Oud-Bussem, Huizen
Inleiding
LANDHUIS Oud-Bussem uit 1930, hoofdonderdeel van het gelijknamige complex.
Omschrijving
Het landhuis heeft een onregelmatige plattegrond met dwarsvleugels, risalieten, serres en balkons. Het grotendeels onderkelderde gebouw bestaat uit twee bouwlagen onder een samengesteld afgeknot schilddak dat met Noorse leien is gedekt. In de dakschilden staan verschillende dakkapellen met driehoekige frontonbekroning, eenvoudige wangen en vensters met kleine roedenverdeling. De overstekende gootlijst rust op klampen. Aan de linkerzijgevel staat, haaks op het hoofdvolume, een rechthoekige éénlaagse (oorspronkelijke dienst)vleugel, waarin onder andere de keuken is gesitueerd. Deze aanbouw wordt aan de voorzijde aan het zicht onttrokken door een hoge gepleisterde tuinmuur die is voorzien van pilasters met natuurstenen sierbollen. De muur is aan de bovenzijde afgedekt door een natuurstenen lijst. De gevels zijn boven een natuurstenen plint gepleisterd en wit gesausd. De hoeken van de voorgevel worden benadrukt door geblokt pleisterwerk. De schuiframen hebben een 18de-eeuwse kleine roedenverdeling, evenals de samengestelde vensters en de glasdeuren, die op de begane grond zijn voorzien van een halfrond bovenlicht. Voor de rechterzijgevel en achtergevel ligt een doorlopend verhoogd gemetseld terras, belegd met flagstones en voorzien van diverse trappen naar het rondom gelegen gazon. De voorgevel (ZW) telt 7 vensterassen waarvan de rechter in een risaliet onder aangekapt schilddak dat wordt bekroond door een klokkentorentje met koepeldak. De windwijzer in de vorm van een lopende hinde verwijst naar de familie Hinlopen, die in de 17de eeuw eigenaar was van de buitenplaats Oud-Bussum. In het midden van de gevel leidt een brede natuurstenen trap van vier treden naar de licht risalerende entreepartij die toegang geeft tot de centrale hal op de begane grond. De dubbele glasdeur onder halfrond bovenlicht wordt geflankeerd door twee smalle zijlichten. Langs het bovenlicht en boven de zijlichten decoratief stucwerk in reliëf. Boven de entreepartij bevindt zich een ondiep breed balkon met ijzeren hek waarop een dubbele glasdeur tussen zijlichten opent. Boven de balkondeur een segmentboogvormig fronton met centraal de wijzerplaat van de klok tussen decoratief stucwerk in reliëf. In de overige vensterassen schuifvensters, in de zijgevel van de risaliet smalle vensters. In het dakschild vier dakkapellen en twee schoorstenen. De hoofdentree bevindt zich in een risaliet onder steekkap iets rechts uit het midden van de linkerzijgevel (NW). Op de begane grond een dubbele glasdeur in een omlijsting van natuurstenen blokken onder een ver overstekende luifel. Op de verdieping een Palladiaans venster onder segmentboogvormige profiellijst. Aan weerszijden van de entreepartij twee vensterassen met schuiframen en links ligt verdiept in de gevel een smal getoogd venster over twee bouwlagen dat de achtergelegen diensttrap verlicht. Links van de tuinmuur een risalerende geveltravee met twee smalle schuifvensters op de verdieping en een forse gepleisterde schoorsteen in het dakschild. De rechterzijgevel (ZO) bestaat uit twee ten opzichte van elkaar verspringende geveldelen met voor het rechter terugliggende deel een groot balkon op natuurstenen kolommen. Het linker geveldeel bevat twee vensterassen met links een dubbele glasdeur onder bovenlicht naar het terras en rechts brede driedelige samengestelde vensters. In het terugliggende gedeelte rechts een dubbele glasdeur onder halfrond bovenlicht die opent naar het terras onder het balkon. De deur wordt geflankeerd door twee stolpvensters onder halfrond bovenlicht. Op de verdieping twee smalle glasdeuren onder terugliggende halfronde boogtrommels. Ongeveer in het midden van de achtergevel (NO) een risalerende entreepartij zoals in de voorgevel die toegang geeft tot de centrale hal. Ook hier een dubbele glasdeur onder halfrond bovenlicht tussen zijlichten en op de verdieping een ondiep balkon, waarop een dubbele glasdeur tussen twee zijlichten opent. Rechts van de entreepartij een dwarsvleugel die in de zijgevel drie vensterassen telt met op de begane grond stolpvensters onder halfrond bovenlicht en op de verdieping schuifvensters. Aan de achtergevel van de dwarsvleugel links een grote halfronde serre met stalen ramen onder koperen koepeldak en daarboven een kleinere halfronde erker, eveneens met stalen ramen. Rechts op de begane grond de verbinding met de latere aanbouw en op de verdieping twee schuifvensters. Links van de centrale entreepartij een breed risaliet onder afgeknot schilddak met op de begane grond een halfronde serre met stalen ramen onder koperen koepeldak en op de verdieping vier schuifvensters. Links van de risaliet een rondboogvormige enkele deur en op de verdieping een smalle glasdeur die opent naar het balkon aan de rechter zijgevel.
De plattegrondindeling en interieurafwerking uit de bouwtijd zijn grotendeels gaaf bewaard gebleven. Op de begane grond verschilt de afwerking van het interieur per ruimte, waarbij vooral de veelheid aan (neo-)stijlen en de diversiteit van het materiaalgebruik opvalt. De grote centrale hal heeft onder meer een marmeren vloer en een houten cassetteplafond, de deuren naar de verschillende vertrekken zijn decoratief in verschillende soorten houtfineer uitgevoerd. Aan de voorzijde rechts is de zogenaamde herenkamer met aansluitend kabinet voorzien van een notenhouten betimmering en een marmeren schouw. Aan de achterzijde rechts de "witte zaal" voorzien van rijk houtsnijwerk en een monumentale schouw in Neo-Lodewijkstijl. De "groene eetkamer" is rondom voorzien van een betimmering in Neo-Lodewijkstijl waarin onder meer een buffetkast is opgenomen. Aan weerszijden van de entree naar de eetkamer twee kasten met gebogen deuren. De structuur van de verdieping doet redelijk authentiek aan, mede omdat de verbouwingen in stijl zijn geschied. Op de zolder staat het uurwerk van de klok in het fronton, verbonden met een luidmechaniek voor de klokken in het klokkentorentje. Het uurwerk is in 1912 in Bussum gemaakt.
Waardering
Het landhuis Oud-Bussem uit 1930 is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorisch waarde als historisch-functioneel hoofdonderdeel van het gelijknamige complex en als uit- en inwendig grotendeels gaaf bewaard gebleven voorbeeld van een landhuis in nieuw-historiserende trant, geïnspireerd op 18de-eeuwse voorbeelden, naar ontwerp van architect prof. D.F. Slothouwer. Het landhuis heeft tevens situationele waarde vanwege de beeldbepalende ligging op de buitenplaats Oud-Bussem, in de landgoederenstrook in de Gooise noordflank.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding
Complex "Landhuis Oud-Bussem" bestaande uit vijf onderdelen: HISTORISCHE PARK- EN TUINAANLEG, LANDHUIS, DIENSTWONING, GARAGE en HEKPIJLERS. De buitenplaats Oud Bussem is als hofstede gesticht in de 16de eeuw, maar heeft door ontwikkelingen in parkaanleg en bebouwing in de 19de en 20ste eeuw het huidige aanzien verkregen. De nabijgelegen 18de-eeuwse hallenhuisboerderij aan de Flevolaan, die onderdeel uitmaakt van het complex "Melkerij Hofstede Oud-Bussem", is een opvolger van de 16de-eeuwse hofstede. Waarschijnlijk is in de 18de eeuw op ongeveer de huidige lokatie een landhuis gebouwd. Rond 1800 is rond het huis en in het zuidelijk deel van het Bikberger bos een vroege landschappelijke aanleg gerealiseerd, mogelijk naar ontwerp van J.D. Zocher sr. In 1825 kocht Abraham Bredius de buitenplaats toen 107 ha groot en hij wist het landgoed tot zijn dood in 1863 te vergroten tot 306 ha. Hij gaf in het midden van de 19de eeuw opdracht om ook de nog bestaande formele sterrenbossen van het landgoed in landschapsstijl te transformeren. In 1902 werd het gedeelte van het landgoed met de oude hofstede en het landhuis bij veiling verkocht aan Joannes van Woensel Kooy, die bij de oude boerderij in 1903 de proefboerderij "Melkerij Hofstede Oud-Bussem" stichtte, waarvoor K.P.C. de Bazel het ontwerp maakte. In 1908 en 1909 werden delen van het landgoed verkocht ten behoeve van de ontwikkeling van villaparken; het herenhuis met park en daarachter gelegen bos Bikbergen werd aangekocht door de NV Onroerend Goed Exploitatie Maatschappij "Het Bosch van Bredius".
In 1910 maakte L.A. Springer een ontwerp voor de park- en tuinaanleg rond het huis waarbij hij enkele bestaande oudere lanen en bomen als basis gebruikte. In 1930 kwam het landhuis en bijbehorend park in handen van de heer P. van Leeuwen-Boonkamp. Hij liet op de plaats van het oude landhuis in 1930 naar ontwerp van de architect prof. dr. ir. D.F. Slothouwer het huidige huis in historiserende trant bouwen. In 1931 verkocht hij het bos van Bikbergen aan het Goois Natuurreservaat. Direct na de Tweede Wereldoorlog is het landhuis door de Staat der Nederlanden ingericht als opvangtehuis voor vluchtelingen. In 1950 werd het gebouw als kliniek in gebruik genomen en recentelijk is er een kantoor in gevestigd. N.B. De aangebouwde kliniek uit 1961-1962 is voor de bescherming van ondergeschikt belang.
Complexomschrijving
Het landhuis ligt centraal in de parkaanleg in de middenas van de als rechte toegangslaan aangelegde Oud Blaricummerweg. Het landhuis heeft een onregelmatig rechthoekige plattegrond met diverse aanbouwen en risalieten, gepleisterde gevels en telt twee bouwlagen en een zolderverdieping onder een kap. De dienstwoning en garage liggen noordelijk van het huis, de hekpijlers staan bij de entree van het terrein vanaf de Oud Blaricummerweg. De dienstwoning heeft een rechthoekige plattegrond en telt één bouwlaag onder een kap, de garage is opgetrokken in hout onder een kap. De parkaanleg wordt begrensd door de Oud Blaricummerweg in het zuiden, door de Flevolaan in het westen, door de Oud Bussummerweg in het oosten en het terrein van de voormalige modelboerderij "Hofstede Oud-Bussem" in het noorden.
Waardering
Het complex "Landhuis Oud-Bussem", bestaande uit een historische park- en tuinaanleg, landhuis, dienstwoning, garage en hekpijlers is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische waarde als representatief voorbeeld van een in oorsprong uit de 16de eeuw daterende buitenplaats die door ontwikkelingen in aanleg en bebouwing in de 19de en 20ste eeuw het huidige aanzien heeft verkregen. Het complex heeft hoge situationele waarde vanwege de beeldbepalende ligging in de landgoederenstrook in de noordflank van Het Gooi.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Landhuis | Kastelen, landhuizen en parken | Kasteel, buitenplaats | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Flevolaan | 69 | – | 1272 PC | Huizen | – | – | Ja |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | A | 1911 | – | Huizen |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1930 | 1930 | – | vervaardiging |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Slothouwer, prof.dr.ir. D.F. ; Noord-Holland | architect / bouwkundige / constructeur | – |
Leeuwen Boonkamp, P. ; Noord-Holland | opdrachtgever | – |