Van Limburg Stirumweg 2, Oranjewoud
Omschrijving onderdeel 2: parkaanleg bij Van Limburg Stirumweg 2
PARKAANLEG, de landschappelijke aanleg van Oranjestein is in verschillende fasen in de 19de eeuw tot stand gekomen, waarbij het tegenwoordige min of meer vierkante complex groeide vanuit de smalle parkstrook in het westen langs de Domineessingel en het verlengde daarvan (Van Limburg Stirumweg) en in enige volgende fasen (1846 en 1872) door aankoop van telkens een nieuwe noord-zuidstrook voltooid werd. Ontwerper van de westelijke helft van het landschapspark is Roodbaard; dit deel dateert uit de jaren 20 van de 19de eeuw; de andere parkgedeelten zijn aangelegd na respectievelijk 1846 en 1872 en borduren in wezen voort op de stijl van Roodbaard. De aanleg wordt bepaald door een aantal grote open ruimten, die van elkaar gescheiden worden door parkbos of lanen. Deze afwisseling van ruimten en opgaande beplanting is hoofdzakelijk in oost-west richting aanwezig. Kleine open ruimten, die verspreid in het landschappelijk vormgegeven park voorkomen, worden veelal gevormd door slingerende vijverpartijen en aangrenzende graslandjes; er is een fijnmazig netwerk van slingerpaden, die veelal begeleid worden door een laanbeplanting bestaande uit eik, beuk of linde, en voor een groot deel door geaccidenteerd terrein gebaand zijn. Ook de zogenoemde bloementuin, die zich ten zuiden van het huis over vrijwel de gehele lengte van het perceel uitstrekt, wordt doorkruist door een netwerk van onverharde slingerpaden, die zodanig verdiept in het gazon liggen dat ze vanaf ooghoogte niet zichtbaar zijn. Opvallend is de ligging van de meeste gebouwen en priëlen in het park: nogal verspreid en hoofdzakelijk in de randen. Hoewel het huis zelf in de uiterste noordwest hoek van het complex ligt, is het volledig met de aanleg verbonden door een tweetal zichtassen; de één zuidwaarts vanuit het huis over de gehele lengte van de bloementuin, de ander naar het zuidoosten over de vijver van de "menagerie" naar het hertenpark; na de verwerving in 1872 van het laatste perceel in het oosten werden in de uiterste noordoost hoek van het complex de huidige moestuin en boomgaard aangelegd; verder werd er nog een nieuwe vijver gegraven in dit oostelijk deel, en er werd een hertenkamp in de jaren 1880 gemaakt tussen de moestuin en de menagerie (noordelijk deel) en in een deel van de oorspronkelijke Roodbaard-aanleg (zuidelijk deel); dit laatste deel is omgeven door een smalle slingervijver en is zeer heuvelachtig. Er zijn in totaal vijf waterpartijen in het park; deze staan niet met elkaar in verbinding, ook niet met de sloten, die de buitenplaats voor een groot deel omringen; oostelijk van het huis ligt de kleine niervormige vijver van de hoenderhof (zie verder onder 7), aan het einde van de bloementuin ligt de zgn. Koffievijver, een lange smalle vijver, die suggereert als beek het park in te stromen van onder de Domineessingel; over de "beek" ligt een kettingbrug (zie onder 9). Dan is er de Grotvijver in het zuiden nabij de Bieruma Oostingweg: een min of meer ronde vijver met twee slinger-uitlopers te midden van een grotachtige wereld met diepliggende kronkelpaden in "ravijnen", die bekleed zijn met stobben. Rond het zuidelijke deel van de hertenkamp ligt een slingervijver met een brede uitloper naar de boomgaard; tenslotte is er de reeds genoemde Nieuwe vijver, die pas rond 1890 gegraven is: een boonvormige waterpartij met een uitloper. Behoudens de reeds genoemde, kent de aanleg van Oranjestein nog een aantal andere toponiemen. Zoals derde wereld, stobbenpad en jodendom. Voor een nadere plaatsaanduiding van deze elementen zij verwezen naar de topononiemenkaart van het terrein [gedateerd juli 1991 en vervaardigd door de Stichting Particuliere Historische Buitenplaatsen (PHB)]. De parkaanleg van Oranjestein wordt als het ware omlijst door een viertal lanen, alle nog te herleiden tot de verkaveling van het 17de-eeuwse Oranjewoud; één ervan, de Oostlaan, maakt in zijn geheel deel uit van het complex en vormt gedeeltelijk de oostgrens; de andere lanen zijn thans openbare wegen, maar zijn toch opgenomen binnen het beschermde complex als belangrijke structuurdragers. Alle lanen zijn met enkele rijen eik beplant; alleen in de Oostlaan staan daarnaast ook enkele Amerikaanse eiken en coniferen. Binnen dit lanenpatroon bezit het park van Oranjestein een landschappelijke aanleg waarvan de visueel-ruimtelijke en architectonische kwaliteiten op een hoog niveau staan; de westelijke parkstrook bestaat grotendeels nog uit dezelfde aanleg zoals die tot stand kwam onder Roodbaard. De overige delen van het park zijn zeer fraaie voorbeelden van een park in landschapsstijl waarbij de eenheid van de aanleg vooral bepaald wordt door de twee zichtassen vanuit het huis. Heel opmerkelijk voor het park van Oranjestein is dat het veel groter lijkt dan werkelijk het geval is en dat dit wordt gerealiseerd binnen de grenzen van het park en niet -zoals vaak- door zichtlijnen die zich buiten het park voortzetten. Het gebruik van poëtische motieven en verrassingselementen doet de wandelaar zich in een arcadisch landschap wanen; dit effect wordt versterkt door het voorkomen van vele "follies", de verspreid liggende vijvers in een golvend kleinschalig landschap en het zeer fijnmazige net van slingerpaden, wat een gevoel van desoriëntatie (dwalen) veroorzaakt.
Waardering
PARKAANLEG is van algemeen belang:
- vanwege de ouderdom en de ontwikkelingsgeschiedenis;
- vanwege de hoge mate van gaafheid van de oorspronkelijke Roodbaard-aanleg;
- vanwege het interessante gegeven dat het park in verschillende fasen aangelegd is en toch een éénheid vormt;
- als zeer goed voorbeeld van de kleinschaligheid en intimiteit van een Roodbaard-park;
- vanwege de visuele en ruimtelijke samenhang met de andere onderdelen van de buitenplaats.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Omschrijving complex:
ORANJESTEIN. De historische buitenplaats Oranjestein is in de jaren '20 van de 19de eeuw aangelegd op een deel van de rechthoekige, licht gerende bos- en hakhoutpercelen van de 17de-eeuwse stadhouderlijke buitenplaats Oranjewoud. De aanleg betreft een kleinschalig landschappelijk park met slingervijvers en -paden, waarvan de structuur zeer goed en volledig bewaard gebleven is. Het oorspronkelijke 18de-eeuwse rentmeestershuis, dat in het uiterste noordwesten van het complex ligt, is in 1821 en 1822 ingrijpend verbouwd tot een buitenplaats. De symmetrische voorgevel (west), met neoclassicistisch kenmerken, ligt in de as van de Lindenlaan, de dwarsas in de oude buitenplaats Oranjewoud. Het huis is later veranderd en vergroot. De architect van de verbouwingen is niet bekend, maar Oranjestein vertoont grote overeenkomsten met de ontwerptekening van Lyndenstein te Beetsterzwaag van de hand van de Giekerkse bouwmeester Abraham Bruinsma (1766-1849). Volgen nog verbouwingen en uitbreidingen in 1855-1856 en 1897, welke laatste de uitbreiding en verhoging inhield van het lage achterhuis aan de oostkant naar ontwerp van de Leeuwarder architect H.H. Kramer (1850-1934). Aan de 19de- en 20ste-eeuwse geschiedenis van Oranjestein zijn de namen verbonden van de families (Heringa) Cats en Bieruma Oosting. De oorspronkelijke lange en smalle kleinschalige landschappelijke aanleg langs de Domineesweg lag ten zuiden van het huis en is van de hand van L.P. Roodbaard; hij dateert van 1824 - 1825. Door latere aankopen (1846 en 1872) van percelen oostwaarts is het park enkele keren uitgebreid, globaal tot het huidige oppervlak; hierdoor, maar ook door de ideeën van Roodbaard, zijn er diverse "werelden" binnen het parkgeheel gegroeid, die door slingerpaden en hier en daar een spaarzaam doorzicht met elkaar verbonden zijn. Naast de landschappelijke parkgedeelten, waarin o.a. een hertenkamp, zijn er een moestuin en boomgaard, alsmede een "menagerie" - ook hoenderhof genaamd. Het complex wordt in het westen begrensd door de Domineessingel en de Van Limburg Stirumweg, in het noorden door de Marijke-Muoiwei, aan de oostkant door bos- en weidepercelen en aan de zuidzijde door de Bieruma Oostingweg.
De historische buitenplaats Oranjestein omvat de volgende onderdelen: HUIS (1), PARKAANLEG (2), KOETSHUIS met SCHUUR (3), DIENSTWONINGEN (4), ORANJERIE (5), KASSEN en MUREN (6), PRIELEN (7), HEKKEN en DAM (8), BRUGGEN en IJSKELDER (9) en TUINSIERADEN (10). De dienstwoning Bieruma Oostingweg 9 wordt wegens te geringe architectonische waarde niet van rijkswege beschermd.
Op de bij de omschrijving behorende kaart is de omgrenzing van het complex alsmede de aanduiding der onderdelen aangegeven. Voor een nadere plaatsaanduiding van de verschillende complexonderdelen wordt verwezen naar de Plattegrond Historische Buitenplaats Oranjestein, vervaardigd door de Stichting Particuliere Historische Buitenplaatsen (PHB) en behorende bij het Beheerplan Oranjestein (Elburg, 1991). De nummering op de Omgrenzingkaart RDMZ correspondeert zoveel mogelijk met die op de plattegrond PHB.
Waardering
De historische buitenplaats Oranjestein is van algemeen cultuur-, architectuur- en tuinhistorisch belang alsmede van stedenbouwkundig belang. Het complex is van belang:
- vanwege de ouderdom;
- vanwege de bouw- en bewoningsgeschiedenis;
- vanwege de vrij hoge mate van architectonische oorspronkelijkheid van de hoofd- en bijgebouwen;
- vanwege de hoge mate van oorspronkelijkheid van de Roodbaard-aanleg [deze aanleg - samen met de architectonische onderdelen - is voor wat betreft het oudste deel (1825) zeer representatief voor het werk van deze tuinarchitect];
- vanwege de visuele, de functionele en de ruimtelijke samenhang tussen de samenstellende onderdelen;
- vanwege de herkenbaarheid en de ruime mate van gaafheid van de samenstellende onderdelen.
Het complex is voorts in landschappelijk-visuele zin van groot belang daar het samen met de (beschermde) buitenplaatsen Jagtlust en het huidige Oranjewoud is aangelegd op de structuren van het 17de-eeuwse stadhouderlijk hof. De eeuwenoude historische relatie tussen dit gebied en de Friese stadhouders uit het huis van Nassau en hun verbintenis met het huis van Oranje komt nog steeds tot uitdrukking in de naamgeving van het gebied (Oranjewoud), van enkele buitens (Oranjewoud en Oranjestein) en de namen van straten, lanen en wegen in het gebied. Vanuit deze optiek kan gesproken worden van (inter)nationaal belang van het Oranjewoud en de aldaar gelegen reeks buitenplaatsen en bijbehorende (vroegere) landerijen en opstallen (boerderijen e.d.)
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Historische aanleg | Kastelen, landhuizen en parken | Tuin, park en plantsoen | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Van Limburg Stirumweg | 2 | – | 8453 JE | Oranjewoud | – | BY | Ja |
Hoofdcategorie | Subcategorie | Beschrijving | Notitie |
---|---|---|---|
Kastelen, landhuizen en parken | Tuin, park en plantsoen | – | Landschapspark |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | N | 123 | – | Mildam |
– | N | 146 | – | Mildam |
– | N | 90 | – | Mildam |
– | N | 638 | – | Mildam |