Van Aerssenlaan 51, Rotterdam
Inleiding
De tuinaanleg van de diergaarde is in tweeën te verdelen. Het grootste deel is naar het ontwerp van Van Ravensteyn aangelegd en het kleinere deel is een later toegevoegde schil aan de zuidwestzijde. De aanleg van deze later toegevoegde schil valt buiten de bescherming. Het binnen de bescherming opgenomen deel bestaat in hoofdlijnen uit de centrale as, waterpartijen, het padenstelsel, de pleinen en de loopweides. Door de invoering van een nieuw dierentuinconcept is een gedeelte van de oorspronkelijke loopweides en padenverloop gewijzigd. Verder is de centrale as doorbroken en de oorspronkelijke stoffering (beplanting, begrenzingen en hekken) in de betreffende delen verwijderd. In het gebied rond de Rivièrahal, het roofdierenverblijf, het berentheater en nabij de hoofdtoegang is de aanleg en het padenstelsel volgens het oorspronkelijk plan nog overwegend herkenbaar
Omschrijving
TUINAANLEG (2). Het terrein wordt ingedeeld door de centrale as die in de zuidwesthoek bij het berentheater ontspringt en van oorsprong in de noordwesthoek bij het giraffenhuis en de theeschenkerij eindigde. Door veranderingen aan de noordkant van het terrein is de as met ongeveer een derde deel korter geworden en eindigt deze thans bij de vijver. Op de as bevinden zich de meest manifeste gebouwen en de vijver. De Rivièrahal is het meest dominant. Rond de symmetrieas slingeren de hoofdpaden met afwisselend gebogen vormen, verbredingen en ronde pleinen. Een tweede, secundaire as betreft een wateras die vanuit het oosten als voorzetting van de Statensingel richting de toren is aangelegd. De golvende vormentaal van het padenstelsel is terug te vinden bij de begrenzing van de perken, waterpartijen en vijvers. Ook de meeste houten dierenverblijven zijn meegebogen in de kromming van de paden evenals de betonnen borstweringen en omlijningen in de grond, wat de articulatie van de paden benadrukt. Van oorsprong bevonden zich vier ronde pleinen op de hoeken van de vijver, die elk anders waren vormgegeven door middel van sculpturen. Van deze pleinen is alleen het zuidwestelijke plein met een groot rond betonnen vijverbassin met een fontein in de vorm van een jongetje met vissen nog gaaf aanwezig. Noordwestelijk doet nog een rond, verdiept en omrand plantenperk aan het voormalige plein herinneren. Zuidoostelijk is de sculptuur, voorstellend een meisjesfiguur met ganzen en vissen, iets verplaatst. Het noordoostelijke plein is geheel verdwenen. In het looppad te oosten van de Triviaal bevindt zich een betonnen brug met ronde ijzeren brugleuning op gietijzeren vazen en aan beide zijde J-vormige eindstukken. De loopweiden zijn, hoewel niet meer allemaal intact en als zodanig herkenbaar, geschakeerd ten noorden van de vijver in uitwaaierende setting.
Waardering
De TUINAANLEG is van algemeen belang:
- de aanleg heeft tuinarchitectuurhistorische en stedenbouwkundige waarde vanwege de typerende opzet en de karakteristieke vormentaal;
- de aanleg heeft cultuurhistorische waarde als voorbeeld van een door S. van Ravesteyn ontworpen dierentuinaanleg;
- het object heeft ensemblewaarde vanwege de samenhang met andere complexonderdelen.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Omschrijving van het complex
Inleiding
De 'Koninklijke Rotterdamse Diergaarde Blijdorp' kwam tot stand tussen 1939-1941. De dierentuin werd aangelegd in de polder Blijdorp naar het ontwerp van ir. S. van Ravesteyn, die daarvoor in 1938 de opdracht kreeg. Van Ravesteyn ontwierp niet alleen de gebouwen maar ook de aanleg in een stijl die zowel functionalistische als neobarokke kenmerkende vertoont. De diergaarde werd gebouwd op initiatief van de Rotterdamse vereniging 'Volkskracht' ter vervanging van de uit 1855 daterende dierentuin aan de Diergaardesingel te Rotterdam. Deze moest om infrastructurele redenen verdwijnen. De filosofie achter de opzet van de nieuwe Diergaarde Blijdorp was afkomstig van onder meer Carl Hagenbeck, directeur van de dierentuin Stellingen te Hamburg Duitsland. Hij stond voor een ruimere en natuurlijkere huisvesting voor dieren, die bovendien was aangepast aan hun specifieke aard en gedrag. Dit resulteerde in de toepassing van greppels, al dan niet met water gevuld, in plaats van kooien met tralies. Verder werden loopweiden geïntroduceerd; een primeur in Europa. Van Ravensteyn zelf beschouwde zijn ontwerp en de bouw van de dierentuin als zijn levenswerk. Zijn visie op architectuur en tuinaanleg komt er dan ook zeer goed tot uitdrukking. Diergaarde Blijdorp is een van de eerste diergaarden die in zijn totaliteit door één persoon ontworpen is.
In de loop van de tijd is de dierentuin meerdere malen om gebruikstechnische redenen, verval en/of renovatie van aanzien veranderd. Onderdelen die gewijzigd of verdwenen zijn: de uitkijktoren (afgebroken in 1972), de Winkel van Sinkel, de oorspronkelijke speeltuin, een tweede speeltuin met grote speelfiguren, de inrichting van de theeschenkerij, een zonnewijzer en het zeeleeuwenbassin (verwoest in 1943 door een brisantbom). Ten behoeve van de dikhuidenbiotoop zijn twee houten dierenverblijven gesloopt. De tuinaanleg is op onderdelen veranderd. Zo is de centrale as doorgebroken en de oorspronkelijke aankleding (beplanting, begrenzingen, hekken ) deels verwijderd.
Het complex bestaat uit de volgende onderdelen: 1. TENTOONSTELLINGSGEBOUW (Rivièrahal) 2. DE TUINAANLEG 3. BERENTHEATER MET AANPALENDE DIENSTGEBOUWEN 4. ROOFDIERENVERBLIJF 5. VIJVER MET DIERENVERBLIJVEN 6. GIRAFFENHUIS EN THEESCHENKERIJ 7. BERGDIERENROTS 8. TOEGANGSHEK EN PUBLIEKSINGANG 9. ADMINISTRATIEGEBOUW MET DIENSTWONING 10. (VOORMALIG) SPEELGEBOUW 11. WINKEL VAN SINKEL 12. DIENSTGEBOUW 14. T/M 22. 9 HOUTEN DIERENVERBLIJVEN
De omgrenzing van het complex alsmede de situering van de complexonderdelen staan op de bij de bescherming behorende kaart aangegeven.
Omschrijving
DIERGAARDE BLIJDORP is gesitueerd op een terrein dat aan de west- en zuidzijde wordt begrensd door spoorlijnen. Aan de oostzijde grenst het complex aan de Van Aerssenlaan, waaraan de hoofdingang gelegen is. De Stadhoudersweg grenst aan de noordzijde. Deze stedenbouwkundige setting levert een min of meer driehoekig terrein op. Hierop is door Van Ravesteyn een formele tuinaanleg geprojecteerd. Op de centrale as, die de richting van het park bepaalt, zijn alle grote dierenverblijven gesitueerd. Op deze as beslaat de Rivièrahal - voorheen met een uitkijktoren van 47 meter hoog - de meest prominente plek. In het gehele ontwerp van de diergaarde is de gebogen lijn (convex en concaaf) opvallend aanwezig. Ook de voor Van Ravesteyn typerende combinatie van neobarokke elementen, zoals zuilen en balustrades, met eigentijdse bouwmaterialen en functionalistische elementen is zeer herkenbaar. De architectuur wordt verlevendigd door sculpturen en ornamenten. De gebouwen zijn als 'Gesamtkunstwerk' tot stand gekomen. Diverse schilders en beeldhouwers waaronder Charles van Eyck, Jo Uiterwaal, Leendert Bolle, Agnes Canta en Dick Effers, zijn bij de uitvoering betrokken geweest.
Waardering van het complex
De DIERENTUIN 'Koninklijk Rotterdamse Diergaarde Blijdorp' is van algemeen belang.
Het complex heeft cultuurhistorische waarde:
- als een van de eerste door één architect ontworpen dierentuinen;
- als voorbeeld van een dierentuin die is aangelegd op basis van één allesomvattend ontwerp;
- vanwege het pionierskarakter van de dierentuin door de toepassing van loopweides als eerste dierentuin in Europa.
Het complex heeft architectuur- en bouwhistorische waarden:
- vanwege de typologie, architectonische concepten, gehanteerde stijlvormen en bijzondere materialen;
- vanwege het grote belang van de dierentuin voor het oeuvre van ir. S. van Ravesteyn;
Het complex heeft stedenbouwkundige en ensemblewaarden:
- vanwege het typerende stedenbouwkundig ontwerp dat ten grondslag ligt aan de dierentuin;
- vanwege de weloverwogen situering in de stadsuitbreiding Blijdorp waaraan de dierentuin zijn naam ontleent.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Dierentuin | Sport, recreatie, vereniging en horeca | Dierenverblijf (J) | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Van Aerssenlaan | 51 | – | 3039 KE | Rotterdam | – | BY | Ja |
Hoofdcategorie | Subcategorie | Beschrijving | Notitie |
---|---|---|---|
Sport, recreatie, vereniging en horeca | Dierenverblijf (J) | – | – |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | Z | 5124 | – | Rotterdam |
– | Z | 5122 | – | Rotterdam |
– | Z | 5121 | – | Rotterdam |
– | Z | 5116 | – | Rotterdam |
– | Z | 5119 | – | Rotterdam |
– | Z | 5123 | – | Rotterdam |
– | Z | 5118 | – | Rotterdam |
– | Z | 5120 | – | Rotterdam |
– | Z | 5117 | – | Rotterdam |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1939 | 1941 | – | vervaardiging |