Inleiding

Het abdijcomplex Rolduc is aan de rand van de bebouwde kom van Kerkrade nabij de Duitse rijksgrens gesitueerd. Tot dit complex behoren de vml. abdijgebouwen met abdijkerk, kloosterhoeve en overige economiegebouwen, Aula Maior, bosquet met vijvers, Frauwensieff en Chemin de d'Abbaye.

Het oudste deel betreft de abdijkerk XII en XIII, vervolgens bouwdelen XVII, XVIII, XIX en XX A.

Het centrale deel wordt gevormd door de abdijgebouwen met abdijkerk. Zuidelijk hiervan bevindt zich de kloosterhoeve. Aan de oostzijde van de abdijgebouwen is de Aula Maior gesitueerd en het kleine kloosterkerkhof. Aan de noordzijde van de abdijgebouwen bevindt zich een aantal economiegebouwen. Op het voorterrein westelijk van de abdijgebouwen bevinden zich de Aula Minor en enkele economiegebouwen. Aan de noordzijde van het gebouwencomplex is het bosquet met vijvers en verder noordelijk het Frauwensieff gesitueerd. Aan de westzijde van het complex loopt het tracee van de Chemin de d'Abbaye.

Omschrijving

In de oudste kloostergebouwen te weten Abdijkerk, Kloosterhoeve en enkele abdijgebouwen zijn diverse soorten natuursteen toegepast. De gebouwen van jongere datum te weten de overige abdijgebouwen, de economiegebouwen, de Aula Maior en Aula Minor zijn in baksteen gebouwd. De toegepaste bouwstijlen variëren van Romaans tot elementen van Neo-Classicisme en Neo-Romaans tot Traditionalisme.

Waardering

Het gehele complex bezit cultuurhistorische waarden als bijzondere uitdrukking van een culturele, sociaal-economische en geestelijke ontwikkeling. Het complex is cultuurhistorisch tevens van belang als bijzondere uitdrukking van een landschappelijke en typologische ontwikkeling. Architectuurhistorische waarden ontleent het complex aan zijn bijzonder belang voor de geschiedenis van de architectuur, aan het bijzondere belang van de diverse objecten voor het oeuvre van o.a. de architecten Jan Stuyt en Jos. Cuypers en wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van de ontwerpen. Ensemblewaarden ontleent het complex aan de situering en daarmee van belang voor het aanzien van Kerkrade en wegens de hoogwaardige kwaliteit van de bebouwing en de historisch-ruimtelijke relatie met groenvoorzieningen, wegen en wateren. Het complex is van algemeen belang wegens de architectonische gaafheid van het exterieur en een deel van het interieur van de gebouwen, de deels hoogwaardige architectonische kwaliteit van hoofd- en bijgebouwen en in relatie tot de visuele gaafheid van de landschappelijke omgeving. Het complex is tevens van algemeen belang wegens de architectuurhistorische, typologische en functionele zeldzaamheid deels verbonden met een bijzondere ouderdom van enkele bouwdelen.