Stadhuis, Leiden
Inleiding
In juli 1934 besloot de gemeenteraad Cornelis Jonke Blaauw (1885-1947) de opdracht te geven het nieuwe STADHUIS te ontwerpen. Het oude stadhuis was op 12 februari 1929 afgebrand. Men besloot het nieuwe stadhuis op de plaats van het oude stadhuis te bouwen achter de enige gevel die gerestaureerd kon worden: de voorgevel aan de Breestraat uit 1597 van architect Lieven de Key (reeds rijksmonument; monumentnummer 24647). In 1940 kon het gebouw in gebruik worden genomen, in 1945 de raadzaal en in 1948 de burgerzaal. Blaauw ontwierp een gebouw in een Traditionalistische stijl, met op Pompeïaanse voorbeelden geïnspireerde elementen in het interieur. In de jaren dertig van de twintigste eeuw ontwierp Blaauw drie stadhuizen in een vergelijkbare Traditionalistische vormentaal: dat van Alphen aan den Rijn, Hoogeveen en Leiden. Het ontwerp in Leiden is de rijkste en meest Traditionalistische variant op hetzelfde thema. Het interieur van het stadhuis is gaaf, met uitzondering van enkele moderniseringen op de begane grond en eerste verdieping aan de kant van de Vismarkt. In de hal voor de burgerzaal is een glazen tochtportaal toegevoegd. De constructie van de onderbouw is vervaardigd door NV aannemingsmaatschappij v/h Hillen en Roosen en Betonbouw en de constructie van de bovenbouw door NV Werninks Betonmaatschappij. Voor de afbouw was de firma H. Korswagen Nzn verantwoordelijk. Aan het interieur en het exterieur hebben de volgende beeldende kunstenaars meegewerkt: Jan en Eloy Brom, mevrouw C.C.J.M. Franzen-Heslenfeld, beeldhouwer Verstoep, Mari Andriessen, klokkengieters Hemony, Hildo Krop, glzenier Hofman, Lode Sengers en M.C. Escher. Het beeldhouwwerk, glas-in-lood en de andere beeldende kunsten hebben zowel in het exterieur als interieur naast een decoratieve ook een symbolische functie. Het stadhuis staat met twee vleugels aan het Stadhuisplein, gelegen aan de Nieuwe Rijn, in het beschermd stadsgezicht.
Omschrijving
Het stadhuis bestaat uit vier vleugels rond een vierkante binnenplaats. De vleugel aan de Breestraat steekt uit ten opzichte van het carré, rond de binnenplaats. Aan het stadhuisplein vormt deze vleugel daardoor een hoek met de haaks daarop staande vleugel. In de hoek staat de toren onder een zich verjongende spits met een koper gedekt klokdak. Het stadhuis is deels onderkelderd, de vleugels variëren van twee tot vijf bouwlagen onder zadeldaken met leien in Maasdekking. Enkele tussenliggende delen van het dak zijn plat gedekt. De Breestraat ligt hoger dan het Stadhuisplein, waardoor in het gebouw een niveauverschil van een halve verdieping optreed. Daardoor is de eerste verdieping aan het Stadhuisplein gelijk aan de begane grond van de Breestraat. Trappen op de overgang van de vleugel aan de Ereestraat naar andere vleugels, overbruggen het verschil van een halve verdieping. Achter de gevels van rode baksteen met zandstenen detaillering en ornamenten, bevindt zich de betonnen constructie. Geleding door middel van granieten plinten, zandstenen waterlijsten, vensters met waterdorpels en kroonlijsten. In de eindgevels en de gevels aan het Stadhuisplein zandstenen kruisvensters met houten kozijnen en helder en gekleurd glas-in-lood. In de gevel aan de Vischmarkt en aan de binnenplaats twintigruits vensters in stalen kozijnen. Dubbele en enkele houten deuren onder zandstenen rondbogen en in rechtgesloten zandstenen lijsten. De eindgevels zijn tuitgevels of trapgevels met zandstenen dekplaten. Dakkapellen met timpanen en grote gemetselde en met zandsteen gedecoreerde schoorstenen in de dakvlakken. Ter hoogte van de eerste verdieping van de beide gevels aan het Stadhuisplein een omgang op gemetselde vierkante kolommen met speklagen. De gevel haaks op de Vischmarkt {zuidoost) wordt links beëindigd door de toren en rechts door een risaliet met daarin de hoofdingang. Daartussen is de omgang geklemd. Op de eerste verdieping negendelige zandstenen kruisvensters met glas-in-lood. Onder de bescheiden kroonlijst kleine gebeeldhouwde portretten van grootheden uit de Nederlandse geschiedenis. In de toren een toegangsdeur tot de omgang. De risaliet heeft een tuitgevel met goud geverfde obelisken op de schouders en een zandstenen wapen van Leiden in de top. Twee penanten tussen de drie vensterassen. Op de penanten twee beelden, ertussen de dubbele toegangsdeur in een lijst met beeldhouwwerk in zandsteen van Hildo Krop. De gebeeldhouwde man symboliseert het gezag, de vrouw de vrijheid. De bronzen deuren zijn ontworpen door Blaauw en vervaardigd door Jan en Eloy Brom. Op de penanten aan weerszijden van de ingang twee lantaarns in een bronzen armatuur. Verder naar achteren ligt het hogere kantoorgedeelte met een identieke tuitgevel met een beeld van een staande man en een wapen waarin een leeuw met zwaard. De omgang voor de noordoostgevel van de vleugel aan de Breestraat is te bereiken door een deur in de toren en een monumentale trap aan het Trouwstraatje. Op de gemetselde leuningen zandstenen ezelsruggen en een grote lantaarn met bronzen armatuur. Op de muur langs het Stadhuisplein, die is verbonden aan de trap, staat op een zuil met speklagen een gelijkvormige lantaarn, maar dan vijfarmig. Gevel aan bovenzijde beëindigd door zandstenen balustrade met obelisken. Onder de balustrade beeldhouwwerk van mevrouw Franzen-Heslenfeld met afbeeldingen van beroepen. De onderbouw van de drieënvijftig meter hoge toren heeft een vierkante plattegrond, de spits een achthoekige. De onderbouwen het eerste deel van de spits in metselwerk, de drie bovenste lagen in zandsteen. Op de hoek van de onderbouw een beeldengroep van Mari Andriessen, net onder de spits een rondboogfries met gebeeldhouwde consoles van Verstoep die de jaargetijden symboliseren. De spits verjongt zich in vier geledingen. De omgang van de eerste laag, met balustrade, obelisken en koperen figuren, steekt over. Het ontwerp van de toren is sterk beïnvloed door de toren van het afgebrande stadhuis. Twee lagen met bogen, één laag met de klok en één met galmgaten. In de toren een buiten gebruik gesteld trommelspeelwerk uit begin 20ste eeuw. Op de spits pilasters, steunberen en spuwers. Het geheel wordt bekroond door een koperen helmdak met daarop een in lovers uitbottende bol van de edelsmeden Eloy en Jan Brom. Geheel bovenin de windvaan van het afgebrande stadhuis. Achter de tuitgevel aan het Trouwstraatje (zuidoost) ook een hoger bouwdeel, ditmaal met een trapgevelbeëindiging met speklagen. Op de begane grond een galerij met dezelfde vierkante kolommen als onder de omgang. Vlechtwerk en een zandstenen wapen in de top. Aan de Breestraat nog drie vensterassen met kruisvensters. De gevel aan de Vischmarkt (noordoost) is geleed door twintigruits vensters tussen zandstenen sierblokken met waterdorpels. Links in het hoge deel een groot samengesteld venster, waarachter het hoofdtrappenhuis. Rechts een ingang onder een rondboog en een erker. De begane grond komt iets naar voren en heeft kolommetjes met speklagen tussen de vensters. De gevel van de vierde verdieping ligt terug. Tussen de vensters gemetselde muurdammetjes, eronder een zandstenen waterlijst, erboven een zandstenen gootlijst met spuwers. Aan de binnenplaats een identieke vierde verdieping. In het dakvlak aan de binnenplaats zeven grote dakkapellen met geknikte frontons. Op het nokeind een enorme schoorsteen met een ijzeren kap op smeedwerk krullen. De rode klinkers op de binnenplaats liggen in een ruitpatroon met zandstenen sluitstenen. Tegen de gevels staan vierkante gemetselde luchtkokers van de kelder.
Interieur
De representatieve ruimtes van het stadhuis zijn grotendeels gaaf. Zo zijn onder meer de burgerzaal, de raadzaal, de kamer van B en W de burgemeesterskamer en diverse Wethouderskamers en (delen) van de gangen, trappenhuizen en hallen nog oorspronkelijk. De belangrijkste representatieve ruimtes bevinden zich op de hoofdverdieping: de bel etage aan de Breestraat, oftwel tweede verdieping aan het Stadhuisplein en de Vischmarkt. Zowel in de verkeersruimtes als in de kantoren en vergaderzalen zijn de stoffering en meubels bewaard gebleven, die destijds voor het stadhuis zijn ontworpen. In de verkeersruimtes marmer op wanden en vloeren. Op de tweede verdieping is dit gelegd in livre ouvert. Verder in de hallen en gangen onder meer wit gepleisterd cassetteplafonds, dubbele koperen tochtdeuren en vensterbanken en radiatorkasten van marmer en hout met koperen roosters in nissen. Trappen in marmer, houten trapleuningen en bronzen hekwerk. Gebrandschilderde ramen met wapens van Leidse Burgemeesters in het hoofdtrappenhuis aan de Vischmarkt en tegenover de raadzaal. In de gangen van de kantoortoren zwart-witte tegelvloeren, tegellambriseringen, kantoordeuren in houten lijsten. Op de vloeren in de kantoren ligt onder meer parket, de wanden zijn voorzien van wandbetimmeringen en wandbespanningen.
De burgerzaal is een lange rechthoekige zaal met zijbeuken, die zijn afgescheiden door kolommen. De kolommen, vloer en wanden zijn bekleed met drie marmersoorten: Arabescato (wit), zwarte Port d'Or en Jaune de Sienne (geel). Het Arabescato op de vloer ligt in livre ouvert. De kolommen en pilasters op de wanden zijn voorzien van convexe en concave profielen, basementen en kapitelen. Boven de trouwzaal een witgestuct vierkant netgewelf, boven de feestzaal een tongewelf, vlakke plafonds boven de zijbeuken. In de hal voor de burgerzaal onder andere een glazen tongewelf met smeedijzeren ranken van Hildo Krop. Op de wand een windroos met in zandsteen gebeeldhouwde ornamenten, die in verbinding staat met de windvaan op het dak en door middel van lampen de windrichting aangeeft. In de kamer van B en W en van de burgemeester zijn onder meer de parketvloeren, paneeldeuren, wandbetimmeringen, cassetteplafonds en met hout ingelegde panelen (intarsia) van M.C. Escher bewaard gebleven. De raadzaal is een rechthoekige ruimte over .twee bouwlagen onder een gedrukt tongewelf met een cassetteplafond Aan de korte zijden op de 'verdieping' de publieke tribunes. Wandbespanningen met gobelins in de betimmering met pilasters, naar ontwerpen van kunstenaar De Moor. Verder onder meer met leer gecapitonneerde toegangsdeuren, een parketvloer en glas-in-lood in de bovenlichten boven de toegangsdeuren. In de gang voor de raadzaal Paonazzo of pauwenmarmer en twee grote mozaïeken naar Pompeïaans voorbeeld van Lode Sengers op de wand. De vierkante koffiekamer naast de raadzaal is geheel met hout betimmerd en heeft ook met leer gecapitonneerde deuren. Vierkante kolommen bekleed met hout, een houten cassetteplafond en een parketvloer.
Waardering
Het stadhuis is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische waarden als expressie van de plaatselijke bestuurlijke ontwikkelingen. Het gebouw is van algemeen belang vanwege de architectuurhistorische waarde wegens het Traditionalistische ontwerp, de bijzondere Pompeïaanse elementen en de hoge kwaliteit van de ornamenten, de aan het gebouw verbonden beeldende kunsten en de detaillering, waardoor het gebouw zich kwalificeert als Gesamtkunstwerk. Bovendien is het van architectuurhistorische betekenis als representatief voorbeeld van de stadhuizen in het oeuvre van de architect C.J. Blaauw. Dankzij de beeldbepalende ligging aan het Stadhuisplein en de Breestraat is het stadhuis ook in stedebouwkundig opzicht van grote waarde. Zowel het exterieur als het interieur van het stadhuis zijn bijzonder gaaf.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Bestuursgebouw | Bestuursgebouwen, rechtsgebouwen en overheidsgebouwen | Bestuursgebouw en onderdl | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stadhuisplein | 1 | – | 2311 EJ | Leiden | – | – | Ja |
Koornbrugsteeg | 2 | – | 2311 EK | Leiden | – | – | – |
Koornbrugsteeg | 2 | T | 2311 EK | Leiden | – | – | – |
Stadhuisplein | 2 | – | 2311 EJ | Leiden | – | – | – |
Stadhuisplein | 3 | – | 2311 EJ | Leiden | – | – | – |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | G | 2410 | – | Leiden |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1935 | 1941 | – | vervaardiging |