Zuidereinde 49, 's-Graveland

Omschrijving HOOFDHUIS (1)

Een nagenoeg vierkant huis gebouwd tussen 17 78 en 1786 in een late Louis XVI-stijl. Het huis bestaat uit een kelder, twee bouwlagen en een met pannen gedekt schilddak met schoorstenen op de vier hoeken. Voor- en achtergevel zijn vijf traveeën breed. De voorgevel is betrekkelijk eenvoudig met een geaccentueerde middenas bekleed met natuursteen, waarin snijwerk. In deze as de deur en een verdiepingsvenster en een hardstenen stoep ervoor. Voorts zijn er empire schuiframen met stores. De achtergevel is monumentaler van opzet met een ver vooruitspringende middenrisaliet over drie traveeën bekroond door een timpaan, waarin snijwerk. De deur en flankerende vensters hebben een halfrond bovenlicht en een natuurstenen omlijsting. Ervoor een terras met hekwerk en een trap naar het gazon. Tegen de linker zijgevel is een latere (ca. 1900) aanbouw gezet. Bovendien wordt deze gevel ontsierd door een garagedeur met oprit. Het luiklokje boven op de achterste dakkapel is vermoedelijk oorspronkelijk. De rechter zijgevel heeft een symmetrische opzet met in het midden een erker waarboven een balkon. Het inwendige van het huis is voor wat betreft de indeling grotendeels bewaard. Er is een centrale gang/hal met vertrekken aan weerszijden en de grote zaal achter. Loodrecht op de gang bevindt zich aan de linkerzijde het trappenhuis. Op de verdieping is de indeling enigszins verstoord. De kap is nog geheel origineel met dien verstande dat de zakgoot door een platdak is vervangen. Van de interieurafwerking is m.n. op de begane grond het nodige bewaard: het stucplafond, de wandafwerking (stuc en marmer) en vloer (marmer) in de hal, het stucplafond, haardpartij(marmeren schouw, houten boezem) in de grote zaal, alles in Lodewijk XVI-stijl. Voorts in de rechter zijkamer een oudere schouw in Lodewijk XV-stijl, waarschijnlijk uit een ouder huis afkomstig en hier herbruikt. Verder de trap in het gehele trappenhuis met leuning en platovale balusters. In de kelder worden verschillende gewelfvormen aangetroffen en in enkele delen een marmeren vloer.

Waardering:

Het HOOFDHUIS is van belang - vanwege de architectuurhistorische waarde als relatief zeldzaam voorbeeld van een huis in Lodewijk XVI-stijl; - vanwege de redelijk gaaf bewaarde eenheid van exterieur en interieur (indeling en afwerking); - vanwege zijn ligging in het ruimtelijk concept van de aanleg, enerzijds de nog herkenbare geometriche aanleg ten oosten, anderzijds de landschappelijke aanleg ten westen en zuidwesten.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
521478
Complexnaam
Gooilust
Provincie
Gemeente
Plaats
Complexomschrijving

Beschrijving van het COMPLEX Complex historische buitenplaats GOOILUST bestaande uit een HOOFDHUIS (1), een HISTORISCHE PARK EN TUINAANLEG (2) daarin de volgende onderdelen een BRUG MET SMEEDIJZEREN TOEGANGSHEK (3), EEN ENSEMBLE MOESTUINBEBOUWING (SCHUUR, TUINMUUR EN ORANJERIE EN KOUDE BAK) (4), EEN PRIEEL (5) EN EEN ENSEMBLE DIERVERBLIJVEN (STALLEN) (6). Voorts de volgende bijgebouwen EEN BOSWACHTERSWONING (7) en een PORTIERSWONING (8) en EEN BOERDERIJ GENAAMD BOUWZICHT (9).

Gooilust ligt op de meest zuidelijke kavels 21, 22, 23 (Kaart 1636 C. Danckersen de Rij). In oorsprong was dit grondgebied overigens niet in één hand. Kavel 21 werd uitsluitend agrarisch geëxploiteerd, op kavel 22 stond de hofstede Rondombedrogen, en op 23 stond de hofstede Bousigt. Na in het bezit te zijn geweest van steeds wisselende eigenaren werden de kavels 21 en 22 in 1778 eigendom van de familie Corver Hooft; een eigendom dat bijna 120 jaar zal voortbestaan. De naam Rondombedrogen was overigens daarvoor door de toenmalige eigenaar Daniel Deutz al in Gooilust gewijzigd. De eerste eigenaar Mr. Gerrit Corver Hooft bouwde tussen 1778 en 1786 het huidige huis in late Lodewijk XVI-stijl en liet er een geometrische tuin aanleggen. Dit huis ligt op een andere plaats dan het oude Gooilust (Rondombedrogen), dat waarschijnlijk kort na de bouw van het nieuwe huis werd afgebroken. In 1786 verwierf Corver ook Bousigt en de omringende gronden, waardoor een zekere onevenwichtigheid in de geometrische compositie ontstond. Achter op de kavels 22 en 23 werd vervolgens een aanleg met slingerpaden gerealiseerd. Het goed werd later uitgebreid met de aankoop, van het oorspronkelijk veel grotere Corversbos. De oorspronkelijke beplanting van dit bos met zware eiken en beuken is in de tweede wereldoorlog grotendeels gekapt. In de jaren twintig van de 19de-eeuw werd Jan Davis Zocher jr. gevraagd het park te moderniseren in landschappelijke stijl. Dit geschiedde met behoud van oudere formele onderdelen zoals enkele lanen en het sterrenbos. De laatste telg van het geslacht Corver, Freule Marguerite Corver Hooft, stierf in 1895 en liet het goed na aan een verre nicht Digna Catharina Six. Zij was getrouwd met Frans Blaauw en woonde toen nog op Westerveld. Nog datzelfde jaar verhuisde het echtpaar naar Gooilust, dat zij lieten restaureren, verbouwen en moderniseren. Waaruit deze werkzaamheden precies hebben bestaan, is echter niet duidelijk. Blaauw, die al eerder begonnen was met het verzamelen en fokken van exotische dieren, zette deze activiteit op Gooilust voort en zo ontstond hier een wereldvermaarde menagerie. Behalve exotische dieren bracht hij ook veel exotische gewassen naar Gooilust dat uitgroeide tot een waar arboretum. Al hoewel dit in de loop van de tijd verarmd is, is hiervan meer terug te vinden dan van de diergaarde. Ook liet Blaauw andere werken uitvoeren zoals "het Nieuwe Werk" en "de Vallei", een sterk geaccidenteerd landschap in het zuidoosten van de aanleg De hofstede Bousigt werd op het eind van de 19de eeuw afgebroken en op de fundamenten verrees een nieuwe boerderij Blaauw breidde in 1904 het landgoed uit met de aankoop van Trompenburg dat hij overigens later aan de Nederlandsche Staat schonk. Mevrouw Blaauw-Six liet bij haar overlijden in 1934 het bezit na aan Natuurmonumenten op voorwaarde dat de Vereniging tevens het huis van haar broer zou kopen. Na het overlijden van Frans Blaauw in 1936 verdwenen de exotische dieren Tot 1939 bleef het interieur van het huis in tact. In dat jaar werd de inboedel geveild. In 1942 werden in het huis de collecties van het Museum voor Land- en Volkenkunde en van het Maritiem museum Prins Hendrik ondergebracht. Uit een onderzoek in 1953 blijkt dat zeer veel van de exotische gewassen zijn verloren. Ook anderszins heeft het park te lijden gehad. Aan de andere kant zijn er vanaf 1941 ook tal van nieuwe aanplanten gedaan. Na de oorlog is het huis aan zowel particulieren als bedrijven en instellingen verhuurd geweest.

Op de bij de beschrijving behorende kaart is de omgrenzing en de aanduiding van de verschillende onderdelen weergegeven. Het complex wordt aan de westzijde begrensd door het Zuidereinde, zij het dat deze grens ter plaatse van de langs het zuidelijke deel gebouwde huizen, achter deze huizen loopt. Voor het overige bepalen de perceelsscheidende sloten langs noord-, zuid- en oostzijde de grens.

Waardering:

Het COMPLEX HISTORISCHE BUITENPLAATS GOOILUST is van belang, - in de reeks van buitenplaatsen in 's-Gravenland; - vanwege de duidelijk herkenbare historische gelaagdheid van de aanleg; - vanwege de architectuurhistorische betekenis van het hoofdhuis; - vanwege de herinnering aan de collectie Blaauw (menagerie en arboretum) en hetgeen hiervan op de buitenplaats nog aanwezig is.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Kastelen, landhuizen en parken Kasteel, buitenplaats oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Zuidereinde 49 1243 KL 's-Graveland Ja
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
B 3139 's-Graveland
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1778 1786 vervaardiging
Naar boven