Inleiding HERENHUIS MET TUINHUIS, gesitueerd in de nagenoeg gesloten, noordelijke gevelwand van de Ubbo Emmiussingel, resultaat van een verbouwing uit 1902 van een bestaand herenhuis uit 1882 (opdrachtgever N.N. de Mol Moncourt) in opdracht van Mr. H. van Hasselt naar ontwerp van de Groninger architect P. van der Wint met een gevel in een eclectische bouwstijl met classicistische elementen en decoraties in Art-Nouveau-stijl. Het vernieuwde trappenhuis kreeg eveneens een rijke vormgeving in Art Nouveau-stijl. Het gebouw is sinds 1964 in gebruik als kantoor en daartoe inwendig deels aangepast. Het balkon op de tweede verdieping aan de achterzijde is in 1969 door een uitbreiding deels dichtgezet. Ondanks deze wijzigingen heeft het gebouw zijn zeer monumentale karakter geod behouden. Omschrijving Het gebouw is opgetrokken op een rechthoekige plattegrond en telt drie bouwlagen onder een plat dak. De voorgevel is drie traveeën breed en opgetrokken uit een roze-bruine baksteen. De gevel toont een indeling volgens een classicistisch schema. Op de hoeken zijn op de drie verdiepingen bakstenen lisenen aangebracht, die per verdieping verschillend uitgewerkte zandstenen kroonlijsten dragen. De middentravee risaleert kwartsteens. Het gevelmuurwerk is verlevendigd met zandstenen dorpelbanden en voorzien van een hardstenen plint. Het hekwerk van de stoep voor de centrale ingang bestaat uit gebeeldhouwde hardstenen penanten. Tussen de penanten zijn smeedijzeren hekwerken aangebracht met motieven in Art Nouveau-stijl. Voor de toegangsdeur ligt een viertredige hardstenen stoep. De houten toegangsdeur is rijk gebeeldhouwd met florale en bladmotieven in Art Nouveau-stijl en voorzien van een segmentboogvormig gesloten bovenlicht met twee sierlijk gebogen roeden. De deur wordt geflankeerd door gecanneleerde pilasters van gele zandsteen. De zwikken zijn bekleed met gebeeldhouwde reliëfs met zonnebloemen. De brede driedelige vensters op de begane grond zijn segmentboogvormig gesloten en worden bekroond door een uitspringend rechthoekig vlak van gele zandsteen, dat versierd is met florale motieven. De vensters zijn voorzien van zandstenen borstweringen. Boven de ingang bevindt zich op de eerste verdieping een vijfzijdige houten erker met geslepen glas, die rust op een zandstenen voet, die is bewerkt met kastanjebladeren in reliëf. De erker is met koper gedekt en heeft een sierlijk bewerkt ijzeren hekwerk. De driedelige vensters hiernaast zijn rechtgesloten en bekroond met een zandstenen architraaf, waarboven drie gepaarde rondbogen met negblokken en sluitstenen van zandsteen. De vensters hebben eveneens zandstenen borstweringen gekregen. Het venster van de middentravee op de bovenste verdieping is gevat in een gebeeldhouwd zandstenen kozijn met tympaan. Aan weerszijden hiervan bevinden zich gepaarde vensters, gevat in een zandstenen kozijn en bekroond met een segmentboogvormig tympaan. De gevel wordt afgesloten door een kroonlijst van zandsteen. De achtergevel is grijs gestuct en voorzien van schijnvoegen. De rechtgesloten verdiepingsvensters hebben segmentboogvormige ontlastingsbogen. Op de begane grond is een brede houten serre aangebracht met een betegelde vloer en schuifdeuren. Achter de voormalige keuken staat deels vrijstaand een bakstenen tuinhuis in de vorm van een chalet. Het karakteristieke gebouwtje telt één bouwlaag onder een afgeknot schilddak, gedekt met leien. De uitkragende bakgoot rust op houten klossen. Het gebouwtje staat op een bakstenen borstwering en het gevelmuurwerk van rode baksteen is geleed door houten stijl- en regelwerk. De rechthoekige en vierkante vlakken zijn opgevuld met rode baksteen en grijze baksteen langs de randen. In het midden van de westelijke gevel bevindt zich een rechtgesloten venster met oorspronkelijke roedeverdeling. Inwendig zijn onderdelen van de oorspronkelijke indeling en van de latere verbouwing deels bewaard gebleven. Van belang ondermeer de hal met houten en glazen tochtdeur en gang met witmarmeren vloer en witmarmeren lambrizering met cannelures, bewerkte teakhouten paneeldeuren en betimmeringen, ruim opgezet en rijk uitgedost eikenhouten trappenhuis met bordessen, bewerkte vierkante balusters en opengewerkte balustrades met goudkleurige beschildering, gebogen glazen lichtkoepel met in het midden een verhoogd vierkant kleurig glas-in-loodpaneel met florale motieven in Art Nouveau-stijl, een beschilderd fries met bloemmotieven in de oorspronkelijke kleurstelling op de bovenste verdieping en het fraaie rondboogvenster met gekleurd glas-in-lood met florale motieven en een houten omlijsting in Art Nouveau-stijl, de blauw-wit betelde W.C. met witmarmeren vloer op de begane grond met fontein, de rijk bewerkte houten schuifdeuren met pilasters en architraaf van de kamer en suite op de begane grond met eikenhouten schouw met mantel en spiegel in de achterkamer, de roze marmeren schouw met eikenhouten omlijsting in de oostelijke voorkamer en het stuc plafond op de voorkamer op de eerste verdieping in Art Nouveau-stijl. Waardering HERENHUIS MET TUINHUIS, met een monumentale gevel uit 1902 naar ontwerp van de Groninger architect P. van der Wint, in een uitzonderlijke stijlvariatie van het eind negentiende-eeuwse eclecticisme met classicistische en Art Nouveau-elementen en decoraties, gevat in een klassiek geordend schema, van algemeen belang vanwege de esthetische en architectonische kwaliteiten van het ontwerp, de toegepaste decoraties en de materiaalkeuze, vanwege de bijzondere samenhang tussen exterieur en interieur (onderdelen) en vanwege zijn betekenis in het oeuvre van de architect. Bovendien is het gebouw van belang uit stedebouwkundig, cultuurhistorisch en architectuurhistorisch oogpunt als gaaf en zeldzaam onderdeel van de hoogwaardige stedebouwkundige structuur van de singelreeks aan de zuidkant van de binnenstad van Groningen.