Oorspr. Bethesda, Laag-Soeren
Omschrijving
Voormalig BADHUIS met UITBREIDINGEN. Het samengestelde gebouw bestaat uit het centraal gelegen oorspronkelijke badhuis (A), met aan de westzijde de rustvleugel (B), met ten noorden daarvan een badgebouw (D); aan de oostzijde van het badhuis de recreatievleugel (C), die onder een stompe hoek ten opzichte van het badhuis is geplaatst.
Het monumentale drielaags hoofdgebouw (A) uit 1850 is gebouwd op een rechthoekige plattegrond en heeft een schilddak gedekt met gesmoorde Hollandse pannen. Op de nok bevonden zich oorspronkelijk vier op regelmatige afstand van elkaar geplaatste bakstenen schoorstenen. De huidige aan de zijde van de Badhuislaan gelegen voorgevel vormde oorspronkelijk de achtergevel. Het pand is opgetrokken in baksteen gemetseld in kruisverband.
De symmetrisch ingedeelde sobere VOORGEVEL is negen traveeën breed. De eerste twee en de laatste twee traveeën zijn opgevat als risalieten die echter slechts een halve steen naar voren springen. Tussen de begane grond en de eerste verdieping bevinden zich een bakstenen architraaflijst en een geprofileerde cordonlijst. De gevel wordt afgesloten door een architraaflijst, een fries waarin smalle zoldervensters zijn opgenomen en een gecorniste kroonlijst. Alle vensters worden afgesloten door een licht getoogde strek en zijn op de begane grond en de eerste verdieping voorzien van 6-ruits stolpramen met 2-ruits bovenlichten. De vensters van de lagere tweede verdieping zijn voorzien van 6-ruits stolpramen. De vensters op de eerste en tweede verdieping zijn alle voorzien van gietijzeren Franse balkons. De middentravee heeft op de begane grond een latere aanbouw met entree en een bovengelegen balkon en aan weerszijden een lagere één travee brede aanbouw. De halfrond gesloten entree is voorzien van een grote dubbele deuren en een halfrond bovenlicht. De lage aanbouwen zijn elk van twee door een strek afgesloten vensters voorzien. Het balkon heeft een bakstenen borstwering. Zowel aan weerszijden van de dubbele balkondeuren als aan weerszijden van het venster op de tweede verdieping bevindt zich een smal hooggeplaatst venster. De indeling van de ACHTERGEVEL is grotendeels identiek aan die van de voorgevel. Voor de drie middelste traveeën bevindt hier over twee bouwlagen een fraaie bakstenen aanbouw onder een plat dak. Deze aanbouw is omstreeks 1884-1885 aangebracht ter vervanging van een portiek met balkonloggia. De aanbouw heeft een vlak gepleisterde plint waarboven zich een blokbepleistering bevindt die doorloopt tot de kalven van de halfrond afgesloten vensters van de begane grond. Rond de halfronde bovenlichten van deze vensters bevinden zich brede geprofileerde lijsten met kuiven. Op de hoeken is eveneens een blokbepleistering aangebracht. Ter hoogte van de kalven van de vensters is op de begane grond een geprofileerde architraaflijst aangebracht. Tussen de verdiepingen bevindt zich een geprofileerde cordonlijst. De gevels worden afgesloten door een architraaflijstje, een vlak fries en een geprofileerde kroonlijst. Op de begane grond bevindt zich in de lange zijde een ingang die voorzien is van dubbele vernieuwde deuren en een halfrond 2-ruits bovenlicht. Aan weerszijden bevindt zich een kleine oculus met een gepleisterde omlijsting en een venster met een T-raam en een 3-ruits halfrond bovenlicht. De verdieping bezit drie stolpramen met enkelruits bovenlichten. In de beide korte zijden bevindt zich op de begane grond een venster dat voorzien van een onderraam met een niet oorspronkelijke roedeverdeling en een halfrond 2-ruits bovenlicht. De verdieping bezit een breed rechtgesloten venster dat voorzien van drie gekoppelde T-ramen.
De RUSTAFDELING (B) is middels een smal tussenlid verbonden met het hoofdgebouw. De gevel van dit tussenlid sprong oorspronkelijk terug zoals nog ter hoogte van het dak te zien is. Later is een tweelaags aanbouw hiervoor geplaatst met op de begane grond een van een kruisvenster afgeleid kozijn en op de verdieping een venster met een 6-ruits schuifraam.
De tweelaags rustafdeling is ca.1884-1885 gebouwd op een L-vormige plattegrond en heeft een samengesteld afgeplat dak dat eveneens gedekt is met gesmoorde Hollandse pannen. Het pand is opgetrokken in baksteen gemetseld in kruisverband. De lage begane grond is van een gebosseerde bepleistering voorzien. Tussen de begane grond en de hoge verdieping bevindt zich een zware geprofileerde cordonlijst. De verdieping heeft op de hoeken een blokbepleistering en wordt afgesloten door een geprofileerde architraaflijst, een vlak gepleisterd fries en een zware, geprofileerde en gecorniste kroonlijst. De muuropeningen op de begane grond zijn bij een verbouwing die vermoedelijk plaats vond in de eerste decennia van de 20ste eeuw vergroot. Oorspronkelijk bevond zich in iedere travee een hoog geplaatst venster dat ongeveer half zo groot was als het verdiepingsvenster. Rond de bovenlichten van de vensters van de verdieping bevindt zich een gepleisterde geprofileerde lijst. Als voorgevel wordt in de beschrijving de gevel aan de parkzijde beschouwd die ook oorspronkelijk als zodanig fungeerde. De VOORGEVEL is symmetrisch ingedeeld en is vijf traveeën breed. De hoektraveeën zijn opgevat als risalieten. Zowel in de eerste, de derde en de vijfde travee bezitten op de begane grond dubbele openslaande deuren met zij- en bovenlichten. De tweede en de vierde travee bezitten dubbele openslaande deuren met een enkelruits bovenlicht. De vensters van de verdieping zijn voorzien van stolpramen met enkelruits bovenlichten. De oorspronkelijk symmetrisch ingedeelde LINKER ZIJGEVEL heeft op de begane grond vergrote vensters als in de voorgevel. De vensters zijn hier echter asymmetrisch in de gevel geplaatst. Zowel uiterst links als links van het midden bevinden zich dubbele openslaande deuren met zij- en bovenlichten. Rechts van het midden bevinden zich dubbele openslaande deuren met een enkelruits bovenlicht. Uiterst rechts bevindt zich een van een kruisvenster afgeleid kozijn. De verdieping heeft in de middentravee een balkon met een houten balustrade en dubbele balkondeuren met een enkelruits bovenlicht. Aan weerszijden bevinden zich twee vensters met stolpramen en enkelruits bovenlichten.
De drie traveeën brede ACHTERGEVEL heeft links een niet oorspronkelijk breed venster waarnaast zich een klein vermoedelijk origineel venster bevindt met een vernieuwd raam. rechts is tegen de gevel een brandtrap geplaatst. De verdieping heeft in het midden een moderne deur ten behoeve van de brandtrap. Mogelijk bevond zich hier eveneens een klein balkon. Aan weerszijden bevindt zich een venster als in de overige gevels. De RECHTER ZIJGEVEL bezit op de verdieping meerdere vensters als in de overige gevels.
De RECREATIEVLEUGEL (C) is ca.1917 gebouwd in Traditionalistische trant. In tegenstelling tot de overige gebouwen is dit gebouw georiënteerd op de Badhuislaan. Het gebouw bezit een vlindervormige plattegrond en sluit aan de westkant aan op het hoofdgebouw. Het gebouw bestaat uit centraal geplaatst kubusvormig tweelaags hoofdblok met aan weerszijden een éénlaags geknikte zijvleugel. De linker zijvleugel heeft een grotere lengte dan de rechter zijvleugel. Het hoofdblok is voorzien van een hoog schilddak, met op de nokeinden pirons, dat doorsneden wordt door een lager dwars geplaatst afgeplat schilddak. De lagere geknikte zijvleugels zijn eveneens voorzien van afgeplatte schilddaken. Alle daken zijn gedekt met rode verbeterde Hollandse pannen. De gevels worden afgesloten door een architraaflijstje, een vlak fries en een geprofileerde kroonlijst waarin de goot is opgenomen. De rechtgesloten vensters worden afgesloten door rollagen. De VOORGEVEL heeft tot en met de tweede travee na de knik in de zijvleugels een symmetrische indeling. De drie traveeën brede gevel van het hoofdblok heeft in de licht risalerende middentravee de ingang die voorzien is van een dubbele deur met zijlichten en een tweeruits rondbogig bovenlicht. Hierboven is een rondbogige geprofileerde houten luifel aangebracht. De verdieping bezit een breed driedelig venster met 6-ruits ramen. In het fries is de naam 'SOERIA' aangebracht. In het bovenliggende dakschild bevindt zich een fraaie Serliaanse dakkapel met een geprofileerde gebogen daklijst en meeruits ramen. De zijtraveeën zijn identiek ingedeeld en bezitten beide op de begane grond een venster met een van een kruisvenster afgeleid kozijn met enkelruits ramen en 4-ruits bovenlichten en op de verdieping een venster met dubbele 6-ruits draairamen. De iets terugliggende twee traveeën brede geveldelen aan weerszijden van het hoofdblok vormen voor wat betreft de indeling elkaars spiegelbeeld. De binnenste travee bevat een venster als op de begane van het het hoofdblok. De tweede en tevens buitenste travee bevat twee kleine op korte afstand van elkaar hoog geplaatste vensters met enkelruits ramen. In het bovenliggende dakschild bevindt zich een brede dakkapel met een plat dak die voorzien is van vier 4-ruits ramen. De terugspringende geknikte lage zijvleugels hebben in de één travee brede evenwijdig aan de voorgevel lopende geveldelen een venster als in de voorgevel. Het hierop aansluitende twee traveeën brede geveldeel van de rechter zijvleugel bezit twee vensters als bovengenoemd. De linker zijvleugel bezit in het aansluitende twee traveeën brede geveldeel links een deur met bovenlicht en rechts hiervan een venster als bovengenoemd. In het bovenliggende dakschild van de zijvleugels bevindt zich een dakkapel als bovengenoemd doch hier iets smaller en met slechts drie ramen. Op dit geveldeel sluit een éénlaags aanbouw met plat dak aan. Voor de oorspronkelijke LINKER ZIJGEVEL is later een éénlaags aanbouw geplaatst ten behoeve van een eetzaal waardoor een deel van het terras verloren is gegaan. De ACHTERGEVEL van het hoofdblok heeft een symmetrische indeling en bezit op de begane grond drie dubbele terrasdeuren met 12-ruits bovenlichten. De verdieping bezit drie brede vensters die voorzien zijn van drie gekoppelde ramen. In het bovenliggende dakschild bevindt zich een dakkapel als aan de voorzijde. Het iets lagere aan weerszijden aansluitende, één travee brede geveldeel bezit dubbele terrasdeuren met zij- en bovenlichten (meerruits). In het bovenliggende dakschild bevindt zich een brede dakkapel met een plat dak die voorzien is van vier gekoppelde 4-ruits draairamen. De lage twee traveeën brede linker zijvleugel heeft in ieder travee dubbele terrasdeuren met zij- en bovenlichten (meerruits). In het bovenliggende dakschild bevinden twee dakkapellen boven elkaar. De onderste dakkapel bezit vijf gekoppelde ramen, de zeer brede bovenste dakkapel bezit twee maal drie gekoppelde dakkapellen.De drie traveeën brede rechter zijvleugel bevatten eveneens dubbele terrasdeuren. In het bovenliggende dakschild bevindt zich een dakkapel met plat dak en vier gekoppelde ramen.
BADGEBOUW (D): Deze uitbreiding uit ca.1917 heeft twee bouwlagen en is gebouwd op een L-vormige plattegrond en heeft een samengesteld afgeplat dak dat eveneens gedekt is met gesmoorde Hollandse pannen.
Waardering
Voormalig BADHUIS en HERSTELLINGSOORD uit 1850 met latere uitbreidingen.
- Van architectuurhistorische waarde omwille van de hoogwaardige esthetische kwalteiten van het badhuis met uitbreidingen, de gaaf bewaarde hoofdvormen en de voor de verschillende bouwfasen kenmerkende detaillering alsmede het materiaalgebruik. Het badhuis vormt een voorbeeld van diverse, voor de tweede helft van de negentiende eeuw en de eerste decennia van de twintigste kenmerkende bouwstijlen. Het complex vormt als zodanig een staalkaart van bouwstijlen waarin het Neo-Classicisme, het Eclecticisme, de Neo-Renaissance en het Traditionalisme vertegenwoordigd zijn. Hoewel de badinstallaties verdwenen zijn bezitten delen van de gebouwen nog steeds bijzondere interieuronderdelen als trappenhuizen, geornamenteerde stucplafonds en terrazzovloeren.
- Van stedenbouwkundige waarde als essentieel onderdeel van kuuroordcomplex. Tevens van belang vanwege de hoogwaardige kwaliteit van de bebouwing en de historisch-ruimtelijke samenhang met het voormalige landgoed Huis Laag-Soeren waarvan onder meer het aan de Badhuislaan gelegen voormalige postkantoor en het omringende lanenstelsel deel uitmaken. Het badhuis is van bijzondere betekenis voor het aanzien van het dorp Laag-Soeren en omgeving en is nauw verbonden met de ontwikkelingsgeschiedenis van dit dorp in de tweede helft van de 19de eeuw en de eerste decennia van de 20ste eeuw
- Van cultuurhistorische waarde als een voor Nederland uniek voorbeeld van een in oorsprong uit het midden van de negentiende eeuw daterend voormalig kuuroord waar de koudwatergeneeskunde naar voorbeeld van Vincent Priessnitz werd toegepast. Het badhuis bezit als zodanig een hoge zeldzaamheids- en typologische waarde.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding
Het nauw met de ontwikkelingsgeschiedenis van het dorp Laag-Soeren verbonden voormalige in verschillende bouwfasen vanaf 1850 tot stand gekomen KUUROORDCOMPLEX 'BETHESDA' is samengesteld uit de volgende onderdelen: 1. Voormalig BADHUIS met uitbreidingen (monmentnummer 519345) 2. Voormalige VILLA geneesheer-directeur (monumentnummer 519346) 3. Voormalige IJSKELDER of BUNKER (monumentnummer 519347) 4. TUINSIERAAD (monumentnummer 519348) 5. DRIE LANTAARNS (monumetnnummer 519349)
Het kuuroord BETHESDA werd in 1849 gesticht door de schatrijke Amsterdamse effectenhandelaar en mennoniet PIETER NICOLAAS JUT VAN BREUKELERWAARD. Deze kocht in 1848 of 1849 het landgoed 'Huis te Laag-Soeren' om er naar Duits voorbeeld een koudwaterinrichting te openen. Jut ging zelf in het landhuis wonen dat na zijn dood in 1874 verbouwd zou worden tot het bekende hotel Laag-Soeren. Het kuuroord, dat met name bedoeld was voor minvermogenden, werd genoemd naar een badhuis in Jeruzalem. De toe te passen geneeskunde op basis van koud water was gebaseerd op de methode van Vincent Priesnitz, die sinds 1826 in het toenmalige Silezië in Gräfenberg deze methode met veel succes toepaste. Ook Jut van Breukelerwaard had genezing gevonden bij deze methode en besloot vervolgens ook in Nederland de hydrotherapie te introduceren. Tussen 1838 en 1849 liet hij vanuit het Duitse Hanau op ons land een lawine van geschriften neerdalen, meestal uit het Duits vertaald.
Voor zover bekend was Bethesda zoniet het eerste dan wel een van de eerste kuuroorden in Nederland. Het was in ieder geval het eerste kuur- en herstellingsoord in Nederland waar de hydrotherapie volgens de principes van Priesnitz werd toegepast. Het benodigde water werd geleverd door ten westen van het badhuis gelegen sprengen. Het water werd via een 1365 meter lang ijzeren buizenstelsel van de sprengkop naar het badhuis getransporteerd. Rond 1850 liet Jut van Breukelerwaard in de velden ten zuiden van het kuuroord een gedenknaald oprichten ter ere van de watergeneeskundigen Priesnitz, Oertel, Viek en Rausse. Ook werd in de navolgende jaren in het bos ten zuid-westen van Bethesda een inmiddels verdwenen kerktoren gebouwd die ooit de kern van een nieuw dorp had moeten vormen.
In de late negentiende eeuw vormde het een van de gewildste rustoorden voor de Nederlandse adel en geldaristocratie, schrijvers en kunstenaars. Leden van families als de Van Limburg Stirums, de Van Pallandts en persoonlijkheden als G.H. Breitner, E. du Perron, Antonie Fokker en Jan Lighart vonden in Laag-Soeren genezing dan wel verlichting van hun kwalen. Een uit de jaren dertig van de 20ste eeuw daterende brochure vermeldt: 'Het kuuroord Laag-Soeren liggend aan de rand van een uitgestrekt bosgebied, waar de natuur nog oppermachtig regeert, is de oudste, maar toch uiterst moderne inrichting in Nederland, waar de Physische en Diaetetische therapie wordt toegepast".
De kern van het complex wordt gevormd door het in 1850 naar ontwerp van de Zutphense opzichter van Waterstaat B. BERKHOUT voor een bedrag van f 30.000 in een sobere Neo-Classicistische stijl opgetrokken badhuis. Berkhout had van te voren in Duitsland een studiereis gemaakt om na te gaan hoe een dergelijk gebouw diende te worden ontworpen. Het badhuis zou echter als gevolg van enige verwikkelingen eerst op 1 mei 1870 officieel geopend worden. Het kuuroord, dat in aanvang met name on- en minvermogenden als doelgroep had, zou zich na 1874 vooral opwelgestelden richten. Het in 1867 aan de Harderwijkerweg gebouwde en inmiddels weer afgebroken logement Sprengenoord diende aanvankelijk om gasten die niet meer in het badhuis ondergebracht konden worden op te vangen. Na de dood van Jut van Breukelerwaard ging het uitsluitend dienen voor de verpleging van on- en minvermogenden. In 1876 telde het badhuis ruim dertig 'net gemeubelde' logeerkamers, zes ruime badvertrekken en een laboratorium. De badkamers waren geschikt voor het nemen van vol-, zit-, half-, stort- en stoombaden alsook douches.
Het badhuis is ca. 1884 uitgebreid met een in de trant van het Eclecticisme met vooral aan de Renaissance ontleende elementen uitgevoerde rustvleugel aan de westzijde. Tevens werd het gietijzeren balkon boven de ingang vervangen door een stenen uitbouw. Enige jaren later werd een onder invloed van de Neo-Renaissancestijl een villa gebouwd voor de geneesheer-directeur. De verbouwing van en uitbreiding van het badhuis en de bouw van de villa zijn waarschijnlijk uitgevoerd naar ontwerp van J. BRINK EVERS uit Ellecom. Rond 1917 werd er ten zuiden van het hoofdgebouw een recreatievleugel toegevoegd waarin tevens de nieuwe hoofdingang gelegen was. Aan de noord-oostzijde werd ongeveer gelijktijdig een lage badvleugel gebouwd. Deze uitbreidingen zijn mogelijk ontworpen door de architect G.J. UITERWIJK te Dieren. Het kuuroord zou in functie blijven tot 1942. Toen werd het complex gevorderd door de Duitsers om als 'Erholungsheim' te gaan dienen voor oostfrontsoldaten van de SS. Na de Tweede Wereldoorlog werd het kuuroord opgeheven, werden de badinstallaties verwijderd, en kreeg het complex de bestemming van vakantieoord voor medewerkers van de Amsterdamse Bank. Sinds 1980 is het complex eigendom van Stichting Onderwijs en Wetenschap Creatieve Intelligentie die het badhuis de naam 'Soeria' gaf.
Waardering
Voormalig in 1849 gesticht historisch gegroeid KUUROORDCOMPLEX.
- Van architectuurhistorische waarde omwille van de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van de ontwerpen van de diverse bouwwerken, de gaaf bewaarde hoofdvormen en de voor de verschillende bouwfasen kenmerkende detaillering alsmede het materiaalgebruik. Het badhuis en de villa vormen een voorbeeld van diverse, voor de tweede helft van de negentiende eeuw en de eerste decennia van de twintigste kenmerkende bouwstijlen. Het complex vormt als zodanig een staalkaart van bouwstijlen waarin het Neo-Classicisme, het Eclecticisme, de Neo-Renaissance en het Traditionalisme vertegenwoordigd zijn. Hoewel de badinstallaties verdwenen zijn bezitten delen van de gebouwen nog steeds bijzondere interieuronderdelen als trappenhuizen, geornamenteerde stucplafonds en terrazzovloeren.
- Van stedenbouwkundige waarde vanwege de hoogwaardige kwaliteit van de bebouwing en de historisch-ruimtelijke samenhang met het voormalige landgoed Huis Laag-Soeren waarvan onder meer het aan de Badhuislaan gelegen voormalige postkantoor en het omringende lanenstelsel deel uitmaken. Het complex is van bijzondere betekenis voor het aanzien van het dorp Laag-Soeren en omgeving en is nauw verbonden met de ontwikkelingsgeschiedenis van dit dorp in de tweede helft van de 19de eeuw en de eerste decennia van de 20ste eeuw
- Van cultuurhistorische waarde als een voor Nederland uniek voorbeeld van een in oorsprong uit het midden van de negentiende eeuw daterend voormalig kuuroord waar de koudwatergeneeskunde naar voorbeeld van Vincent Priessnitz werd toegepast. Het complex bezit als zodanig een hoge zeldzaamheids- en typologische waarde. Bijzonder is het feit dat het kuuroord niet alleen voor welgestelden bedoeld was maar zich in oorsprong met name richtte op on- en minvermogenden. De stichting van het kuuroord is tekenend voor de toenemende aandacht voor de gezondheidszorg in de tweede helft van de negentiende eeuw in Nederland. Het voormalige kuuroord is van aanzienlijk belang geweest voor ontwikkelingsgeschiedenis van het dorp Laag-Soeren. Door de stichting van dit nagenoeg eerste Nederlandse kuuroord werd Laag-Soeren landelijk bekend.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Badhuis | Cultuur, gezondheid en wetenschap | Gezondheidszorg | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Badhuislaan | 11 | – | 6957 DB | Laag-Soeren | – | – | Ja |
Badhuislaan | 9 | – | 6957 DB | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 13 | – | 6957 DB | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 15 | – | 6957 DB | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 17 | – | 6957 DB | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 19 | – | 6957 DB | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 21 | – | 6957 DB | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 23 | – | 6957 DB | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 25 | – | 6957 DB | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 27 | – | 6957 DB | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 29 | – | 6957 DB | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 31 | – | 6957 DB | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 33 | – | 6957 DB | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 35 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 37 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 39 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 41 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 43 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 45 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 47 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 49 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 51 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 53 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 55 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 57 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 59 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 61 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 63 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 65 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 67 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 69 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Badhuislaan | 71 | – | 6957 DS | Laag-Soeren | – | – | – |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
3734 | P | 3794 | A10 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A12 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A14 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A15 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A16 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A17 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A18 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A19 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A20 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A22 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A23 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A24 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A25 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A26 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A28 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A29 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A31 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A33 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A35 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A36 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A38 | Dieren |
3734 | P | 3794 | A50 | Dieren |
– | P | 3734 | – | Dieren |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1817 | 1917 | Toevoeging recreatie(west)vleugel. | verbouwing |
1849 | 1850 | – | vervaardiging |
1884 | 1887 | Toevoeging portiek met eetzaal en rust(oost)vleugel | verbouwing |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Brink Evers, J. ; Gelderland | architect / bouwkundige / constructeur | – |
Uiterwijk, G.J. ; Gelderland | architect / bouwkundige / constructeur | – |
Berkhout, B. ; Gelderland | architect / bouwkundige / constructeur | – |