Landgoed Dorth, Kring van Dorth
Inleiding
Het huidige HOOFDGEBOUW van de historische buitenplaats Dorth werd in 1930 in opdracht van G.O.F. Ridder Huijsen van Kattendijke gebouwd door de architect ANDRIES DE MAAKER op de plaats van het eerder in 1837 gebouwde neo-Classisistische landhuis. Het huis is gebouwd in Nieuw-Historiserende stijl met Lodewijk XIV- elementen (eerste kwart achttiende eeuw), welke onder andere wordt gekenmerkt door strenge symmetrie, omlijste ingangspartijen, ramen met roedenverdeling en zorgvuldig gedetailleerd metselwerk. Het hoofdhuis is gesitueerd op een eiland dat wordt omringd door de oude binnengracht en is bereikbaar via een gemetselde brug met ijzeren balustraden. Voor de brug bevindt zich een recent ijzeren hek. Achter de brug bevindt zich voor het hoofdhuis een plantsoen met twee gebogen grindpaden. Tussen de paden is een verdiept ovaalvormig perk aangelegd, omringd door een gemetselde rand.
Het hoofdhuis heeft een rechthoekige plattegrond en telt twee bouwlagen onder een afgeplat schilddak met steil aflopende dakschilden en gesmoorde, verbeterde Hollandse pannen. Binnen de dakschilden bevinden zich aangekapte dakkapellen, voorzien van een lichtgebogen spiegelboogvormige afdekking middels een geprofileerde daklijst. De dakkapellen zijn voorzien van twee 9-ruits draairamen en een zinken dekking. Op vier hoeken is het dakschild voorzien van een gemetselde schoorsteen met uitgekraagde hardstenen afdekplaat. De bakstenen gevels zijn gemetseld in kruisverband en worden afgesloten door een omlopende kroonlijst, voorzien van een omlopende houten bakgoot. De vensters worden afgesloten door anderhalfsteens strekken (tenzij anders vermeld) en hebben aan de onderzijde hardstenen lekdorpels. De kozijnen zijn aan beide zijden voorzien van persiennes, met uitzondering van die van het souterrain. Het hoofdhuis wordt voorafgegaan door een bordes met een bestrating van stoeptegels, dat wordt omringd door een gemetselde muur. De muur heeft op beide hoeken gemetselde kolommen en wordt aan de bovenzijde afgesloten door hardstenen afdekplaten. Voor deze muur bevindt zich in het midden een gemetselde dubbele bordestrap, waarvan de gemetselde boogvormige muur thans geheel is begroeid met klimop. Aan beide zijden van het bordes bevindt zich een kleine gemetselde trap van zes treden naar het lager gelegen niveau van het souterrain. De trap aan beide zijden voorzien van een gemetselde keermuur, afgesloten door een halfsteens rollaag met daaronder een gemetselde bloktand.
De symmetrisch ingedeelde VOORGEVEL is tussen twee hoekpilasters voorzien van een middenrisaliet, waarvan het centrum is voorzien van een rijk gedecoreerde wit gepleisterde ingangspartij. Tussen twee pilasters op hardstenen basementen met composiet kapitelen bevinden zich twee 10-ruits draaideuren. Boven het segmentboogvormige kalf bevindt zich een meerruits bovenlicht. De ingangspartij wordt afgesloten door een lichtgebogen geprofileerde kroonlijst. Boven de kroonlijst bevindt zich in de gedecoreerde omlijsting een venster met twee 6-ruits draairamen en 4-ruits bovenlichten. Boven genoemd venster bevindt zich een rijk uitgevoerde kuif. De kuif is in het centrum voorzien van een wijzerplaat. Links en rechts van het portaal op de begane grond bevinden zich twee kozijnen met 12-ruits schuiframen, voorzien van 6-ruits bovenlichten. Op de verdieping wordt het lijstwerk geflankeerd door twee 9-ruits schuiframen met 6-ruits bovenlichten. Het risaliet wordt aan de bovenzijde afgesloten door een schouderboogvormige geprofileerde kroonlijst, welke door het voorste dakschild steekt. Links en rechts van het risaliet heeft de gevel op de begane grond twee deurkozijnen met gekoppelde 10-ruits draaideuren, voorzien van 4-ruits bovenlichten. Op de verdieping zijn de vensters aan beide zijden voorzien van gekoppelde 3-ruits draairamen met twee 4-ruits bovenlichten.
De LINKER ZIJGEVEL heeft ter hoogte van het souterrain aan de rechter- en linker buitenzijde van de gevel een dwarsgeplaatst rechthoekig venster met gemetselde lekdorpel, voorzien van tweedelige kozijnen, met gekoppelde 4-ruits ramen. Tussen deze vensters heeft de gevel twee deurkozijnen op hardstenen neuten en dorpel, voorzien van een dubbele houten paneeldeur met twee glaspanelen en decoratieve ijzeren roosters. De bovenzijde van vensters en deurkozijnen wordt afgesloten door een doorlopende halfsteens rollaag. Boven de rollaag heeft de gevel naast elkaar vier kozijnen met gekoppelde 8-ruits draairamen, voorzien van twee 4-ruits bovenlichten. Op de verdieping is de gevel voorzien van vier kozijnen met gekoppelde 6-ruits draairamen met 4-ruits bovenlichten. Boven de kroonlijst heeft het dakschild twee aangekapte dakkapellen. De RECHTER ZIJGEVEL heeft ter hoogte van het souterrain vier tweedelige dwarsgeplaatste kozijnen voorzien van twee 4-ruits klapramen. Deze worden afgesloten door een doorlopende halfsteens rollaag. Op de begane grond heeft de gevel vier kozijnen met gekoppelde 8-ruits draairamen, voorzien van 4-ruits bovenlichten. De verdieping van de gevel is voorzien van vier gekoppelde 6-ruits draairamen met 4-ruits bovenlichten. Boven de kroonlijst heeft het dakschild twee aangekapte dakkapellen. Over het gehele linker deel van de gevel loopt thans een moderne brandtrap.
De ACHTERGEVEL heeft eveneens een middenrisaliet. Ter hoogte van het souterrain heeft het risaliet een teruggelegen portiek, voorzien van een deurkozijn op hardstenen dorpel en neuten. Hierin bevindt zich een meerruits paneeldeur. Rechts in de portiek is een enkele houten deur aangebracht. Links van de portiek heeft de gevel twee dwarsgeplaatste kozijnen, voorzien van 6-ruits draairamen. Op de begane grond en verdieping is de gevel van het risaliet voorzien van telkens drie 6-ruits schuiframen met 6-ruits bovenlichten. Rechts van de portiek naast het risaliet heeft de gevel een tweedelig kozijn, met gekoppelde 4-ruits draairamen. De bovenzijde van de kozijnen en van het portiek van het souterrain worden afgesloten door een over de gehele gevel doorlopende halfsteens rollaag. Op de begane grond heeft de gevel gekoppelde 12-ruits draairamen met 4-ruits bovenlichten. Op de verdieping bevinden zich twee gekoppelde 6-ruits draairamen met 4-ruits bovenlichten. Links van het risaliet heeft de gevel op de begane grond een deurkozijn op hardstenen neuten en dorpel, voorzien van twee gekoppelde 6-ruits paneeldeuren met 6-ruits bovenlichten (oorspronkelijke achteruitgang). Op de verdieping heeft de gevel twee gekoppelde 6-ruits draairamen met 4-ruits bovenlichten.
Het INTERIEUR van het hoofdhuis is qua indeling en interieurelementen gaaf bewaard gebleven. Het interieur heeft een centrale hal met oorspronkelijke lambrizering en monumentale trap. De hal wordt geflankeerd door zeer rijk uitgevoerde woonvertrekken en een eetkamer. In het souterrain bevindt zich de keuken met oorspronkelijk aanrecht en tegelvloer. Op de verdieping bevinden zich eveneens rijk uitgevoerde vertrekken. Het pand bevat waardevolle interieurelementen zoals onder andere oorspronkelijk houten parketvloeren, stucplafonds in Lodewijk XIV-stijl, drie fraaie monumentale schouwen en schoorsteenmantels in Lodewijk XV-stijl. De mantels boven de schouwen zijn voorzien van geschilderde schoorsteenstukken en een gobelin. Waarschijnlijk zijn de schouwen van elders afkomstig.
Waardering
HOOFDGEBOUW van de historische buitenplaats Dorth in Nieuw-Historiserende-stijl gebouwd in 1930.
- van architectuurhistorische waarde als gaaf bewaard voorbeeld van een landhuis in Nieuw-Historiserende-stijl met Lodewijk XIV- elementen (eerste kwart achttiende eeuw), welke onder andere wordt gekenmerkt door strenge symmetrie, omlijste ingangspartijen, ramen met roedenverdeling en zorgvuldig gedetailleerd metselwerk.. Het pand heeft hoogwaardige esthetische kwaliteiten zoals onder andere tot uitdrukking komen in de gave verhoudingen en in het materiaalgebruik binnen gevels, lijsten en kozijnen en de rijk uitgevoerde ingangspartij.
- van stedenbouwkundige waarde door de situering van het object ten opzichte van de andere gebouwen en van de omgeving. Het object heet als zodanig ook een ensemblewaarde met de dienstwoningen, de toegangsbrug en de tuinaanleg.
- van cultuurhistorische waarde als onderdeel van een buitenplaats met een zeer oude en rijke historie. Het landgoed Dorth is voor de ontwikkeling van de omgeving van eminente waarde.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding
Het landgoed Dorth ligt te Kring van Dorth, in het noorden van de gemeente Gorssel, langs de grens met de Overijsselse gemeente Bathmen. De kern van het landgoed wordt gevormd door de gelijknamige HISTORISCHE BUITENPLAATS. Aan de westzijde wordt de buitenplaats begrensd door de Bathmenseweg, de weg tussen Gorssel en Bathmen. Het deel van de Bathmenseweg dat vanuit het zuidwesten precies in de richting van Huis Dorth loopt heette vroeger Dordtsedijk. Het is een lange, rechte aan weerszijden met dubbele rijen beuken beplante laan. Ter hoogte van Huize Dorth buigt de weg in westelijke richting om de buitenplaats heen. Aan de noord- en oostzijde wordt de buitneplaats grotendeels begrensd door de Zaalbeek en de oude Dortherbeek, tevens de grens tussen de provincies Gelderland en Overijssel. Aan de zuidzijde vormt de Kasteelweg, een oude weg van Dorth naar Lochem, de grens.
Het complex omvat de volgende beschermde onderdelen: hoofdgebouw (monument nummer (516389), toegangsbrug (monumentnummer 516390), koetshuis met schuur, paardenstal en tuinmuur (monument nummer 516391), rentmeestershuis (monument nummer 516392), twee hardstenen obelisken (monument nummer 516394), tuin- en parkaanleg in hoofdlijnen (516393). De begrenzing van het beschermde complex is op de bij de omschrijving behorende kaart aangegeven (kaart 1, begrenzing).
Het HOOFDGEBOUW is in 1930 opgetrokken in Nieuw-Historiserende stijl met Lodewijk XIV- elementen (eerste kwart achttiende eeuw), naar ontwerp van de architect A. de Maaker. De gemetselde TOEGANGSBRUG is eenvoudig van aard en voorzien van een ijzeren balustrade. De DIENSTGEBOUWEN zijn in 1929 uitgevoerd in Traditionele bouwstijl met invloed van de Hollandse Renaissance. Het ontwerp voor de gebouwen is van de architect A.J. Jansen. Achter het koetshuis bevinden zich nog een paardenstal en een in slechte staat verkerende tuinmuur. Het begin van de oprijlaan wordt geflankeerd door twee hardstenen OBELISKEN. De TUIN- EN PARKAANLEG kan worden gekarakteriseerd als een mengeling van elementen van de (vroeg-) landschappelijke stijl en uit voorgaande perioden bewaard gebleven classicistische elementen.
Het goed wordt al in de Middeleeuwen genoemd. Dorth behoorde tot de riddermatige goederen van Gelderland en was tevens een hoge heerlijkheid. De heerlijkheid lag deels in Overijssel en deels in Gelderland. Tussen 1329 en 1348, onder Seyno van Dorth, werd er een kasteel gebouwd, dat blijkens latere leenbrieven en afbeeldingen ook een voorburcht bezat. Voorts blijkt dat het huis oudtijds met de voorzijde naar het westen was gericht en op een omgracht terrein was gelegen. Het geheel was omgeven door een aarden wal, die in 1593 werd geslecht.
Dirck van Dorth, eigenaar sinds 1606, zou op de fundamenten van het oude kasteel een nieuw hebben laten optrekken. Zijn schoonzoon en dochter, Adriaan Balthasar Graaf zu Flodroff en Isabella van Dorth, hebben het huis verder verfraaid en lieten bij het huis een park aanleggen. Niet bekend is in hoeverre bij deze vernieuwingen (bekende) ontwerpers betrokken waren. Vermoedelijk kreeg de buitenplaats een klassieke aanleg, waarvan de in rechte lijnen vormgegeven waterpartijen aan de zuidoostzijde van het huis, als ook de rechte lanen op en nabij de buitenplaats restanten zullen zijn.
Op de door M.A. Snoeck getekende kaart van ca 1783 is de aanleg van de buitenplaats ingetekend. Rondom het kasteel lagen enkele min of meer vierkante deeltuinen, ingevuld met wisselende patronen. Direct oostwaarts daarvan lag een groot sterrebos. Het geheel lijkt te zijn omgracht. Vanaf het huis liep een langgerekte as door het sterrebos in zuidoostelijke richting. De buitenplaats had voorts enkele haaks op elkaar staande beplante lanen en voorts afwisselend bospercelen en landbouwgronden.
In de loop van de 18de eeuw wisselde het goed herhaaldelijk van eigenaar en raakte het geleidelijk aan in verval. In 1787 kwam Dorth in bezit van Gerrit Willem Baron van Zuylen Van Nievelt, overleden op kasteel Dorth in 1813. Vermoedelijk werd onder hem, of onder de opvolgende eigenaar Jan Hermanus van Engelen, de buitenplaats geheel opnieuw ingericht in een landschappelijke stijl. De nieuwe aanleg besloeg een veel groter gebied dan voorheen.
De gewijzigde aanleg is weergegeven op het oudst bekende gedetailleerde kaartmateriaal, namelijk de kadastrale minuut van 1818 (1832). Opvallend zijn de kronkelende, op diverse plaatsen tot vijvers verbrede, waterlopen en de door bossen en boomsingels omgeven weiden en bouwlanden. In de grootste vijvers liggen beboste eilandjes. Diverse onderdelen van de oudere, meer klassieke aanleg bleven gehandhaafd, waaronder verschillende lanen en de structuren aan de zuidwestzijde van het huis. De buitenplaats omvatte voorts zowel beboste percelen als weiden en bouwlanden. De open percelen werden omsloten door bos en/of boomsingels. Voorts zijn zichtbaar het hoofdgebouw aan een plein op een omgracht terrein aan de westzijde van de buitenplaats, een tweetal buiten de gracht gelegen bijgebouwen en meer oostwaarts nog twee woningen, waaronder het huis "de Jager". In de omgeving van het hoofdgebouw lagen tuinen en enkele boomgaarden. Bij de meest noordelijke vijver stond een zogenaamde Turkse tent en bij de grote vijver aan de zuidoostzijde een witte koepel. Behalve dit als wandelgebied aangelegde deel omvatte de buitenplaats tevens enkele boerderijen met bijbehorende landerijen.
In 1833 werd Laurens Kleyn eigenaar. In 1837 liet de heer Kleyn het oude huis Dordt afbreken. Op de kelders werd een nieuw pand gebouwd in neo-classicistische stijl. Ook werd onder hem de aanleg verder verfraaid. Na het overlijden van de heer Kleyn in 1887 werd het landgoed publiek geveild. Ten behoeve van de veiling werd een perceelkaart gemaakt. Het kaartbeeld komt vrijwel geheel overeen met dat van de oudste kadastrale minuut. De belangrijkste wijzigingen betreffen de bijgebouwen : het pand aan de zuidoostzijde van de binnengracht is afgebroken, terwijl aan de oostzijde een nieuw pand vertscheen. De overige bijgebouwen zijn door nieuwe panden vervangen. Na de verkoop werd aanmerkelijk deel van de bossen en laanbeplanting gekapt en brak een nieuwe periode van verwaarlozing aan. Latere eigenaren zoals A. Poot en E.G. Verkade hebben echter weer veel gedaan om de bezittingen te herstellen, waaronder ook de grachten, beken, vijvers en waterpartijen. Daarbij bleef de aanleg in hoofdlijnen ongewijzigd.
Onder G.O.F. ridder Huyssen van Kattendyke kwam de huidige bebouwing tot stand, namelijk in 1929 het koetshuis en het rentmeestershuis en in 1930 het hoofdgebouw. het rentmeestershuis werd op een vrij ongelukkige plek pal naast een zichtas opgetrokken. Vermoedelijk zijn in dezelfde tijd ook de overige dienstwoningen herbouwd, de brug over de gracht en de tuinaanleg op het voorplein vernieuwd. Ook werd een nieuwe oprijlaan aangelegd.
De buitenplaats Dorth vormt een markant element in het meer open omringende gebied. Komende vanuit Gorssel voert de statige, met dubbele rijen beuken beplante Bathmenseweg naar de buitenplaats. Het huis Dorth staat precies in het verlengde van deze weg.
Aan het einde van het rechte deel van de Bathmenseweg ligt aan de rechterzijde de oprijlaan van de buitenplaats, waarvan het begin wordt gemarkeerd door twee hardstenen obelisken met het familiewapen van de Graven zu Flodroff.
De kern van de huidige buitenplaats wordt gevormd door het op een omgracht terrein gelegen hoofdgebouw. Op het voorplein, bereikbaar via een brug, is een kleine tuin aangelegd. Buiten de grachten staan het koetshuis, met de daarachter de paardestal, en de rentmeesterswoning. Ten zuidoosten van deze kern ligt een min of meer rechthoekig, eveneens omgracht, deel van de buitenplaats. Nog zichtbaar is dat vroeger over dit terrein een oude laan, tevens zichtas, in zuidoostelijke richting heeft gelopen. Meer oostelijk is een deel van deze laan wel bewaard gebleven. Ook door andere delen van de buitenplaats lopen (restanten) van oude lanen, veelal beplant met beuken of eiken. Daaromheen liggen stelsels van gebogen paden en deels tot vijvers verbrede kronkelende waterlopen. In de grootste vijvers liggen beboste eilandjes. De Turkse Tent en de Witte Koepel zijn verdwenen. Karakteristiek is voorts de afwisseling van bossen met wei- en bouwlanden. Diverse bospercelen hebben een drassig karakter en worden doorsneden door greppels en slootjes. Her en der staan groepen rododendrons. Op een aantal plekken zijn kleine heuvels opgeworpen, vanwaar af men een fraai uitzicht heeft. Aan de laan, die in het verlengde van de Jufferdijk is gelegen, staan een dienstwoning (ter plekke van het vroegere jagershuis) en een schuur met aangrenzend een boomgaard. Bij de schuur bevindt zich een waterput. Meer oostwaarts staat aan de Kasteelweg nog een dienstwoning, genaamd "De Wildbaan".
Waardering
Historische buitenplaats Dorth, gelegen op oud landgoed
- van architectuurhistorische waarde als gaaf bewaard complex van hoofdgebouw met dienstwoningen in Nieuw-Historiserende en Traditionele bouwstijl. De panden vallen op door hoogwaardige esthetische kwaliteiten zoals onder andere de gaaf bewaarde hoofdvormen en de rijke materialen gebruikt in gevels, vensters en kozijnen. Het complex is van belang als bijzonder voorbeeld van een historisch gegroeid, van oorsprong middeleeuws kasteelcomplex, waarvan de bebouwing in de huidige vorm uit de periode tussen 1929 en 1930 dateert. Het complex is eveneens van belang vanwege de bijbehorende historisch gegroeide tuinaanleg.
- het complex heeft stedenbouwkundige waarde door de hoogwaardige kwaliteit van de bebouwing en de historisch-ruimtelijke relatie met de groenvoorzieningen, paden, dijken en grachten.
- van cultuurhistorische waarde als goed bewaard voorbeeld van een buitenplaats met een zeer oude en rijke historie. De buitenplaats Dorth is voor de ontwikkeling van de omgeving van eminente waarde.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Landhuis | Kastelen, landhuizen en parken | Kasteel, buitenplaats | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Bathmenseweg | 16 | – | 7216 PC | Kring van Dorth | – | – | Ja |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | A | 123 | – | Kring van Dorth |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1930 | 1930 | Nieuwbouw op oude bouwplek | vervaardiging |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Maaker, Andries de ; Gelderland | architect / bouwkundige / constructeur | – |