Johan Willem Friso, Ede

INFANTERIEKAZERNE 'Johan Willem Friso' (2) bestaande uit een fors risalerend middenpaviljoen van drie bouwlagen, geflankeerd door lange vleugels van twee bouwlagen uiterst links en rechts afgesloten door risalerende hoekpaviljoens van twee bouwlagen. Deze onderdelen worden afgesloten door een afgeplat schilddak gedekt met rode kruispannen met in de schilden meerdere dakkapellen. Tegen de achtergevel bevinden zich drie diepe aanbouwen bestaande uit een brede driebeukige middenaanbouw met uiterst links en rechts een éénbeukige aanbouw. De hogere middenbeuk van de middenaanbouw wordt afgesloten door een groot zadeldak met lichtlantaarn met aan weerszijden een smaller zadeldak ter afsluiting van de lagere zijbeuken. De aanbouwen uiterst links en rechts worden afgesloten door een zadeldak. Alle zadeldaken aan de achterzijde zijn gedekt met rode Hollandse pannen. De gevels zijn opgetrokken in bruinrode baksteen in kruisverband met zandstenen speklagen, waterlijsten en deuromlijstingen.

Centraal in de symmetrische VOORGEVEL bevindt zich het risalerend middenpaviljoen bestaande uit een licht risalerende middenas aan weerszijden geflankeerd door drie vensterassen. In de middenas bevindt zich op de begane grond de ingangspartij bestaande uit een halfronde, dubbele paneeldeur met glasindeling met zandstenen omlijsting. De rondboog met gebeeldhouwde sluitsteen wordt omsloten door een rechthoekig zandstenen veld met in de zwikken eikenblad in relief. Uiterst links bevindt zich in relief een heroïsche vrouwenfiguur en uiterst rechts twee klimmende leeuwen. Bovenaan het zandstenen veld bevindt zich de naam 'JOHAN WILLEM/FRISOKAZERNE'. Op de verdiepingen bevinden zich twee vensters onder één rondboog. De gehele gevel wordt onder de bakgoot met geprofileerde klossen afgesloten door een rijk fries, bestaande uit geprofileerde baksteen en tandlijsten in diverse kleuren. De middenas wordt aan weerszijden geflankeerd door een bakstenen pilaster met natuurstenen banden. Links en rechts van de middenas bevinden zich in iedere bouwlaag drie vensters. Het middenpaviljoen wordt boven de bakgoot afgesloten door een bakstenen dakhuis uit circa 1950 met vensters bestaande uit vijf assen, in het midden versierd met een fronton-motief. Aan weerszijden van het middenpaviljoen bevinden zich de lange vleugels bestaande uit vijftien assen. In iedere as bevindt zich op de begane grond en de verdieping een venster. Op de begane grond worden deze vensters afgesloten door een segmentboog, op de verdieping door een latei. In de vierde en twaalfde as bevindt zich op de begane grond een deur met bovenlicht met op de verdieping een venster bestaande uit twee meerruits draairamen. De gevel wordt aan de bovenzijde afgesloten door een rijk fries met in het dakschild oorspronkelijke, later gewijzigde en/of toegevoegde dakkapellen. Uiterst links en rechts van de vleugels bevindt zich een hoekpaviljoen met risalerende middentravee. De middentravee, bestaande uit twee assen eindigt in een klein dakhuis, op dezelfde wijze uitgevoerd als dat van het middenpaviljoen. Op de begane grond bevinden zich twee venster afgesloten door een segmentboog met op de verdieping twee vensters afgesloten door een rondboog met natuurstenen aanzet- en sluitstenen. De middentravee wordt aan weerszijden geflankeerd door een venster-as met identieke vensterindeling. De LINKERZIJGEVEL betreft de zijgevel van het hoofdvolume en de zijgevel van de uiterst linkse aanbouw. Centraal in de zijgevel van het hoofdvolume bevindt zich een uitgemetseld rookkanaal aan weerszijden geflankeerd door een venster-as met op de begane grond en de verdieping een venster.

De ACHTERGEVEL bestaat uit de topgevels van de aanbouwen en de tussenliggende achtergevels van het hoofdvolume. De achtergevel van de middenaanbouw bestaat uit een grote topgevel aan weerszijden geflankeerd door een kleine lagere topgevel. In de grote topgevel bevinden zich rondboogvormige spaarvelden toenemend in grootte met in het spaarveld een rondboogvormige muuropening. In het centrale spaarveld bevinden zich drie smalle hoge rondboogvensters. In de lagere topgevels bevinden zich rechthoekige vensters. In alle gevels bevinden zich regelmatig verdeelde vensters.

De RECHTERZIJGEVEL bestaat uit de zijgevel van de lage achter aanbouw en de zijgevel van het hoofdvolume. In de zijgevel van de aanbouw bevinden zich regelmatig verdeelde meerruits ramen. In de zijgevel van het voorste deel bevinden zich op de begane grond en de verdieping van links naar rechts twee kleine toiletramen gevolgd door twee vensters.

Het INTERIEUR is grotendeels niet meer in oorspronkelijke staat bewaard gebleven.

Waardering

INFANTERIEKAZERNE 'Johan Willem Friso' gebouwd in 1904-1906 in neo-renaissance stijl als onderdeel van het kazernecomplex 'Ede-West'.

- Van architectuurhistorische waarde als voorbeeld van een infanteriekazerne uit 1906 in neo-renaissance stijl met gaaf exterieur.

- Van stedenbouwkundige waarde vanwege de functioneel-ruimtelijke relatie met de Mauritskazerne in het bijzonder en de andere onderdelen van het complex, strategisch gelegen buiten de randstad op de Veluwe in de nabijheid van het spoor.

- Van cultuurhistorische waarde als onderdeel van symmetrisch opgezette infanteriekazernes van het lineaire type met een beginnende decentralisatie, dat zich uiteindelijk zal ontwikkelen tot het paviljoenstelsel. Als lineair type kazerne van belang voor de geschiedenis van de Nederlandse krijgsmacht.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
523488
Complexnaam
Ede-West
Provincie
Gemeente
Plaats
Complexomschrijving

Inleiding KAZERNECOMPLEX 'Ede-West' bestaande uit twee INFANTERIEKAZERNES 'Maurits' en 'Johan Willem Friso', twee ARTILLERIEKAZERNES 'Arthur Kool' en 'Van Essen' en de P.L. BERGANSIUSKAZERNE. Buiten rijksbescherming vallen twee voertuigenloodsen als bijgebouwen van de infanterie; een magazijn, een hoefsmederij, een paardenstal, een bureelgebouw en een korporaalskantine als bijgebouw van de artillerie en een levensmiddelenloods en een ketelhuis ter illustratie van de latere ontwikkelingen van het kazerneterrein. Van de bijgebouwen van de infanterie zijn reeds verdwenen een magazijn voor wapens en gedeponeerde goederen 'het Arsenaal', een sportgebouw, een badhuis en een kantinegebouw. Van de bijgebouwen van de artilleriekazernes zijn verdwenen één van de twee kantinegebouwen, de oude keukens, de gymnastiekgebouwen, het havermagazijn, het hooi- en stromagazijn, een aantal paardenstallen en een turfloods.

Onder rijksbescherming vallen: 1. Infanteriekazerne 'Maurits' (1906) 2. Infanteriekazerne 'Johan Willem Friso' (1906) 3. Artilleriekazerne 'Arthur Kool' (1908) 4. Artilleriekazerne 'Van Essen' (1908) 5. P.L. Bergansiuskazerne (1936). De symmetrische aanleg en inrichting van het kazerneterrein dateert uit het begin van de twintigste eeuw. De INFANTERIEKAZERNES 'Maurits' en 'Johan Willem Friso' zijn gebouwd in de periode 1904-1906, waarschijnlijk naar ontwerp van de 'Kapitein Eerstaanwezend-Ingenieur' te Arnhem, VAN HOLK in neo-renaissance stijl. De kazernes deden dienst als huisvesting van manschappen en van enkele officieren met onder meer een ziekenboeg, cellen en rijwielbergingen. De grote aanbouwen aan de achterzijde waren tevens geschikt gemaakt voor de huisvesting van manschappen. De grote hal in de middelste aanbouw was een overdekte binnenplaats in gebruik als exercitielokaal of noodlogies.

In de periode 1906-1908 zijn de ARTILLERIEKAZERNES 'Arthur Kool' en 'Van Essen' gerealiseerd in chaletstijl, waarschijnlijk naar ontwerp van de Kapitein Eerstaanwezend-Ingenieur te Arnhem, VAN HOLK. De P.L. BERGANSIUSKAZERNE is gebouwd in 1936 in een zakelijk/ kubistische expressionistische stijl waarschijnlijk naar ontwerp van de Majoor Eerstaanwezend Ingenieur E. VAN DER STAAY, bestemd voor de huisvesting van zestig leerlingen van de 'School voor reserve-officieren der Bereden Artillerie'. De School der Bereden Artillerie is opgericht in 1910 en was tot 1936 gevestigd in de artilleriekazernes 'Arthur Kool' en 'Van Essen'. Na 1945 zijn bestaande structuren en gebouwen veranderd en/of verdwenen.

Het KAZERNECOMPLEX 'Ede-West' is gelegen ten noorden van de spoorlijn Utrecht-Arnhem, nabij station Ede-Wageningen. De globale begrenzing van het terrein bestaat uit de spoorlijn in het zuiden, in het oosten de Nieuwe Kazernelaan en het bos De Sijsselt, in het noorden de Eikenlaan en in het westen de Klinkenbergerweg.

Omschrijving

De INFANTERIEKAZERNES 'Maurits' en 'Johan Willem Friso' zijn in 1904 aanbesteed en in 1906 in gebruik genomen als Bataljonskazerne No. 1 en No.2. De omvang van deze gebouwen was voor Ede van een nog ongekende schaal. Het zijn twee, vrijwel identieke panden, elk 130 meter lang en twee tot drie bouwlagen hoog met midden- en zijpaviljoens en grote vleugels aan de achterzijde. De gevels worden afgesloten door afgeplatte schilddaken gedekt met rode kruispannen en zadeldaken gedekt met rode Hollandse pannen. De gevels worden gekenmerkt door horizontale, zandstenen banden en regelmatig verdeelde meerruits schuiframen met siermetselwerk in de terug gelegen boogtrommels aan de bovenzijde en rode lekdorpeltegels aan de onderzijde. De rondboogvormige entreepartijen worden sterk benadrukt door het gebruik van zandsteen. Beide panden staan onder een zeer stompe hoek aan weerszijden van de voormalige midden- en symmetrieas van het kazerneterrein. De symmetrische inrichting van het terrein van de infanteriekazernes is grotendeels verloren gegaan.

De ARTILLERIEKAZERNES 'Arthur Kool' en 'Van Essen' zijn in 1906 aanbesteed en in 1908 in gebruik genomen, gelegen ten oosten van de Stationsweg, in het zuiden aansluitend op de infanteriekazernes (1, 2). Ook deze kazernes met H-vormige plattegrond zijn vrijwel elkaars spiegelbeeld. De kazernes bestaan uit een lage middenpartij van één bouwlaag tussen twee zijvleugels van twee bouwlagen. De gevels worden afgesloten door overstekende zadeldaken gedekt met gesmoorde kruispannen. De bakgoot wordt ondersteund door geprofileerde korbeelstellen met eenvoudige geprofileerde windveren, sierspant en een makelaar in de topgevels. De gevels worden gekenmerkt door horizontale hardstenen banden en regelmatig verdeelde vensters bestaande uit meerruits onder- en bovenramen aan de bovenzijde afgesloten door een hardstenen latei aan de onderzijde door een hardstenen lekdorpel per twee of drie gekoppeld onder één segmentboog. De hoofdentreepartijen worden benadrukt door het gebruik van hardsteen en de beëindiging van de as in een topgevel met achterliggend aangekapt zadeldak. De kazernes staan met de voorgevels gekeerd richting Kazernelaan. De symmetrische aanleg van het terrein van de artillerie is beter bewaard gebleven dan dat van de infanterie. Als symmetrie-as dient de nog bestaande weg noord-zuid tussen de twee kazernes. Deze weg was tevens de voornaamste toegangsweg die aansloot op de Berkenlaan. De Berkenlaan en de Kazernelaan leidden weer naar de Stationsweg. Aan de noordzijde wordt het terrein begrensd door de Eikenlaan. Vanwege een verdergaande decentralisatie is bij de artillerie sprake van een groot aantal bijgebouwen met elk een eigen functie gesitueerd aan de noordzijde van de artilleriekazernes. Een aantal is aanwezig. Het ijzeren hek, dat de toegang markeerde tot de artilleriekazernes is verdwenen. De kantinegebouwen namen evenals in het geval van de infanterie een centrale positie in.

De P.L. BERGANSIUSKAZERNE met U-vormige plattegrond is gebouwd in 1936 als functionele toevoeging aan het eerdere gebouwenbestand bestaande uit twee bouwlagen afgesloten door een flauw hellend omlopend zadeldak gedekt met roodbruine Romaanse pannen. De gevels opgetrokken in bruine baksteen in halfsteens verband worden gekenmerkt door regelmatig verdeelde meerruits stolpramen met een vier-ruits valraam als bovenlicht. De trappartijen komen in het exterieur tot uiting in risalerende assen met risalerende vensterpartij afgesloten door een aangekapt schilddak. In de flauw hellende dakschilden bevinden zich meerdere oorspronkelijke dakkapellen. De hoofdingang wordt benadrukt door een luifel.

Waardering

KAZERNECOMPLEX 'Ede-West' bestaande uit twee INFANTERIEKAZERNES 'Maurits' en 'Johan Willem Friso' uit 1906 in neo-renaissance stijl naar ontwerp van VAN HOLK, twee ARTILLERIEKAZERNES 'Arthur Kool' en 'Van Essen' uit 1908 in chaletstijl naar ontwerp van VAN HOLK en de P.L. BERGANSIUSKAZERNE uit 1936 in zakelijk/ kubistische expressionisme naar ontwerp van E. VAN DER STAAY.

- Van architectuurhistorische waarde als goed voorbeeld van een kazernecomplex bestaande uit een infanterie- en een artilleriekazerne in neo-renaissance stijl en chaletstijl met latere ontwikkelingen in expressionistische bouwstijl gaaf in structuur en detaillering.

- Van stedenbouwkundige waarde vanwege de strategische ligging van het kazernecomplex op een terrein buiten de randstad op de Veluwe in de nabijheid van het spoor. Vanwege de functioneel-ruimtelijke relatie tussen de onderdelen van het kazernecomplex 'Ede-West'.

- Van cultuurhistorische waarde als voorbeeld van een kazernecomplex bestaande uit infanterie en artillerie met daaraan toegevoegd een militair opleidingsinstituut, ontstaan als gevolg van de uitbreiding van de oefenterreinen en kazernes buiten de randstad door het Ministerie van Oorlog naar aanleiding van de instelling van de algemene dienstplicht in 1901.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Kazerne Verdedigingswerken en militaire gebouwen Militair verblijfsgebouw oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Nieuwe Kazernelaan 2 D 42 6711 JC Ede Ja
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
C 5988 Ede
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1904 1906 vervaardiging
Naar boven