Eikenlaan 10, Veenhuizen

Onderdeel 1

Omschrijving

De AANLEG van de begraafplaats bestaat uit een rechthoekig grondvlak met een kruisvormig padenstelsel waarvan het middenpad met taxus is beplant en het dwarspad met monumentale beuken. Een later aangelegd (met jonge taxus beplant) tweede dwarspad verdeelt de voorste twee grafvelden in vieren, waarmee het huidige aantal (hoofd)grafvelden op zes komt. De velden bestaan gedeeltelijk uit (bemost) zand, gedeeltelijk zijn ze met gras begroeid. De zandpaden zijn onverhard. De ingang van de begraafplaats ligt aan de noordzijde (Eikenlaan). Zij wordt gemarkeerd door een houten hekwerk dat wegens te geringe monumentale waarde geen rijksbescherming geniet. Links en rechts van dit hek loopt een beukenhaag. Erachter strekt zich het hoofdpad uit dat aan weerszijden is beplant met taxus. Het wordt gekruist door twee dwarspaden, waarvan het eerste uit of net na 1875 dateert en het tweede uit 1831. Aan dit laatste pad, dat aan beide zijden met monumentale beuken is beplant, ligt het tweede helft 19de-eeuwse of jongere bakstenen lijkenhuis (zie omschrijving complexonderdeel 2).

Grafvelden

Aan weerszijden van het centrale middenpad liggen (gezien vanaf de ingang) drie velden - al dan niet met grafmonumenten en enkele solitaire bomen of struiken. Opvallend is de afwisseling tussen de verschillende grafvelden, zowel wat betreft aanzien (van leeg tot zeer vol) als wat betreft type grafmonumenten (van uniforme witgeverfde betonnen kruisen tot een grote verscheidenheid aan vormgeving en materiaalgebruik).

De eerste twee grafvelden rechts, waar onder meer NH en RK verpleegden, wezen en leden van militaire en arbeidershuisgezinnen zijn begraven, dragen geen grafmonumenten meer en zijn bedekt met gras; in beide velden staat een monumentale treurbeuk. Het gedeelte ná het met beuken beplante middenpad is onderverdeeld in verschillende kleinere velden. Hier zijn onder meer NH militairen en hun gezinsleden, RK ambtenaren en verpleegden, RK gedetineerden in gewijde en ongewijde aarde en Belgische vluchtelingen begraven. Elk veld heeft zijn eigen type grafmonument. Zo zijn er onder meer twee vroeg-20ste-eeuwse grafmonumenten van grindbeton met glasplaat (1912 en 1923; vervaardigd door J.Götz en Zn te Assen), verschillende graven met ijzeren grafhek en kranstrommel, enkele houten grafmonumenten alsook een aantal vrij recente graven. Opvallend zijn de uniforme witgeverfde betonnen kruisen op regel van de Belgische vluchtelingen uit de Tweede Wereldoorlog en de witgeverfde betonnen kruisen van in ongewijde aarde begraven, katholieke gedetineerden. De regels worden aangeduid door betonpaaltjes met het regelnummer en de letters RK, welke na 1945 zijn vervaardigd bij het 'betonbedrijf' van Veenhuizen. Tussen de kruisen staat een groot witgeverfd kruis op betonnen sokkel.

Grafvelden links. Het eerste veld links biedt de meest gevarieerde aanblik. Hier liggen, ten dele overschaduwd door een grote rododendron en enkele eiken, in bemost zand de graven van voornamelijk NH ambtenaren en hun gezinnen. Dit grafveld biedt de grootste variatie in ouderdom van de graven, materiaalgebruik, symboliek en parafernalia (zie hierna onder Karakteristiek van de grafmonumenten). Het met gras begroeide veld erachter biedt ruimte aan enkele rijen witgeverfde betonnen kruisen voor NH verpleegden en gedetineerden en, nabij het middenpad, enkele rijen meer recente graven. Op het veld (gras) aan de andere kant van het dwarspad staan witgeverfde betonnen kruisen eveneens voor NH verpleegden en gedetineerden; vóór de regels betonnen paaltjes met de letters NH en het regelnummer. Het achterste grafveld (gras) is leeg, met uitzondering van een witgeverfd betonnen kruis en een staand hardstenen grafmonument (1910).

Karakteristiek van de grafmonumenten.

Het funeraire beeld van de begraafplaats wordt in hoge mate bepaald door de verscheidenheid aan typen grafmonumenten, vormgeving en toegepaste materialen. Die verscheidenheid is met name te vinden op het grafveld links van de ingang. Hier staan (zeer vergankelijke) eenvoudige houten steles van het type dat veel in het noorden van Nederland voorkomt, sobere ongepolijste hardstenen zerken zoals die in kerken nog worden aangetroffen, maar ook de rijker bewerkte monumenten die zo typerend zijn voor de vroeg 19de-eeuwse buitenbegraafplaatsen en kenmerkende eerste helft 20ste-eeuwse graven van baksteen en grindbeton. Ook zijn er enkele zerken van gietijzer, gefabriceerd in de kolonie zelf maar ook bij de Asser IJzergieterij, met opvallende symboliek zoals omgekeerde en gekruiste toortsen, gekruiste zeisen, een doodshoofd, een gevleugelde zandloper, een gelauwerde uil en een staartbijtende slang. Andere voorkomende funeraire symbolen zijn de treurboom, de vlinder, de opkomende zon en een gestileerde regenboog. Opvallend zijn verder de vele smeedijzeren hekwerken rond de vaak eenvoudige graven. Bijzonder is verder dat op verschillende graven nog de (zinken) kransdozen staan - al verkeren deze in uiteenlopende staat van conservering. In een aantal gevallen bestaat de grafaanduiding uit niet veel meer dan een ijzeren tekstplaat op een paaltje. Bij sommige graven staat nog een ijzeren nummerplaatje.

Het beeld dat de nog aanwezige grafmonumenten oproepen is enerzijds 19de-eeuws eclectisch (het eerste veld links van de ingang) waar vooral NH ambtenaren en hun gezinnen zijn begraven, anderzijds zeer sober, met name de velden met betonnen kruisen. Vooral deze velden geven een goede indruk van de anonieme dood van de gedetineerden die in Veenhuizen verbleven en daar overleden. Aangezien er nog steeds wordt begraven, geeft de begraafplaats een beeld van de grafcultuur van de vroege 19de eeuw tot op de dag van vandaag. De grafmonumenten zijn als collectief een in hoge mate de waarde ondersteunend onderdeel van de aanleg. Zij bepalen door hun ouderdom, diversiteit in materiaalgebruik en vormgeving in hoge mate het karakter van de begraafplaats. Het is van het grootste belang dat deze diversiteit zoveel mogelijk bewaard blijft.

Waardering

De AANLEG van de begraafplaats met padenstelsel, grafvelden en grafmonumenten is van algemeen cultuurhistorisch, sociaal-historisch en funerair-historisch belang:

- vanwege de ouderdom van de verschillende onderdelen;

- vanwege de ontstaans- en gebruiksgeschiedenis van het terrein;

- vanwege de betekenis voor de penitentiaire geschiedenis van Nederland;

-vanwege de bijzondere relatie met de andere gestichten van de Maatschappij van Weldadigheid, een sociaal-economisch experiment uit de 19de eeuw met verstrekkende gevolgen;

- vanwege de collectieve betekenis van de grafmonumenten als herinnering aan een maatschappelijk stelsel waarin gezindte en rol in die maatschappij bepaalden waar iemand begraven werd en welk grafteken werd geplaatst;

- vanwege de cultuurhistorische, sociaal-historische, genealogische en funerair-historische waarde;

- vanwege de aanwezigheid van grafmonumenten en parafernalia met bijpassende symboliek die kenmerkend zijn voor bepaalde groepen begravenen;

- vanwege de redelijke tot hoge mate van gaafheid en herkenbaarheid;

- vanwege het belang voor de historische koloniestructuur van Veenhuizen;

- vanwege de natuurlijke inbedding in de hoofdstructuur van het beschermde gezicht Veenhuizen.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
526786
Complexnaam
Begraafplaats Veenhuizen
Provincie
Gemeente
Plaats
Complexomschrijving

Omschrijving van het complex

BEGRAAFPLAATS, bestaande uit AANLEG met padenstelsel, grafvelden en grafmonumenten (1) en LIJKENHUIS (2). In 1831 aangelegde begraafplaats behorende bij de onvrijwillige kolonie Veenhuizen, welke in 1823 werd gesticht door de Maatschappij van Weldadigheid. Onder de Maatschappij was de begraafplaats een anonieme plek waar de doden zonder nadere aanduiding of herinnering werden begraven. Op het rechthoekige perceel lagen vier grafvelden van gelijke grootte en van elkaar gescheiden door een kruisvormig padenstelsel. In 1859 ging de kolonie over naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken en in 1875 naar Justitie, dat de kolonie omvormde tot 'Rijkswerkinrichting'. Dit als alternatief voor de traditionele gevangenisstraf. Onder dit laatste regiem werd de begraafplaats een afspiegeling van de sterke sociale diversiteit en scheiding in de inrichting. Ambtenaren en gedetineerden leefden als het ware in verschillende werelden, wat tot uitdrukking komt in de aparte 'vakken' op de begraafplaats die een onderverdeling naar gezindte laat zien. Deze indeling in sociale categorieën is altijd gehandhaafd gebleven: zo werden aparte 'vakken' ingericht voor Belgische vluchtelingen uit de Tweede Wereldoorlog die waren ondergebracht in het Derde Gesticht van Veenhuizen, voor katholieken die niet in gewijde aarde mochten worden begraven en voor bejaarde ex-gedetineerde 'verpleegden' die in de periode 1916-1934 na hun detentie 'vrijwillig' in Veenhuizen mochten blijven maar na hun overlijden noch tot de ambtenaren, noch tot de gedetineerden konden worden gerekend. Vanaf 1875 is in het Register tot Begraven bijgehouden wie waar op de begraafplaats zijn begraven. Slechts enkele grafmonumenten dateren van vóór die tijd. De begraafplaats heeft tot 1951 gediend voor het begraven van gedetineerden. Tot op heden wordt op de begraafplaats begraven. De tegenwoordige onderverdeling van de begraafplaats in zes velden dateert hoogstwaarschijnlijk uit de tijd van de Justitie, dus vanaf of net na 1875. De bosaanplant op een deel van de achterste twee grafvelden en het bosperceel aan oostzijde zijn mogelijk in de tweede helft van de 19de eeuw aangelegd. Deze laatste aanplant kende een (thans sterk vervaagd) stervormig padenpatroon en was en is nog steeds door middel van een pad met de begraafplaats verbonden. Het diende vermoedelijk als wandelbos. Het dienstgebouw moet op grond van topografisch kaartmateriaal van na 1875 dateren. De begraafplaats zelf ligt op een groter, onregelmatig gevormd perceel dat door hoog opgaand geboomte, o.a. eik, is omzoomd. Hierdoor wordt hij aan het oog onttrokken. Hoewel weinig opvallend, vormt de begraafplaats binnen de historische koloniestructuur van het beschermde gezicht Veenhuizen een belangrijk cultuurhistorisch, sociaal-historisch en funerair-historisch element. Opvallend is de afwisseling tussen de verschillende grafvelden, zowel wat betreft aanzien (van leeg tot zeer vol) als wat betreft type grafmonumenten (van uniforme witgeverfde betonnen kruisen tot een grote verscheidenheid aan grafmonumenten, zowel wat betreft vormgeving als wat betreft materiaalgebruik).

De grafmonumenten zijn als collectief een in hoge mate de waarde ondersteunend onderdeel van de aanleg. Zij bepalen door hun ouderdom, diversiteit in materiaalgebruik en vormgeving in hoge mate het karakter van de begraafplaats. Het is van groot belang dat deze diversiteit zoveel mogelijk bewaard blijft. Om verder verval te voorkomen is onder verschillende zerken inmiddels een betonnen plaat gelegd.

De grafmonumenten op de begraafplaats zijn op grond van hun specifieke verbondenheid met de geschiedenis van de strafinrichting Veenhuizen van bovenlokaal belang. Hun funerair-historische betekenis (materiaalgebruik, vormgeving, symboliek) is echter niet van nationaal belang. Reden waarom geen van de grafmonumenten afzonderlijk van rijkswege wordt beschermd.

Voor het vermoedelijk tweede helft 19de-eeuwse lijkenhuis geldt dat dit, ondanks de wijzigingen die hebben plaatsgevonden, als afzonderlijk complexonderdeel wordt beschermd vanwege de functionele, de visuele en de ensemblewaarde.

NB. Het houten hekwerk aan de Eikenlaan en het ijzeren hekwerk naar het wandelbos worden wegens te geringe monumentale waarde niet van rijkswege beschermd.

Waardering van het complex

BEGRAAFPLAATS, bestaande uit AANLEG met padenstelsel, grafvelden en grafmonumenten en LIJKENHUIS, is van algemeen cultuurhistorisch, sociaal-historisch, funerair-historisch en stedenbouwkundig belang:

- vanwege de ouderdom van de verschillende (complex)onderdelen;

- vanwege de ontstaans- en gebruiksgeschiedenis van het terrein;

- vanwege de betekenis voor de penitentiaire geschiedenis van Nederland;

- vanwege de bijzondere relatie met de andere gestichten van de Maatschappij van Weldadigheid, een sociaal-economisch experiment uit de 19de-eeuw met verstrekkende gevolgen;

- vanwege de collectieve betekenis van de grafmonumenten als herinnering aan een maatschappelijk stelsel waarin gezindte en rol in die maatschappij bepaalden waar iemand begraven werd en welk grafteken werd geplaatst;

- vanwege de cultuurhistorische, sociaal-historische, genealogische en funerair-historische waarde;

- vanwege de aanwezigheid van grafmonumenten en parafernalia met bijpassende symboliek die kenmerkend zijn voor bepaalde groepen begravenen;

- vanwege de redelijke tot hoge mate van gaafheid en herkenbaarheid van de aanleg;

- vanwege de visuele en functionele relatie tussen de verschillende complexonderdelen;

- vanwege het belang van de begraafplaats voor de historische koloniestructuur van Veenhuizen;

- vanwege de natuurlijke inbedding in de hoofdstructuur van het beschermde gezicht Veenhuizen.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Begraafplaats Uitvaartcentra en begraafplaatsen Begraafplaats en -onderdelen oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Eikenlaan 10 9341 AL Veenhuizen TO Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Uitvaartcentra en begraafplaatsen Begraafplaats en -onderdelen
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
N 3225 Norg
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1831 1831 vervaardiging
Naar boven