Edera, Apeldoorn

Inleiding

Deze vrij grote VILLA is gelegen aan de noordzijde van de Eikenlaan. De villa is in 1918 gebouwd naar ontwerp van de Apeldoornse architect Chris Wegerif (1859-1920). Het werk van Wegerif draagt het stempel van de Nieuwe Kunst. Wegerif had grote interesse voor de Art Nouveau, de Weense Sezession en de Engelse Arts & Crafts. Hij was een voorstander van de integratie van de toegepaste kunsten in de architectuur. Samen met Thorn Prikker en John Uiterwijk richtte hij in 1893 "Arts and Crafts" aan de Kneuterdijk in Den Haag op, waarna hij omstreeks 1900 zelf meubels begon te ontwerpen. Zijn vrouw Agathe Gravenstein raakte ook betrokken bij de "Arts and Crafts" vanwege haarsuccesvolle batikwerk. Thorn Prikker voerde haar ontwerpen uit. Als producente en ontwerpster van batikstoffen begon zij na onenigheid een atelier in de Kalverstraat te Apeldoorn. Wegerif betrok haar batik- en tegeltableaus in zijn ontwerpen. Naast Chris Wegerif was ook zijn neef Ahasverus Hendricus Wegerif (1888-1963), een bekend architect. Beide ontwierpen ze ondermeer in Apeldoorn, onafhankelijk van elkaar, diverse panden. De opdrachtgever voor het huis was jhr. Nauta van Haershove. De architectuur van Wegerif wordt in deze periode gekenmerkt door ruw gepleisterde gevels, eenvoudige hoofdvormen en rond vensters en deurpartijen geconcentreerde detailleringen.

De naam van de villa 'Edera' is afgeleid van het latijnse 'Hedera', een klimop. Het bladmotief komt terug in de glas in lood ramen. Het huis is gebouwd als onderdeel van een groter project, de NV De Apeldoornsche Bouwgrond Maatschappij tot exploitatie van het villapark 'Het Loo', die mede door Wegerif was opgericht. Binnen dit project zijn door Wegerif nog ontworpen de villa's Serena (1e Beukenlaan 9, 1916), de villa Halve Maan (1e Beukenlaan 3, 1917) en de gesloopte villa Freya (1e Beukenlaan, 1917).

Omschrijving

Het pand is opgetrokken op een samengestelde plattegrond bestaande uit een driebeukige voorbouw met twee achteraanbouwen en telt twee bouwlagen onder een plat dak met uitzondering van de middenbeuk in de voorbouw dat voorzien is van een flauw hellend lessenaarsdak ingeklemd tussen de muren van de zijbeuken en bedekt met tuile du Nord pannen. Aan de voorzijde is links een veranda gesitueerd en rechts op de verdieping bevindt zich een loggia. Aan de achterzijde heeft het pand rechts in de gevel op de verdieping een houten erker. De gevels worden afgesloten door een eenvoudige gootlijst. Op de in staand verband gemetselde plint na is het pand geheel voorzien van een ruwe pleisterlaag en wit geschilderd. Alle gevelopeningen zijn voorzien van een glad gepleisterde omlijsting.

De VOORGEVEL is opgebouwd uit drie beuken. De linkerbeuk heeft tegen de voorgevel een veranda met aan weerszijden twee haaks op de gevel staande muurdammen die aan de kopse zijde een hellende beëindiging hebben. In de linkermuurdam bevindt zich een glas in lood raam. De veranda wordt afgesloten door een plat dak met een eenvoudige gootlijst met een decoratieve loodslabbe en twee zuilen en is toegankelijk via een stolpdeur met opgeklampte houten luiken aan weerszijden. Op de verdieping bevindt zich een samengesteld raam opgebouwd uit twee draairamen waartussen een smal glas in lood raam en een bovenlicht met glas in loodvenster. De iets terugliggende middenbeuk bevat links in de gevel de ingangspartij bestaande uit een stenen stoep en een oorspronkelijke voordeur met een achthoekig glas in lood raam onder een luifel. Rechts van de entree bevindt zich een klein glas in lood raam. In het midden van de gevel is een bladvormige gevelsteen geplaatst met de tekst: "1918 - Edera". Rechts in de gevel bevindt zich een glas in lood raam.

Op de verdieping (mezzanino) bevindt zich van links naar rechts een draairaam, een liggend raam en een draairaam. Alle drie de ramen zijn voorzien van glas in lood.

De rechterbeuk heeft op de begane grond een samengesteld raam, opgebouwd uit twee draairamen waartussen een smal glas in lood raam en een bovenlicht eveneens met glas in lood. De verdieping heeft een loggia die aan voorzijde wordt afgesloten door een balustrade. De loggia is toegankelijk via een stolpdeur voorzien van een bovenlicht met glas in lood.

De RECHTER GEVEL van het voorste deel heeft op de verdieping in het midden een zesruitsraam met bovenlicht bezet met glas in lood.

De ACHTERGEVEL van het voorste deel heeft links een stolpdeur met bovenlicht voorzien van glas in lood. De middenbeuk is licht risalerend en bevat rechts op de begane grond een staand draairaam waarin een acht-ruitsvenster met diefijzers en op de verdieping een vier-ruits draairaam met twee-ruitsbovenlicht. Tussen de twee aanbouwen aan achterzijde is nog een stukje van de achtergevel zichtbaar: op de begane grond een staand draairaam waarin een acht-ruitsvenster met diefijzers en op de verdieping een vier-ruits draairaam met twee-ruits bovenlicht.

De LINKER GEVEL van het voorste deel heeft rechts in de gevel een twaalfruits stolpraam, links een liggend glas in loodraam en op de verdieping een zesruits stolpraam met bovenlicht waarin glas in lood.

Tegen de achtergevel bevinden zich twee oorspronkelijke UITBOUWEN die vrij dicht op elkaar staan waardoor ertussen een smalle gang is ontstaan. De rechtergevel van de rechteraanbouw -gezien vanaf de voorgevel- sluit schuin aan op het voorste deel. In dit afgeschuinde gedeelte bevindt zich een klein enkelruits raam. De rechtergevel van de rechter aanbouw heeft op de begane grond een gekoppeld negenruits raam met drieruits bovenlicht en op de verdieping een enkelruits stolpraam met gedeeld bovenlicht waarin twee vierruits ramen. De achtergevel heeft op de begane grond een schuifvenster met drie-ruits bovenlicht en op de verdieping een tweeruits stolpraam met gedeeld bovenlicht waarin twee vierruits ramen. De linker gevel heeft op de begane grond een zesruits draairaam met een enkelvoudig zijraam. Op de verdieping bevindt zich een tweeruits stolpraam met gedeeld bovenlicht waarin twee vierruits ramen.

De linkergevel van de rechter aanbouw is een blinde gevel en aan deze zijde is de schoorsteen gesitueerd. De linkergevel heeft links in de gevel twee gekoppelde ramen. De achtergevel heeft op de begane grond een tweeruits stolpdeur met bovenlicht waarin glas in lood en opgeklampte houten luiken. De deur is voorzien van een luifel met aan voorzijde twee vierkante pilaren die deels in baksteen zijn opgetrokken. Boven de luifel bevindt zich een driezijdige houten erker met een beschoten borstwering en vier enkelruits ramen met tweeruits bovenlicht.

Het INTERIEUR is redelijk gaaf bewaard gebleven en bevat onder meer in de eetkamer een doorgeefluik, houten kast, houten vloer en open haard, waarin een tegeltableau gesigneerd door mevr. A. Wegerif. De hal heeft een ronde, houten trap. Het toilet heeft blauw/witte tegels en een originele spiegel. In de garderobe is het fonteintje aanwezig en de oorspronkelijke meterkast. De zitkamer heeft een betegelde open haard.

Waardering

VILLA uit 1918 naar ontwerp van de Apeldoornse architect Chris Wegerif.

- Van architectuurhistorische waarde als goed en vrijwel gaaf voorbeeld van een woonhuis in een voor architect Wegerif typerende bouwstijl waarin hij zich liet inspireren door de Nieuwe Kunst, de Arts & Crafts, de Art Nouveau en de Weense Sezession. Het pand valt op door de eenvoudige hoofdvormen, de sobere detailleringen en waardevolle interieurelementen. Er is sprake van een ensemblewaarde als onderdeel van het villapark Berg en Bos (voorheen Het Loo), waarbinnen enkele andere huizen van Wegerif als opvallende elementen functioneren.

- Van stedebouwkundige waarde door de situering aan de Eikenlaan. De Eikenlaan bezit nog een in vrij gave staat bewaard bestand aan historische huizen, die samen met de vele particuliere en openbare groenelementen een aantrekkelijk, waardevol straatbeeld vormen.

- Van cultuurhistorische waarde als voorbeeld van een doordacht totaalontwerp waarin diverse vormen van toegepaste kunst zijn samengebracht. Het pand vormt tevens een herkenbaar element uit een maatschappelijke ontwikkeling. Het pand is gebouwd als huisvesting van de nieuwe en kapitaalkrachtige stedelijke elite, die zich bij voorkeur vestigde in kapitale villa's in ruim opgezette en in dit geval projektmatig ontwikkelde, romantisch aangelegde villawijken. De wijk Berg en Bos is een goed voorbeeld van een dergelijke villawijk. Er is tevens een cultuurhistorische waarde gelegen in het feit dat de ontwerpen van Wegerif een duidelijk herkenbare signatuur dragen en door de geringe geografische spreiding als typerend voor de gemeente Apeldoorn kunnen worden gezien.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
514559
Provincie
Gemeente
Plaats

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Woonhuis Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Eikenlaan 10 7313 AK Apeldoorn Indische Buurt Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Villa
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
R 889 Hoog Soeren
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1918 1918 vervaardiging
Ambachten
Name Beroep Notitie
Wegerif, C. (Chris) ; Gelderland architect / bouwkundige / constructeur
Wegerif, C. (Chris) ; Gelderland opdrachtgever
Naar boven