Burghardt van den Berghstraat 3, Nijmegen
Inleiding
WOONHUIS met HEKWERK, gelegen op de hoek van de Burghardt van den Berghstraat en de Stijn Buysstraat. Het pand is in 1895 gebouwd naar ontwerp van de timmerman/architect H.M. Hendriks in neorenaissancestijl. De grond voor de aanleg van de Burghardt van den Berghstraat, waaraan het pand met de hoofdentree is gesitueerd, is op 10 juli 1889 aangekocht. Het pand heeft een voortuin die van het trottoir wordt gescheiden door een smeedijzeren hekwerk.
Omschrijving
Het in kruisverband gemetselde, bakstenen pand is opgetrokken op rechthoekige grondslag en telt twee bouwlagen boven een souterrain. Het pand heeft een plat dak, aan de voor- en linker zijde voorzien van een schild, gedekt met leien in maasdekking. De hoek heeft een smalle afschuining, die vanaf het hoofdgestel overgaat in een veelhoekige torenopbouw, voorzien van een achtzijdige ingesnoerde naaldspits, gedekt met leien. Het pand heeft een hoge gepleisterde plint uitgevoerd in blokverband. De gevels hebben gepleisterde speklagen en meerdere versieringen en ornamenten uitgevoerd in pleisterwerk. De gevels worden afgesloten met een gepleisterd hoofdgestel. De vensters hebben een bovenlicht bezet met meerkleurig glas-in-lood, dat vermoedelijk dateert van na de oorlog.
De asymmetrisch ingedeelde VOORGEVEL heeft rechts een brede risaliet, eindigend in een hoge Vlaams (trap)gevel. Dit gedeelte bevat in de plint een toegang naar het souterrain, bestaande uit een paneeldeur met twee glaspanelen bezet met ongekleurd kathedraalglas. De bel-etage bevat de hoofdentree, bereikbaar via een hardstenen trap met gedeeltelijk open stootborden. De entree bestaat uit een paneeldeur met een groot glaspaneel bezet met ongekleurd kathedraalglas achter een deurrooster van siersmeedwerk. Boven een kalf met bloklijst bevindt zich een halfrond bovenlicht, ontlast door een steens rondboog met speklagen en omzoomd door een gepleisterde geprofileerde band, die eindigt in kleine versieringen. De verdieping heeft boven de ontlastingsboog een nis met daarin een enkelruits schuifvenster. Het venster wordt ontlast door een gepleisterde latei met knoppen op de uiteinden, met daarboven een hanekam met speklagen. De nis eindigt in een rondboogfries. De kroonlijst van het afsluitende hoofdgestel rust hier op consoles. De Vlaamse gevel bevat een T-venster met getoogd bovenlicht, ontlast door een anderhalf steens segmentboog met een kinderkopje op de gepleisterde sluisteen. De treden van de trapgevel hebben een gepleisterde afdekking. Op de bovenste trede prijkt een vaas. Links heeft de gevel op de bel-etage een getoogd en op de verdieping een recht afgesloten enkelruits schuifvenster.
Op de hoek tussen voor- en linker zijgevel bevindt zich een achtzijdige toren, waarvan vijf zijden zichtbaar zijn. De toren heeft in het overhoekse voorvlak op de bel-etage een getoogd en op de verdieping een recht afgesloten enkelruits schuifvenster. Onder de lekdorpel van het venster op de verdieping bevindt zich een gepleisterde nis met een verheven veld met knoppen. De beide zijvlakken van de toren hebben een smalle, hoge, gepleisterde blindnis. De sluisteen boven de nissen bevat een hondekop. Boven de gootlijst heeft de toren nog een bouwlaag met in het voor- en de zijvlakken een smal venster met halfrond bovenlicht. De toren eindigt in een ingesnoerde naaldspits met leien in maasdekking.
De asymmetrisch ingedeelde LINKER ZIJGEVEL heeft links een brede risaliet, eindigend in een hoge Vlaamse (trap)gevel. Dit gedeelte bevat in de plint een tweelichtvenster met twee enkelruits ramen. Boven de plint bevindt zich een brede nis over twee bouwlagen, eindigend in een rondboogfries op gepleisterde kraagstenen. De bel-etage heeft hier een getoogd drielicht met enkelruits schuifvensters en bovenlichten. De gepleisterde sluitsteen van de ontlastingsboog heeft een gehelmde mannenkop. De verdieping heeft een identiek, maar recht afgesloten venster. Het rechter deel van de gevel bevat op de bel-etage een getoogd en op de verdieping een recht afgesloten enkelruits schuifvenster. Ter plaatse van de Vlaamse gevel ontbreekt het hoofdgestel. Links en rechts van de gevel rust de kroonlijst op consoles. De Vlaamse gevel bevat een T-venster met getoogd bovenlicht, ontlast door een anderhalf steens segmentboog met een kinderkopje op de gepleisterde sluisteen. De treden van de trapgevel hebben een gepleisterde afdekking. Op de bovenste trede prijkt een vaas.
Het INTERIEUR bevat onder meer in de hal een wit marmeren vloer met een hardstenen optrede naar de gang. De gang heeft een trap met gedraaide trappaal en gietijzeren balusters. Het tochtportaal is grotendeels bezet met geëtst glas. De kamers op de bel-etage hebben stucplafonds met onder meer rijke middenornamenten, de kamers op de verdieping hebben enkel geprofileerde perklijsten. De vloer van het souterrain is belegd met zwarte en geelwitte plavuizen.
De tuin wordt van het trottoir gescheiden door een smeedijzeren HEKWERK.
Waardering
WOONHUIS met HEKWERK in neorenaissancestijl uit 1895 naar ontwerp van H.M. Hendriks.
- Van architectuurhistorische waarde als goed en gaaf bewaard voorbeeld van een herenhuis met ornamentiek beïnvloed door de neorenaissance. Het pand valt op door hoogwaardige esthetische kwaliteiten, zoals het geavanceerde materiaalgebruik en de rijke ornamentiek. Karakteristiek zijn onder meer de ornamentiek in de gevels en de onderdelen in het interieur. Er is sprake van een ensemblewerking als onderdeel van de bebouwing langs zowel de Burghardt van den Berghstraat als de Stijn Buysstraat, waarbinnen het pand behoort tot de omstreeks 1900 gangbare herenhuizen, welke samen met de oudere en latere typen en stijlen goed de ontwikkeling van de bouw van herenhuizen weergeven.
- Van stedebouwkundige waarde door de zeer prominente situering op de hoek van de Burghardt van den Berghstraat en de Stijn Buysstraat. Deze wegen bezitten nog een in vrij gave staat bewaard gebleven bestand aan historische huizen, die een aantrekkelijk en waardevol straatbeeld vormen. De hoekbebouwing met torentje is karakteristiek voor de uitbreidingswijken in dit gedeelte van Nijmegen.
- Van cultuurhistorische waarde als herkenbaar element uit een maatschappelijke ontwikkeling. Het pand is gebouwd als huisvesting voor de nieuwe en kapitaalkrachtige stedelijke elite, die zich bij voorkeur vestigde in kapitale herenhuizen in de nieuw aangelegde straten rond de oude stad; een stadsuitbreiding die met het verwijderen van de vestingwerken aan het eind van de 19de eeuw mogelijk was geworden.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Woonhuis | Woningen en woningbouwcomplexen | Woonhuis(K) | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Burghardt van den Berghstraat | 3 | – | 6512 DC | Nijmegen | Bottendaal | – | Ja |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | M | 3253 | – | Hatert |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1895 | 1895 | – | vervaardiging |