DUIVENTOREN (B) gelegen aan de achterzijde van het huis, gedeeltelijk in het talud van de terp en middels een muur met afdak, belegd met eveneens kruispannen, hiermee verbonden. De duiventoren, gebouwd op vierkante grondslag, is als een toren gebouwd met drie witgepleisterde gevels op een grijsgeschilderde plint en telt twee geledingen gescheiden door een cordonlijst. De duiventoren is voorzien van een samengesteld dak van vier zadeldaken in de vorm van een kruis geplaatst, waarop bitumen. De dakranden zijn voorzien van gesneden lijsten. De gevels worden beneden in vierkante verdiepte velden geleed; boven zijn deze velden segmentboogvormig afgesloten. Als VOORGEVEL wordt de zijde beschouwd die haaks op de achtergevel van het huis staat tegenover het koetshuis. Hierin komt in de eerste geleding twee kippenladders voor die elkaar bovenaan ontmoeten. Boven bevinden zich 11 duivengaten met platte aanvliegsteentjes onder boogjes in schoon metselwerk. De LINKER ZIJGEVEL is op een 3x3-ruits raampje in de eerste geleding identiek aan de voorgevel. De ACHTERGEVEL is ongeschilderd en bevat enkel een klein raampje. De RECHTER ZIJGEVEL is naar het achterhuis gericht en bevat beneden een deur en boven een luik.

Waardering

DUIVENTOREN gebouwd rond 1850.

- Van architectuurhistorisch belang als goed en gaaf voorbeeld van een raai vormgegeven duiventoren die bovendien als fenomeen in de zuidwest-Betuwe een zeldzaamheid vormt.

- Van stedenbouwkundig belang vanwege zijn verhoogde ligging op het langgerekte kavel tussen twee parallelle wegen typerend voor dit gestrekte esdorp. De toren vormt met de overige onderdelen een complex dat deel uitmaakt van een historisch gegroeide bebouwing in een landschappelijk gebied.

- Van cultuurhistorisch belang als voorbeeld van een duiventoren bij een herenhuis. Het houden van duiven was lange tijd een heerlijk voorrecht. Later werd aan de bouw van duifhuizen alleen nog de status van voornaamheid ontleend.