Zandpad 48, Breukelen
Inleiding
Het betreft het voormalige HOOFDTOEGANGSHEK van de buitenplaats Gunterstein. Dit hoofdhek is tot stand gekomen bij de wederopbouw (1680-1681) van de ridderhofstad na de verwoesting door de Fransen. Aangenomen wordt dat de architect van het huis, Adriaen Dortsman, tevens het hek ontwierp. Tot aan 1940 heeft het hek vrijwel intact op zijn plaats gestaan. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn de hekpijlers omgereden. De zandstenen restanten alsmede één van de hekvleugels zijn daarna veiliggesteld. Op de plaats van het hek kwam een eenvoudig functioneel agrarisch hekwerk. Rond 2000 is het plan onntwikkeld om het hek te reconstrueren met gebruikmaking van de overgebleven stukken. In 2005 is op dit plan namens de Staatssecretaris van Cultuur door de Rijksdienst voor de Monumentenzorg bij brief d.d. 21 juli 2005, nummer RW-2005-1693, positief geadviseerd.
Omschrijving
Het hoofdtoegangshek, gelegen aan de Laan van Gunterstein, bestaat uit een gemetselde boogbrug/dam met keermuren. Naast de oostelijke keermuur bevinden zich de restanten van een trap naar het water. In het midden van de dam zijn de keermuren uitgemetseld tot zware pijlers. Deze pijlers waren opgemetseld en hadden een voet en kroonlijst van geprofileerde zandsteen. Onderdelen hiervan zijn bewaard gebleven. Van beide pijlers is bovendien de zandstenen bekroning bewaard gebleven. Deze bestaat uit een voet versierd met acanthusblad, een ingesnoerde cilindervorm waarvan de ineengestrengelde monogrammen MP (Magdalena Poulle) en AD (Adriaen Daam) zijn aangebracht, daarop een rand met parels en bloemen als een kroon. Tussen de pijlers bevond zich een eenvoudig smeedijzeren spijlenhek, waarvan de linkervleugel bewaard is gebleven.
Waardering
Het HOOFDTOEGANGSHEK van het complex historische buitenplaats Gunterstein is van algemeen belang vanwege:
- de ouderdom;
- de architectuurhistorische waarde als voorbeeld van een hek uit de laatste decennia van de 17de eeuw, toegeschreven aan Adriaen Dortsman en de duidelijke relatie met de toenmalige opdrachtsgeefster;
- de ensemblewaarde (functioneel-ruimtelijke relatie) met de overige onderdelen van de buitenplaats alsmede in relatie tot de overige buitenplaatsen en hun hekken langs de Vecht.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Omschrijving van het complex
In structuur en deels in detail gaaf bewaarde buitenplaats met HOOFDGEBOUW (1), TUIN- EN PARKAANLEG in landschapsstijl (2), ZUIDELIJK BOUWHUIS (3), NOORDELIJK BOUWHUIS (4), TOEGANGSBRUG (5), 'KRAKELINGEN'BRUG (6), KEERMUUR (7), TOEGANGSHEK (8 en 9), TUINBEELD (10), BRUGGETJE naar Nieuwe tuin (11), TUINHUISJE (12), KOETSHUIS (13), BOERDERIJ MET ZOMERHUIS (14), moestuincomplex met TOEGANGSHEK (15), houten MOESTUINSCHUTTING (16) en SCHUUR (17), JAGERSHUIS (18), HEKWERK (19), BUITENHUIS 'KLEIN BOOMRIJK' (20), WONING 'KLEIN BOOMRIJK' (21), BOERDERIJ 'BOOMRIJK' MET ZOMERHUIS EN TOEGANGSHEK (22), HOOFDTOEGANGSHEK (23). In de veertiende eeuw werd Gunterstein gesticht door Gijsbrecht Gunter. Na de afbraak en opbouw van het huis in het begin van de de zestiende eeuw (1518) kreeg het goed in 1539 de status als Ridderhofstad. De 'Caerte van de Ridder Hofstede Guntersteyn' uit het midden van de zeventiende eeuw toont een versterkt huis met voorplein en boomgaarden. Ten zuiden van het huis een driehoekige parterre. In 1673 werd het huis voor de tweede maal verwoest ditmaal door de Fransen. Onder het beheer van Magdalena Poulle werd vanaf 1680 begonnen met de herbouw. Een schilderij uit 1683 toont het omgrachte blokvormige huis in sobere classicistische stijl en een geheel omgracht voorplein geflankeerd door bouwhuizen gelegen binnen een formele aanleg. Uit de schildering blijkt dat het huis en de tuinaanleg gelijktijdig en naar één ontwerp gerealiseerd zijn. Waarschijnlijk was Adriaan Dortsman de architect van het nieuwe huis, dat thans in gave staat nog aanwezig is. Een deel van het huis (noordoost hoek) en het voorplein werden gebouwd op de zestiende-eeuwse fundamenten. In de zeventiende eeuw kende Gunterstein een zeer rijke aanleg, waarvan Mulder en De Lespine in ca. 1690 een gravure-serie vervaardigden. De geometrische tuinaanleg was opgebouwd uit verschillende omgrachte tuincompartimenten gelegen langs een loodrecht op het huis staande laan, die nog steeds de belangrijkste as van de aanleg vormt. De formele structuur is, in de vorm van de rechte lanen en waterlopen, nog duidelijk aanwezig. Terzijde van het huis lagen de pronktuinen: aan de zuidzijde een driehoekige parterre de broderie, thans weiland, en aan de noordzijde, aan de overkant van de Meent (de huidige Laan van Gunterstein) een rechthoekige oranjerietuin, eveneens thans weiland. Aan het eind van de achttiende eeuw werd de landschapsstijl ingevoerd, zoals een kaart van J. Gerlach uit 1804 toont. De invulling met slingerpaden en boomgroepen is gerealiseerd binnen de formele structuur. In de loop van de negentiende eeuw werden verschillende ontwerpen gemaakt voor een verdere vervolmaking van de landschappelijke aanleg. S.A. van Lunteren vervaardigde in 1849 een plan voor het 'Engelse Werck', waarvan het vergraven van de zgn. Snoekvijver en rechttrekken van enkele paden is uitgevoerd. Het karakter van de huidige tuinaanleg wordt echter nog grotendeels bepaald door de vroeg-landschappelijke aanleg. In 1865 maakt Copijn een plan voor de Achterplaats. De Nieuwe Tuin werd in het begin van de twintigste eeuw aangelegd. In 1832 werd de buitenplaats 'Boomrijk' bij Gunterstein gevoegd en door middel van een slingerlaan (buitenlaan) bij de aanleg betrokken.
Op de bij de omschrijving behorende kaart is de omgrenzing van het complex alsmede de aanduiding van de onderdelen aangegeven. De omgrenzing van de historische buitenplaats Gunterstein wordt gevormd door het Zandpad, de Laan van Gunterstein (met inbegrip van het terrein van de voormalige oranjerie, de boerderij en het koetshuis), de Scheendijk en de houtwal als scheiding tussen de weilanden (buitenlaan).
Waardering
De HISTORISCHE BUITENPLAATS GUNTERSTEIN is van algemeen cultuur, architectuur- en tuinhistorisch belang:
- vanwege de architectonische vormgeving van het gaaf bewaard gebleven 17de-eeuwse hoofdgebouw in classicistische stijl;
- vanwege de gaaf bewaard gebleven 17de-eeuwse formele structuur;
- vanwege de bij de buitenplaats behorende parkaanleg in landschapsstijl;
- vanwege het complex van de bouwkundige onderdelen en de parkaanleg.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
– | Kastelen, landhuizen en parken | Tuin, park en plantsoen | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Zandpad | 48 | – | 3621 NE | Breukelen | – | BY | Ja |
Hoofdcategorie | Subcategorie | Beschrijving | Notitie |
---|---|---|---|
Kastelen, landhuizen en parken | Tuin, park en plantsoen | – | – |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | B | 262 | – | Breukelen Sint Pieters |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1680 | 1681 | – | vervaardiging |