Omschrijving

VILLABOERDERIJ, waarvan het twee bouwlagen hoge VOORHUIS is opgetrokken in Vlaams verband in een roodbruine baksteen op een trasraam van bruinrode klinkers. Het samengestelde schilddak, gedekt met een roodbruin geglazuurde vernieuwde Hollandse pan, heeft een gemetselde schoorsteen op de nok, een ruime overstek en eronder een fries van verticaal metselwerk. De overgang tussen de twee bouwlagen wordt gemarkeerd door een band van decoratief metselwerk. De gevels worden geleed door staande vensters met bovenlichten met roedenverdeling en geel glas, gebakken onderdorpels, onder een anderhalfsteens rollaag.

De hoofdentree bevindt zich aan de voorzijde (oost) en bestaat uit een gelakte deur met Art Déco-ornamentiek, met licht gebogen kalf en rondboogvormig bovenlicht, onder een eensteens rondboog binnen een portiek; de gemetselde portiek heeft twee rondbogen met bovenin decoratief smeedwerk, twee natuurstenen stoepen uitkomend op één bordes en in de zijwand een H-venster met achtruits bovenlicht en rollaag. Links van de entree een driedelig venster met drie zesruits bovenlichten onder een rollaag; houten luiken tot kalfhoogte. Op de verdieping een driezijdige erker met drie ramen met zesruits bovenlicht en een gepleisterde kraagsteen tegen een rechthoekig gepleisterd vlak met daarop het bouwjaar: "1924"; een paar openslaande vensters met houten luiken tot kalfhoogte, onder een zesruits bovenlicht. In de zuidgevel op de begane grond een paneeldeur met ovaal kijkgat met smeedwerk; een natuurstenen stoep (drie hoog); een w.c.venster; een H-venster met achtruits bovenlicht; alle onder een rollaag. Een aangebouwde, gemetselde serre met plat dak, waarin zeven ramen met twaalfruits bovenlichten met geel glas; op de serre een dakterras met houten hek met regels en spijlen, toegankelijk via een deur met zijlicht (oorspronkelijk openslaande deuren) onder drieruits bovenlichten. Links ervan een paar openslaande ramen onder een zesruits bovenlicht en een vierdelig venster met gekleurd glas-in-lood.

Aan de noordgevel een iets lager uitgebouwd deel onder een aangekapt schilddak, met aan de oostzijde een dubbel H-venster met zesruits bovenlichten, rollaag en houten luiken tot kalfhoogte, en erboven een dubbel zesruits zaadvenster; aan de noordzijde een dubbel venster met zesruits bovenlicht en rollaag, een H-venster (oorspronkelijk openslaand met bovenlicht met roeden) en rollaag, met eronder een dubbel keldervenster met diefijzers en rollaag, en twee dubbele zaadvensters, beide met roedenverdeling. De overgang voorhuis-schuurgedeelte wordt aan beide zijden gemarkeerd door twee krimpen. In de oostzijde van de eerste krimp aan de noordgevel een getoogd ijzeren twaalfruits venster en aan de noordzijde getoogde dubbele schuurdeuren onder een latei (niet origineel) met segmentboog. In de oostzijde van de eerste krimp aan de zuidgevel een H-venster met vierruits bovenlicht met geel glas, en aan de zuidzijde een dubbel H-venster met zesruits bovenlichten en geel glas, beide met rollaag.

De HOOFDSCHUUR, die is opgetrokken in een rode baksteen op een trasraam van gesinterde klinkers, begint bij de tweede krimp. Het dak met wolfeind is gedekt met een rode muldenpan en heeft een hoge gemetselde schoorsteen op het noordelijke dakvlak en een houten piron met windwijzer op de nok. De achtergevel (west) met gemetseld fries met muizetand en goot op klossen, heeft twee roldeuren (niet origineel), een getoogd ijzeren negenruits venster, een opgeklampte deur met getoogd bovenlicht, een getoogde ijzeren zesruits schuurvenster en drie getoogde ijzeren zesruits zaadvensters. In de noordgevel met gemetseld fries met muizentand, zeven getoogde ijzeren zesruits schuurvensters. In de zuidgevel met gemetseld fries met muizentand, vijf getoogde ijzeren zesruits schuurvensters, zeven kleine getoogde ijzeren vierruits schuurvensters, een klein houten venster, een (vernieuwde) deur, een (vernieuwd) H-venster, en een H-venster met drieruits bovenlicht.

In het INTERIEUR zijn onder meer van belang: in de gang de gepleisterde lambrizering afgezet met een houten lijst, de houten trap met decoratieve trappalen en houten leuningen met bewerkte spijlen; in de kamers de doorlopende houten lijsten aan de wanden; de dubbele suitedeuren met deurlichten en origineel sluitwerk naar de serre. Op de verdieping de houten plafonds van kraalschroten, het lijstwerk aan de wanden van de kamers. In het schuurgedeelte het karnhuis met de houten kastenwand en de dodekopvloer; de houten sporenkap met gebinten in de hoofdschuur.

Waardering

Villaboerderij met hek van algemeen belang vanwege cultuur- en architectuurhistorische waarde

- als voorbeeld van een villaboerderij met hek uit 1924 in een aan het Rationalisme en de Interbellum-architectuur verwante bouwtrant

- vanwege het verzorgde materiaalgebruik met decoratieve accenten

- als goede representant van het oeuvre van de lokale architect N. Boiten Rzn. uit Veendam

- vanwege de redelijke mate van gaafheid van het exterieur en delen van het interieur

- vanwege de markante ligging in het lint aan het voormalige Borgercompagniesterdiep