Benedenkerkstraat 103, Waspik

Inleiding

Voormalig WOON- EN BEDRIJFSPAND (voorheen LEERLOOIERIJ) met ingezwenkte lijstgevel, gebouwd in 1868 in Ambachtelijk-traditionele bouwtrant, wellicht in de kern ouder, of gebouwd met gebruikmaking van delen van een ouder huis. Het pand is achter een ijzeren spijlenhek gelegen op een erf met geschoren taxushagen, linde en paardekastanje, aan de uiterste rand van het dorp met vergelijkbare boerderijen in lintbebouwing. De nok staat loodrecht op de straat. Het bedrijfsgedeelte is ingericht als woning. Achter het huis een niet beschermd oud bijgebouw met tuinmuur. Verhoging van het bedrijfsgedeelte met twee droogzolders ten behoeve van de looierij in 1898. De looierij was in bedrijf tot ca. 1920.

Omschrijving

Het eenlaagse pand bestaat uit een woonhuis op rechthoekige plattegrond onder zadeldak met wolfseinde aan de voorzijde. In het verlengde een even breed bedrijfsgedeelte met dwarsdeel onder ca. 1.50 m hoger opgaand zadeldak. Het woonhuisgedeelte is gedekt met gemêleerde verbeterde Hollandse pannen, het bedrijfsgedeelte heeft rode Hollandse pannen. Twee schoorstenen staan op de uiteinden van de nok van het woonhuis. De asymmetrisch ingedeelde voorgevel is als het gehele woonhuisgedeelte opgetrokken uit donkere roodbruine handvormsteen (21 x 10,5 x 4 cm) in kruisverband met knipvoeg. De ingezwenkte lijstgevel met geprofileerd houten kroonlijst is licht geschouderd en voorzien van rollagen. De voordeur, links uit de middenas, is gevat in een monumentale ingangspartij met houten pilasters en kroonlijst op klossen en eierlijst. Deurkozijn met hardstenen neuten. Bovenlicht met glas-in-lood. Links van de deur een en rechts twee grote vensters met 6-ruits schuiframen. Op de zolderverdieping twee identieke, symmetrisch geplaatste vensters. Alle vensters hebben strekken en hardstenen vensterbanken. De kozijnen van de benedenverdieping hebben duimen. De rechter zijgevel heeft geheel links het voor de Langstraatbebouwing kenmerkende smalle hoge venster, met vernieuwde drieruitsvulling. Verder twee vernieuwde vensters met 6-ruits ramen van de opkamer. Daaronder een getralied keldervenster. Staafankers. De linker zijgevel heeft een driedelig smal hoog venster uiterst rechts en een venster met 6-ruits schuifraam en voorheen dubbele opgeklampte luiken. De begane grond en de achtergevel van het bedrijfsgedeelte zijn opgetrokken en nadien hersteld in verschillende soorten handvormbaksteen, daarboven deels gepotdekseld en geteerd. De voorstal is al vroeg tot een tweede woning gemaakt, met eigen ingang en stookplaats. Dit uit zich in de linker zijgevel door de aanwezigheid van een dichte deur met bovenlicht en een venster met 6-ruits schuifraam met dubbele opgeklampte luiken. Aan de tegenoverliggende rechter zijde twee vensters met T-ramen en dubbele opgeklampte luiken. Op de zolderverdieping aan beide zijden een 9-delig gietijzeren lunetvenster. De zijgevels van de schuur hebben voornamelijk segmentboogvensters met 9-ruitsramen. De dubbele deeldeuren bevinden zich linksachter. Aan de rechtergevel tevens een nieuwe deur en twee vernieuwde 6-ruits ramen ten behoeve van de woonfunctie van de stal. De achtergevel is als puntgevel met windveren opgetrokken in een geelgrijze handvormbaksteen. Vensters op vier niveaus. De begane grond toont de sporen van twee dichtgezette deuren met segmentboog, uiterst rechts een segmentboogvenster met 9-ruitsvulling. Op de eerste en tweede verdieping steeds een dichtgezette (laad)deur met segmentboog en aan weerszijden een ijzeren lunetvenster met 9-delige vulling. Het exemplaar rechtsonder is dichtgezet. In top een dichtgezet oculus. De rollagen zijn van een roodbruine baksteen. De voormalige functie van leerlooierij komt het meest tot uitdrukking in het met twee droogzolders verhoogde achterhuis met zijn gepotdekselde wanden en vele laaddeuren: een uitbreiding uit 1898.

Inwendig is de oorspronkelijke indeling nog grotendeels bewaard gebleven. Het voorhuis wordt in tweeën gedeeld door een lange gang met hardstenen tegels. Aan weerszijden kamers. De kamer rechtsvoor, die door het uitbreken van een tussenwand één geheel uitmaakt met de opkamer, heeft een stucplafond met geornamenteerde middenrozet en geprofileerde randlijsten. Overal in het voorhuis bevinden zich authentieke paneeldeuren. In de grote slaapkamer achter bevindt zich een bedstedenwand met paneeldeuren en een servieskast. Een bijzonder element vormen de geschilderde wandbehangsels, waarvan zichtbaar zijn een als grisaille uitgevoerde supraporte, voorstellende een munt waarop afgebeeld een gevleugelde putto tussen guirlanden, en aan weerszijden van de deur een grote rechthoekige schildering met een Waspiks dorpsgezicht, links de in 1837-1841 in Waterstaatsstijl gebouwde katholieke kerk en rechts een gezicht op de oude, rond 1950 gedempte haven. Guirlandeschilderingen en een gezicht op het Maasveer zijn wellicht nog verborgen achter later aangebracht behang. De schilderingen zijn van dezelfde hand als die van de gewelfschilderingen in de katholieke kerk. Verder een roodgeaderde marmeren schoorsteenmantel met witmarmeren voluutconsoles. De opkamer boven de toogkelder heeft een balkenplafond. In de onderbouw van het achterhuis is een oude gebintconstructie aanwezig, daarboven twee droogzolders. Dwarsdeel.

Kozijnen, ramen, kroonlijst en deuromlijsting zijn wit, deuren en luiken standgroen geschilderd.

De erfscheiding naar de straat toe wordt gevormd door een smeedijzeren spijlenhek met punten en gietijzeren balusters bij de ingang. Achter het huis een kleine dwars geplaatste schuur onder zadeldak op nagenoeg rechthoekige plattegrond. Het dak is gedekt met rode en gesmoorde Hollandse golfpannen door elkaar. De windveren zijn aan de erfzijde voorzien van een schulprand. De muren zijn oorspronkelijk opgetrokken in geelgrijze IJsselsteen in kruisverband. De beide topgevels zijn in XIX vernieuwd in roodbruine baksteen in kruisverband. In de geveltop bevindt zich aan beide zijden een rond venster met ijzeren roeden. Diverse bouwsporen van later verplaatste raam- en deuropeningen. Staafankers. Tegen de erfzijde een korte, uit IJsselsteen opgetrokken tuinmuur, afgedekt met een ezelsrug op een muizentand.

Waardering

Het voormalige woon- en bedrijfspand uit 1868-1898 is van algemeen belang. Het pand heeft cultuurhistorische waarde als voorbeeld van een streekeigen type dat later is uitgebreid tot een voor de Langstraat typische leerlooierij. Het heeft architectuurhistorische waarde wegens de in- en uitwendig gaaf bewaard gebleven hoofdstructuur en onderdelen van in- en exterieur, met name vanwege het geschilderd wandbehang en de representatieve ingangspartij met hekwerk, verder vanwege de harmonische verhoudingen en ambachtelijk toegepaste traditionele bouwmaterialen. De schilderingen hebben kunsthistorische en topografische waarde. Door de herkenbaarheid van de verschillende bouwfasen is het pand ook uit bouwhistorisch oogpunt van belang.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
526648
Provincie
Gemeente
Plaats

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Boerderijen, molens en bedrijven Boerderij (M) oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Benedenkerkstraat 103 5165 CB Waspik Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Boerderijen, molens en bedrijven Boerderij (M)
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
F 1107 Waspik
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1868 1868 vervaardiging
Naar boven