De drie meest gestelde vragen over restaureren
1. Wat is het verschil tussen onderhoud en restaureren, ook in de aanpak?
2. Hoe kom ik aan goede mensen?
3. Hoe zit het met financieren van een restauratie?
We gingen hierover in gesprek met Wim Jakobsen, Monumentenwachter in Zeeland. Hij komt vrijwel dagelijks bij eigenaren over de vloer en geeft ze adviezen over hoe ze het best voor hun monument kunnen zorgen.
1. Wat is het verschil tussen onderhoud en restaureren, ook in de aanpak?
‘Grofweg zou ik zeggen dat restauratie is: het in goede staat brengen wat door gebrek aan onderhoud schade heeft opgelopen. Maar ook al heeft een eigenaar altijd keurig onderhoud gepleegd, je ontkomt niet aan eens in de zoveel tijd restaureren. Om het verschil met onderhoud duidelijk te maken, kan ik iets vertellen over de restauratieladder van de stichting ERM. (https://www.stichtingerm.nl/restauratieladder) De zorg voor monumenten is hier opgedeeld in drie stappen. De eerste is conserveren en onderhouden: dat is waar eigenaren eigenlijk continu mee bezig zijn. Hiervoor kunnen ze prima terecht bij hun Monumentenwacht. De tweede stap is repareren, daarvoor heb je bijvoorbeeld een aannemer nodig. En de derde stap is vernieuwen, hiervoor moet je specialisten gaan aantrekken. Deze derde fase is wat ik restaureren noem: dan ga je dus bepaalde onderdelen kopiëren, imiteren of verbeteren. Ongeveer eens per in de dertig tot vijftig jaar moet er gerestaureerd worden, dan is er meer nodig dan gewoon onderhoud. Wij proberen die termijn op te rekken door eigenaren te adviseren over goed onderhoud. Een restauratie is immers kostbaar en bovendien kan je door goed onderhoud authentieke elementen bewaren, die anders verloren kunnen gaan. Dan moet je gaan imiteren of kopiëren, het pand verliest dan aan authenticiteit. Maar soms kan je dat niet voorkomen, ook al doe je als eigenaar nog zo je best. Soms is van een onderdeel het einde van de levensduur in zicht.’
Er is dus een verschil tussen restaureren en onderhoud. Zit er ook verschil in aanpak?
‘Restaureren is veel complexer dan onderhoud. Het is vaak omvangrijker en organisatorisch ingewikkelder, omdat je met meerdere vakmensen moet schakelen. Soms gaat een restauratie gelijk op met een herinrichting van een pand. En vaak vraagt de gemeente om een bouwhistorisch onderzoek. Voor de meeste eigenaren is het verstandig om een professional in te schakelen die een plan van aanpak maakt. Dat kan een architect zijn, maar hier in Zeeland hebben we de Bouwwinkel, die kan dat ook prima. Het gaat erom dat er iemand is die het overzicht kan houden over de verschillende stappen en over de betrokken specialismes die nodig zijn. In de planfase, maar ook bij de uitvoering. Bij de uitvoering heb je een kwaliteitsbewaker nodig. En vergeet niet het subsidie- en financieringstraject! Er zijn specialisten die ook hierbij kunnen ondersteunen.’
Op monumenten.nl staat een handige checklist, met alle stappen die van belang zijn bij een restauratie: https://www.monumenten.nl/monumenten-onderhouden/restauratie-in-9-stappen
Het klinkt alsof vakmanschap bij restaureren nog belangrijker is dan bij onderhoud. Waar vind ik de juiste mensen voor mijn restauratie?
‘Vakmanschap is altijd belangrijk, of het nu om onderhoud gaat of om restaureren. Er is een aantal sites waar je vakmensen kan vinden. Landelijk is er de ERM, https://www.stichtingerm.nl/erkende-bedrijven. En in de SpecialistenWijzer is ook een mooi overzicht te vinden. In de provincies Friesland, Groningen, Drenthe, Overijssel en Gelderland is er nog een tweede register waar vakmensen ingeschreven staan, het register Kennis en Kunde https://kennisenkunde.info/. Maar minstens zo’n goede route is: anderen vragen met wie ze goede ervaringen hebben. Dat kan via de community van eigenaren op het online platform van monumenten.nl. Maar je kan bijvoorbeeld ook de Monumentenwacht in je eigen provincie vragen.’
3. Hoe zit het met financieren van een restauratie?
Ook de financiering is soms een puzzel voor eigenaren en vraagt om een planmatige aanpak. Wim hierover: ‘Het is belangrijk dat je, voor je begint met het werk, een overzicht hebt van alle ingrepen die nodig zijn. Aannemers kunnen op basis daarvan een kostenoverzicht maken, soms vragen zij daarbij de hulp van een architect. En je moet er altijd op bedacht zijn dat je tijdens de uitvoering nog wel eens een tegenvaller kan tegenkomen. Dat is de kostenkant van de restauratie. Als eigenaar van een monument kan je in aanmerking komen voor verschillende subsidies of laagrentende leningen. Het maakt daarbij soms wel uit of je een rijks of een gemeentelijk monument hebt. En ook welke functie je pand heeft: gaat het om een woonhuis of om bijvoorbeeld religieus erfgoed?’
Grietje Hofstede is accountmanager bij het Nationaal Restauratiefonds. Zij helpt eigenaren van monumenten bij financieringen. Zij vertelt: ‘Voor eigenaren die willen restaureren of onderhouden is een handige eerste stap om de postcode en huisnummercheck op onze site te doen. https://www.restauratiefonds.nl/financieren. Dan wordt er al snel veel duidelijk over financieringsmogelijkheden.’
Kijk ook altijd of subsidie mogelijk is. Dat kan via het rijk, provincie of de gemeente. Mocht er geen subsidie beschikbaar zijn, dan is er nog mogelijkheid van een laagrentende hypotheek. In veel provincies bestaan Cultuurfondsen voor Monumenten, waar eigenaren een laagrentende lening uit kunnen krijgen. Ook zo’n aanvraag verloopt via het Nationaal Restauratiefonds.
Kijk voor meer informatie:
https://www.monumenten.nl/monumenten-onderhouden/leningen-en-hypotheken
https://www.monumenten.nl/monumenten-onderhouden/subsidies
De leidraad voor financiering van instandhoudingskosten is hier te vinden: