Inleiding

HERENHUIS, gebouwd in Art Nouveaustijl met elementen van Overgangsstijl in opdracht van J. van Thiel naar ontwerp van de architect F. Buskens in 1906. Het huis is lang bewoond door de families W. Prinzen en J. van Thiel. Sinds 1953 is er een bank ondergebracht. Bij die gelegenheid zijn de deur en het interieur gewijzigd.

Omschrijving

Het drielaagse onderkelderde pand ligt in de rooilijn van de Markt. Het heeft aan de voorzijde een smal zadeldak met de nokas parallel aan de straat, gevolgd door een loodrecht hierachter geplaatst dak. De oorspronkelijke leien in maasdekking zijn vervangen door dakleer. De asymmetrische gevel bestaat links uit een topgevel, rechts daarvan een vrijwel centraal geplaatst torentje en geheel rechts uit een eenvoudiger en lager deel dat grotendeels wordt bekroond door een lijstgevel. De gevel bestaat tot aan de wisseldorpels van de begane grond vensters uit blokvormige hardsteen platen. De bovenste brede rand hiervan is bewerkt met stermotieven in verdiept geometrisch patroon. Hierboven is de gevel opgetrokken uit roodbruine machinale baksteen. De gevel is verdeeld in twee delen, met op de begane grond vier assen.

Links bevindt zich een breed venster met openslaande ramen en een getoogd bovenlicht met kleine roedenverdeling. Deze ruitjes zijn gefacetteerd. Onder dit raam zijn twee vierkante getraliede kelderlichten. Hiernaast bevindt zich de vernieuwde vleugeldeur in een ondiep segmentboogportiek, te bereiken via vier hardstenen treden. Het getoogde bovenlicht is net als het linkervenster afgezet met bewerkte hardstenen blokken. Zij worden gescheiden en geflankeerd door de trapvormige consoles waarnaast gestileerde leeuwenmaskers waarop het balkon er boven rust. De balustrade van het rechthoekige balkon bestaat grotendeels uit hardsteen met geometrisch reliëfpatroon en ijzeren spiraalvormen. Openslaande balkondeuren en aan weerskanten een smal venster, alle voorzien van een bovenlicht in kleine roeden verdeeld, komen hier op uit. Ter breedte van de balkondeuren is er op de derde woonlaag een segmentvormig ondiep smeedijzeren balkon. Dit balkon is tevens van een smeedijzeren vlaggenstokhouder voorzien. De balkondeuren en de zijvensters, alle met het bovenlicht in kleine roeden verdeeld, zijn gevat onder een doorgaande segmentboog van geornamenteerde hardsteen blokken.

De twee rechtertraveeën bevatten twee tweelichts rechthoekige kelderlichten en daarboven vensters met bovenlichten in kleine roedenverdeling. Deze vensters hebben een hardstenen dorpel en een latei met een licht afgeschuinde onderzijde. De latei is bovendien voorzien van kleine verdiepte geometrische motieven. De vensters hier boven zijn identiek. De gevel wordt hier geleed door een hardstenen band met verdiept uitgehakte blokjes. Boven de vensters zijn twee gevelstenen ingezet. De hardsteen reliëfs stellen symbolen van handel en industrie voor. In dit geveldeel bevinden zich drie vierruits venstertjes tussen hardsteen dorpels en lateien. Direct hierboven bevindt zich een houten gootlijst op hardstenen klosjes met diamantkopmotief. Het dakvlak wordt onderbroken door een dakkapel met plat dak. Rechts hiervan wordt de gevel voortgezet als een trapgevel met twee treden, doorgaand in de rechter zijgevel. De deels vrijstaande rechterzijgevel is geblokt grauw gepleisterd.

Tussen de vensterzônes in staat de vierkante toren, links de tuitgevel met hardstenen afdekrand boven getrapte opbouw. Ook dit deel is uitgebreid gedecoreerd met zowel verdiepte als reliëfornamenten. De toren heeft boven een hoog smal blind raam een rij kleinere blinde raampjes. Boven de hardsteen lateien zijn deze gevuld met tegeltjes in overvloeiende tinten groen en goud. De gootlijst rust op gedecoreerde houten klosjes. Op het tentdak staat een bijzondere smeedijzeren decoratie. Deze is gevormd rondom een ijzeren open spil op gebogen voetjes met daarboven een cilindrisch cirkelmotief.

Het interieur op de begane grond is geheel verbouwd.

Waardering

Het voormalige herenhuis is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorisch belang als vertegenwoordiger van de sociaal-economische ontwikkeling , met name de stedelijke schaalvergroting door de bouw van herenhuizen voor fabrikanten. het heeft architectuurhistorisch belang door de detaillering van de gevel en als voorbeeld van het werk van de architect F. Buskens. Het is uitwendig gaaf bewaard gebleven.