Inleiding

WOONHUIS met aangebouwde GARAGE gebouwd in 1936/37 door architectenbureau Kruyer en Visker te Nieuwe Pekela en Winschoten in opdracht van N.S. Huisman in een verstrakte Amsterdamse Schoolstijl. In 1990-91 werd aan de achterzijde van de garage in overeenkomstige stijl een tuinberging aangebouwd. Deze komt wegens te geringe ouderdom niet voor bescherming van rijkswege in aanmerking.

Het pand is gelegen op een langwerpig perceel aan de doorgaande weg van Noordbroek naar Zuidbroek en wordt aan de voorzijde van de openbare weg gescheiden door een eenvoudige uit 1936/37 stammende ERFAFSCHEIDING. De erfafscheiding is opgebouwd uit een laag gemetseld muurtje met vierkante pijlers waartussen ijzeren buisprofielen.

Omschrijving

WOONHUIS met aangebouwde GARAGE.

Het deels één (achterzijde) deels twee verdiepingen hoge, deels onderkelderde WOONHUIS op nagenoeg rechthoekige plattegrond is opgetrokken in gele baksteen op een trasraam van bruin/paarse klinkersteen en wordt gedekt door een plat dak; bruin/paars bakstenen fries; twee gemetselde schoorstenen; luchtroosters in het trasraam. De gevels worden geleed door diverse soorten vensters met rood/bruine dorpelstenen.

In het risalerende linker geveldeel van de voorgevel (westzijde) bevindt zich centraal een halfronde erker waarin vijf staande vensters onder één betonnen latei en onderdorpel; linker venster met bovenlicht. Boven de erker een halfrond balkon met gemetselde borstwering, afgezet met bruin/paarse baksteen en tegels; twee openslaande houten balkondeuren waarin glas-in-lood met zijlichten onder een betonnen luifel. Het hogere rechter geveldeel wordt gescheiden van het linker door een schoorsteen die in de gevelwand doorloopt. In het rechter geveldeel een liggend venster, waarboven een uitkragend hoekbalkon met gemetselde borstwering, afgezet met bruin/paarse baksteen en tegels; twee-delig liggend venster onder een uitkragende betonnen latei.

In het rechter geveldeel van de noordgevel twee staande vensters. In het risalerende linker geveldeel twee inpandige entrees onder één betonnen luifel. De hoofdentree bestaat uit een gladde houten deur waarin gekleurd glas-in-lood met zijlicht waarin gekleurd glas-in-lood waaronder een brievenbus; twee treden hoge gemetselde stoep; aan luifel zeshoekige ijzeren buitenlamp met glas. Boven de hoofdentree een staand venster met in het tweedelige zijlicht glas-in-lood. De dienstentree bestaat uit een gladde houten deur waarin gekleurd glas-in-lood met zijlichten waarin gekleurd glas-in-lood; twee treden hoge gemetselde stoep; rechterzijde portiek tweeruits venster waarin gekleurd glas-in-lood.

In de achtergevel (oostzijde) links een inpandig terras onder plat dak met houten goot, gedragen door een geelbakstenen pijler; twee openslaande houten terrasdeuren waarin glas; niet-originele tegelvloer waarvoor een gemetselde stoep; aan de voorzijde een gemetselde bloembak. In de achtergevel van het één bouwlaag hoge volume een liggend tweedelig venster en een samengesteld H-venster. Boven dit volume een balkon met gemetselde borstwering, afgezet met bruin/paarse baksteen en tegels; één openslaande houten balkondeur waarin glas en twee staande vensters (één H-venster).

In het linker terugspringende geveldeel van de zuidgevel een deels inpandig rechthoekig terras met rode tegelvloer en gemetselde bloembakken; gemetselde stoep; houten deur waarin glas met liggend venster met tweedelig zijlicht. Boven het terras het uitkragende hoekbalkon waarachter twee openslaande houten deuren waarin glas met tweedelige zijlichten waarin glas-in-lood onder een uitkragende betonnen latei. In het risalerende rechter geveldeel twee liggende vensters met twee tweedelige zijlichten (op de eerste verdieping met glas-in-lood en houten bloembak) en een driedelig keldervenster met diefijzers in een gemetselde koekoek.

De aangebouwde GARAGE op rechthoekige plattegrond onder plat dak heeft een identieke gevelopbouw als het woonhuis; houten gootlijst.

In de voorgevel (westzijde) twee niet-originele houten garagedeuren onder een betonnen latei. Tegen de achtergevel (oostzijde) is de niet-originele tuinberging (niet beschermd) middels een houten overkapping aangebouwd. In de zuidgevel een houten garagedeur waarin glas met zijlichten.

In het INTERIEUR zijn ondermeer van belang: de houten deels gladde, deels deuren van panelen voorzien met omlijsting, in de vestibule de vloer van granito, de tegellambrizering en de houten tochtdeur waarin glas-in-lood met zijlicht waarin gekleurd glas-in-lood, in de hal de houten bordestrap, de lichtkoepel met gekleurd glas-in-lood en de vloer van granito, tussen de woon- en speelkamer de dubbele houten schuifdeuren met glas-in-lood.

Waardering

Woonhuis met aangebouwde garage en erfafscheiding van algemeen belang vanwege architectuur- en cultuurhistorische waarde:

- als voorbeeld van een woonhuis uit 1936/37 in de provincie Groningen in een verstrakte Amsterdamse Schoolstijl

- vanwege de opvallende zakelijke vormgeving en detaillering

- vanwege de vrij hoge mate van gaafheid van zowel exterieur als delen van het interieur

- als goed voorbeeld van het oeuvre van architectenbureau Kruyer en Visker

- vanwege de beeldbepalende ligging aan de Zuiderstraat