Centrale Bibliotheek, Delft
Inleiding
Bij het TU-complex Binnenstad behorende UNIVERSITEITSBIBLIOTHEEK van de Technische Hogeschool, genoemd Centrale Bibliotheek, van de periode 1910-1915 van de hand van rijksbouwmeester J.A.W. Vrijman. In het ontwerp zijn het publieksgebouw in de stijl van de Neo-Hollandse Renaissance en het depot (aan de Doelenstraat) in de stijl van het Neo-Classicisme duidelijk van elkaar te onderscheiden.
De erkers van het depot aan de Doelenstraat waren aangebracht om het stof van de boeken te kunnen kloppen.
In 1997 is de TU-bibliotheek verhuisd naar de Wippolder.
N.B. 1. Het platte dak van het depot was oorspronkelijk uitgerust met een balustrade. N.B. 2. De garage (tegen de bibliotheek gebouwd) uit 1958, de vrijstaande rijwielstalling en het H.S. station uit 1965 op de binnenplaats van bibliotheek en Weg- en Waterbouw zijn niet bij de bescherming van rijkswege betrokken.
Omschrijving
Het gebouw bestaat uit twee haaks op elkaar staande hoofdmassa's: een tweelaags samengesteld volume met samengestelde kap aan het Schuttersveld en een vleugel opgetrokken vanuit een rechthoekige plattegrond bestaande uit drie bouwlagen met een plat dak aan de Doelenstraat.
Het gebouw is opgetrokken in schoon metselwerk van grauwe baksteen in kruisverband. De gevels zijn verrijkt met details, die verwijzen naar de vroege Neo-Hollandse Renaissance, zoals natuurstenen speklagen in de vorm van banden en waterlijsten, segmentboogvormige vensterbekroningen en vensters met frontons, Manniëristische topgevels met frontons als bekroning, voluutvormige afdekkingen en reliëfs met leeuwenkoppen. Ook rijk versierde, smeedijzeren gevelankers verlevendigen de gevels. De kappen zijn gedekt met blauwe leien in maasdekking, de schilden worden doorsneden door dakhuisjes met luiken en op een enkele nok bevindt zich een zinken piron. De dakvoet is afgewerkt met een eenvoudige houten gootlijst. De gevels bij platte daken zijn afgewerkt met een meervoudige, natuurstenen lijst. De hemelwaterafvoer benadrukt de verticaliteit van de gevels. De gemetselde, rechtgesloten kruisvensters en diverse typen meervoudige vensters hebben natuurstenen lateien, wissel- en onderdorpels en bevatten houten vaste en klepramen. De timpanen van de segmentboogvormige venstersbekroningen zijn vlak uitgevoerd, in de frontons bevinden zich hoofden in hoog-reliëf. De rondboogvensters zijn uitgevoerd met gemetselde traceringen en gekleurd glas-in-lood en bevatten onderaan - onder een wisseldorpel - drie lichten met houten kozijnen. De rondboogvensters in het depôt bevatten meerruits stalen ramen.
Het volume aan het Schuttersveld bestaat uit een noord-zuid georiënteerde middenvleugel geflankeerd door west-oost georiënteerde dwarsvolumes met zadeldaken. In de zuidelijke dwarsgeplaatste vleugel is een toren geïntegreerd. Aan de noordzijde bevindt zich een hoekpaviljoen. De middenvleugel heeft aan de westzijde een afgeplat zadeldak en op het midden van het dak bevindt zich een gemetselde lichtkap met koperen dak en rechtgesloten vensters. De over de middenas te spiegelen westgevel van de middenvleugel beslaat vijf traveeën. In het midden bevindt zich de entreepartij, die bestaat uit een hardstenen, vijfzijdige stoep met drie treden en een bordes en met een natuurstenen, rijk gedecoreerde deuromlijsting. De getoogde dubbele paneeldeur met getoogde ruiten en siersmeedwerk wordt omsloten door een 'triompfboogmotief' met Ionische (3/4) zuilen. Op het entablement een liggend ovaal licht met roeden, dat door twee gebeeldhouwde allegorische figuren geflankeerd wordt. De vensters op de eerste bouwlaag zijn zesdelig en hebben een segmentboogvormig fronton. De negendelige vensters op de verdieping zijn breder en uitgevoerd met een fronton. De dakhuisjes bevinden zich in het midden van de vensterassen. De achtergevel (oost) is eveneens vijfassig met op elk van de twee bouwlagen vijf rondboogvensters. De vensterassen worden van elkaar gescheiden door lisenen. De toren is opgetrokken vanuit een rechthoekige plattegrond. Het schilddak van de toren wordt bekroond door een dakruiter, die van onder opengewerkt is en een samengestelde helm heeft. De voorgevel (westzijde) van de toren maakt onderdeel uit van de gevel aan het Schuttersveld. Aan deze zijde een groot rondboogvenster met gemetselde traceringen en glas-in-lood. De gemetselde daklijst wordt doorbroken door een wijzerplaat, gevat in een natuurstenen, klassieke omlijsting met ionische pilasters en een segmentboogvormig fronton. Het geheel rust op een lijst waaronder rolwerk. De noord- en de zuidgevel bevatten een topgeveltje met een venster, dat de daklijst doorsnijdt. De oostgevel heeft op de verdieping een rondboogvenster en een topgevel met enkele tweedelige vensters.
De westgevel van het noordelijke dwarsvolume bevat op de eerste bouwlaag twee zesdelige vensters en op de verdieping een 15-delig venster. In de topgevel voluten, reliëfs, een kruisvenster met fronton en gevelbekroning in de vorm van een segmentboog met een bol bekroond. De noordelijke gevel van het dit dwarsvolume is grotendeels blind. In de noordoostelijke oksel van dwarsvolume en noord-paviljoen bevindt zich een uitbouw met topgevel onder steekkap.
Het noordelijke paviljoen bestaat uit een volume van één bouwlaag onder een afgeplat schilddak. De noord- en westgevel bevatten in het midden een rondboogvenster met gekleurde glas-in-lood ramen met vlechtmotief. Ter plaatse van deze vensters is de gevel boven de dakvoet uitgemetseld tot een flesvormige topgevel en voorzien van steekkapjes.
De identieke gevels aan de Doelenstraat en aan de binnenplaats van de depotvleugel zijn vijftien traveeën lang. De klassieke opbouw wordt gevormd door een basement met daarboven kolossale, gestapelde orde, bestaande uit pilasters in Dorische en Ionische orde. De lisenen rusten met hun natuurstenen bases op doorlopende, uitkragende waterlijsten, die de gevel horizontaal geleden. Het basement bestaat uit een vlakke plint, die afgesloten wordt door een waterlijst met daarboven rondboogvormige vensters met stalen ramen, horizontaal verbonden door een natuurstenen band. Tussen de pilasters bevinden zich de volledig met glas ingevulde puien. Een horizontale band halverwege de glaspui duidt de verdiepingshoogte aan. De tweede, achtste en viertiende travee bevat een uitgebouwde erker, die rust op bakstenen consoles met natuurstenen, voluutvormige beëidigingen. De drie verdiepingen tellende erkers bevatten per verdieping een driedelig, rechtgesloten venster onder een natuurstenen latei, met natuurstenen lekdorpels en tweedelige ramen. Ter hoogte van het balkon op de verdieping bevindt zich een rondboogvenster. De gevel wordt afgesloten met een natuurstenen kroonlijst met een gemetseld fries. De zijgevels van de depotvleugels zijn ingebouwd c.q blind.
INTERIEUR. Het nagenoeg gave interieur heeft de oorspronkelijke indeling en detaillering grotendeels behouden. De deuren aan weerszijden van het tochtportaal zijn verrijkt met een classicistische omlijsting met Ionische pilasters, een kroonlijst en een ovaalvormig opzetstuk met rolwerk en cartouche. Rondom de centrale, rechthoekige uitleenhal bevindt zich de galerij met rondboogarcade, die gedragen wordt door granieten toscaanse zuilen op natuurstenen sokkels. De hoekoplossing bestaat uit twee gekoppelde toscaanse zuilen op een gemeenschappelijke sokkel. De muurvlakken boven de arcadebogen zijn vlak gestuct en worden doorbroken door een horizontaal doorlopende natuurstenen lijst. De kleinere, composiet zuilen op de galerij dragen de wanden waarop de koepel rust, die op zijn beurt de hal overspant. Deze zuilen zijn toegepast in een alternerend stelsel van vrijstaande zuilen en gekoppelde zuilen met pilasters. De hoekoplossing komt overeen met die van de eerste bouwlaag. Het vlakke muurvlak boven de arcadebogen van de verdieping worden onderbroken door een horizontale, rondomdoorlopende tandlijst. De ovale vensters met sierstucwerk in hoog-reliëf in de wanden waarop de rechthoekige koepel rust bevatten gebrandschilderd glas-in-lood, waarin de namen van ingenieurs van de verschillende afdelingen en beroemde wetenschappers als Van Leeuwenhoek en Boerhaave zijn verwerkt. Karakteristiek is de uitbundige stucdecoratie in hoog-reliëf met florale motieven op het plafond van de galerijen en de koepel.
In het noordelijke hoekpaviljoen bevindt zich een zaal met tongewelf en stucplafond met rijke, geometrische profileringen en een rondom lopende muurschildering met voorstellingen omtrent wetenschap en arbeid. Het patroon van het stucplafond loopt door in de dwarsgeplaatste tongewelven boven de rondboogvensters. De afscheiding tussen deze zaal en een meer zuidelijk gelegen zaal wordt gevormd door een rondboogarcade met twee bogen met in het midden een toscaanse zuil. De zuidelijke zaal heeft een driedelig stucplafond met geometrisch patroon. Het trappenhuis is uitgevoerd met zwevende, granieten steektrappen met bordessen, siersmeedijzeren balustrades en houten handlijsten.
De draagconstructie van het depôt bestaat uit gewapend beton en samengestelde kolommen van geklinknagelde staalprofielen. Deze kolomconstructie is per verdieping lichter uitgevoerd.
Waardering
De voormalige Centrale Bibliotheek op het Schuttersveld 2 met bijbehorend interieur is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische waarde
- als uitdrukking van een specifieke functie, namelijk wetenschappelijke bibliotheek en vanwege de plaats die het inneemt in de geschiedenis van de Technische Universiteit Delft;
- als vroeg voorbeeld van een gebouwtype, namelijk een zelfstandige bibliotheek, als voorbeeld van de bouwstijl, namelijk Neo-Hollandse Renaissance, vanwege de plaats die het inneemt in het oeuvre van de architect J.A.W. Vrijman en vanwege karakteristieke hoofdvorm, materiaalgebruik, detaillering en interieur en de hoge mate van gaafheid daarvan.
De bibliotheek heeft stedenbouwkundige waarde vanwege de beeldbepalende ligging aan het Schuttersveld en de ruimtelijk-functionele en visuele relatie met de omringende gebouwen van het TU-complex Binnenstad.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding
Het complex bestaat uit de UNIVERSITEITSBIBLIOTHEEK van de Technische Hogeschool, genoemd Centrale Bibliotheek, van de periode 1910-1915 van de hand van rijksbouwmeester J.A.W. Vrijman (Schuttersveld 2), het UNIVERSITEITSGEBOUW van de Technische Hogeschool van de afdeling Weg- en Waterbouw (Oostplantsoen 25) van architect G. van Drecht (1918-1923) en een ERFAFSCHEIDING.
Rond 1900 kwam een groot exercitieterrein ter beschikking tussen Raam en Oostplantsoen. Dit vormde de aanleiding om hier de noodzakelijke uitbreidingen van de TH te plannen. Het plan van 1908 voorzag in de bouw van een aantal nieuwe universiteitsgebouwen, zoals een aula en gebouwen voor Bouwkunde en Weg- en Waterbouwkunde tussen de Verwersdijk en het Oostplantsoen. De Centrale Bibliotheek werd als eerste gebouwd. Voor het bouwrijp maken van het plangebied werd onder meer in 1914 de Raam- of Lakengracht gedempt. De plannen werden slechts gedeeltelijk uitgevoerd, omdat de Technische Hogeschool uiteindelijk besloot de uitbreidingen ten zuiden van de binnenstad te situeren. Naast de bibliotheek werden nog in 1923 het gebouw voor Weg-en Waterbouwkunde (aan het Oostplantsoen) en in 1933 het Waterloopkundig Laboratorium (aan de Raam) in gebruik genomen.
In 1997 is de bibliotheek verhuisd naar de Wippolder en is het gehele complex vrijgekomen voor herbestemming.
N.B. De garage (tegen de bibliotheek gebouwd) uit 1958, de vrijstaande rijwielstalling en het H.S. station uit 1965 op de binnenplaats van bibliotheek en Weg- en Waterbouw zijn niet bij de bescherming van rijkswege betrokken.
Omschrijving
Het uit drie onderdelen bestaande complex bevindt zich op een rechthoekig perceel, dat begrensd wordt door het Oostplantsoen, de Doelenstraat, het Schuttersveld en de Vaandelsteeg, die overgaat in de Fortuinstraat. Het perceel bevindt zich met de kopse oostkant aan het Oostplantsoen, dat op zijn beurt aan het Rijn-Schiekanaal grenst. Het gebouw van Weg- en Waterbouw ligt in de vorm van een winkelhaak langs het Oostplantsoen (met voorgevel en hoofdentree) en de Fortuinstraat. De Centrale bibliotheek ligt aan de zijde van de Doelenstraat belendend aan Weg- en Waterbouw en spiegelt de vorm van dit gebouw. De voorgevel van de bibliotheek is aan het Schuttersveld gesitueerd. Aan de zuidzijde is deze westelijke vleugel vrijstaand, waardoor het binnenplein tussen de twee 'winkelhaken' aan de westzijde gedeeltelijk geopend is.
Het plein heeft aan de noord- en zuidzijde (resp. Doelenstraat en Fortuinstraat) een afscheiding deze loopt aan de zijde van de Doelenstraat geheel langs het perceel en sluit aan op de noordoosthoek van Weg- en Waterbouw.
Waardering
Het complex TU-Binnenstad op Schuttersveld/Raam/Oostplantsoen is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische waarde
- als uitdrukking van de specifieke wetenschappelijke functies en vanwege de plaats die het inneemt in de geschiedenis van de Technische Universiteit Delft;
- als vroeg voorbeeld van gebouwtypen, als voorbeelden van de specifieke bouwstijlen en vanwege karakteristieke hoofdvorm, materiaalgebruik, detaillering en de hoge mate van gaafheid daarvan.
Het complex heeft stedenbouwkundige waarde vanwege de beeldbepalende ligging rond het Schuttersveld/Raam/Oosplantsoen en de ruimtelijk-functionele en visuele relatie van de gebouwen van het TU-complex Binnenstad onderling.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Universiteitsbibliotheek | Cultuur, gezondheid en wetenschap | Onderwijs en wetenschap | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Doelenstraat | 137 | – | 2611 NS | Delft | – | – | Ja |
Doelenstraat | 139 | – | 2611 NS | Delft | – | – | – |
Doelenstraat | 141 | – | 2611 NS | Delft | – | – | – |
Doelenstraat | 143 | – | 2611 NS | Delft | – | – | – |
Doelenstraat | 145 | – | 2611 NS | Delft | – | – | – |
Doelenstraat | 147 | – | 2611 NS | Delft | – | – | – |
Doelenstraat | 149 | – | 2611 NS | Delft | – | – | – |
Doelenstraat | 151 | – | 2611 NS | Delft | – | – | – |
Doelenstraat | 153 | – | 2611 NS | Delft | – | – | – |
Doelenstraat | 155 | – | 2611 NS | Delft | – | – | – |
Doelenstraat | 157 | – | 2611 NS | Delft | – | – | – |
Doelenstraat | 159 | – | 2611 NS | Delft | – | – | – |
Raam | 180 | – | 2611 WP | Delft | – | – | – |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
4414 | C | 4417 | A10 | Delft |
4414 | C | 4417 | A11 | Delft |
4414 | C | 4417 | A12 | Delft |
4414 | C | 4417 | A13 | Delft |
4414 | C | 4417 | A14 | Delft |
4414 | C | 4417 | A15 | Delft |
4414 | C | 4417 | A16 | Delft |
4414 | C | 4417 | A5 | Delft |
4414 | C | 4417 | A6 | Delft |
4414 | C | 4417 | A7 | Delft |
4414 | C | 4417 | A8 | Delft |
4414 | C | 4417 | A9 | Delft |
– | C | 4388 | – | Delft |
– | C | 4555 | – | Delft |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1910 | 1915 | – | vervaardiging |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Vrijman, J.A.W. ; Drenthe | architect / bouwkundige / constructeur | – |