
Een schilderij van Desmet met de voorstelling Genovieva is verplaatst naar museum Flehite te Amersfoort.
In 1957 werd het beeldhouwwerk door de toen 72-jarige beeldhouwer Hildo Krop vervangen in een Franse kalkzandsteen uit het steenmassief van Chauvigny. In 1973 werden nog twee plaquettes vervangen door afgietsels, die bestaan uit cement met kunstharsmortel en een wapening van gegalvaniseerd betonijzer.
Op 11 mei 1917 is men vermoedelijk met de bouwwerkzaamheden gestart, die voor het grootste deel in september van dat jaar konden worden afgerond. Het duurde echter tot het voorjaar van 1919, voordat het laatste glaspaneel in het monument was geplaatst. Pas in 1938 bezochten Koningin Wilhelmina en Koning Leopold van België gezamenlijk het monument, waaraan nu nog een bronzen plaquette herinnert.
Omschrijving
De tuin bestaat uit een vierkant met afgeronde hoeken, omgeven door dubbele ligusterhagen, waarbinnen paden zijn gesitueerd. Ter weerszijden van lage trapjes zijn de hagen als pylonen met een hoogte van twee meter vormgegeven. Het binnenterrein bestaat uit het ter plaatse voorkomende eikenhakhout. De as van de tuin wordt doorgezet met een breed pad, dat als zichtas naar de Daam Fockemalaan loopt.
Op het hoogtste punt van het terrein, op 43.60 NAP, is het hoofdgebouw gelegen. De plek werd in overleg met de adviseur van de gemeente, tuinarchitect H.A. Poortman, zorgvuldig gekozen. Hiervoor werd zelfs een houten staketsel opgericht. In het hoofdgebouw, dat als uitzichtspunt over de Gelderse Vallei en het IJsselmeer diende, werden kleine expositieruimten ondergebracht. In 1967 werd, als oefeninstrument voor de Beiaardschool, op de middelste pyloon van het hoofdgebouw een carillon geplaatst, dat afkomstig was van de EXPO te Brussel.
Op 60 meter afstand werd in noord-westelijke richting, eveneens in de zichtas gelegen, een herdenkingsmuur opgericht, die op 40 meter NAP werd gesitueerd. Deze muur werd met beeldhouwwerk en gebeeldhouwde teksten gedecoreerd. De afstand van de muur werd tijdens het ontwerpproces verdubbeld. Plannen om de muur tot onderdeel van een museum te maken zijn nooit uitgevoerd.
Het complex van het Belgenmonument-complex bestaat uit de volgende onderdelen:
1. de tuinaanleg;
2. het hoofdgebouw;
3. de herdenkingsmuur.
Waardering
Het Belgenmonument op de Amersfoortse Berg is van algemeen belang vanwege zijn architectuur- en cultuurhistorische waarde als belangwekkend totaalkunstwerk, met bijzondere ethetische kwaliteiten in metselwerk, toegpaste materialen en vormgeving. Van sociaalhistorische waarde vanwege zijn bestemming welke verbonden is met WO I en de in die jaren door Nederland verstrekte humanitaire huilp aan Belgische vluchtelingen.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Gedenkteken(D6) | Voorwerpen op pleinen en dergelijke | Gedenkteken(D) | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Belgenlaan | 9 | – | 3818 ZJ | Amersfoort | Bergkwartier | – | Ja |
Hoofdcategorie | Subcategorie | Beschrijving | Notitie |
---|---|---|---|
Voorwerpen op pleinen en dergelijke | Gedenkteken(D) | herdenkingsmonument | Standbeeld |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | C | 5344 | – | Amersfoort |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1917 | 1918 | – | vervaardiging |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Hoste, H. ; Stad Amersfoort | architect / bouwkundige / constructeur | – |
Gros, F. ; Stad Amersfoort | beeldhouwer / steenhouwer / schrijnwerker | – |
Swaelmen, L. van der ; Stad Amersfoort | tuinarchitect / landschapsarchitect | – |
Krop, H. ; Stad Amersfoort | beeldhouwer / steenhouwer / schrijnwerker | – |