Mecklenburglaan 20, Apeldoorn
HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG: een van de meest karakteristieke eigenschappen van de historische aanleg van De Veenkamp is het beloop van een groot deel van haar omgrenzing, dat voor ongeveer drie-kwart bestaat uit een wal met dicht tegen elkaar geplante eiken van ca. 200 jaar. De wal, die in onregelmatige curven verloopt en aan de buitenzijde van een greppel is voorzien, is sinds de jaren '80 van de 19e eeuw, toen er op De Veenkamp een park in landschapsstijl werd aangelegd, een belangrijk onderdeel van deze parkaanleg gaan uitmaken. Het zuidelijke gedeelte van de wal, dat aan de zijde van de Langeweg verloopt, is reeds te herkennen op de Kaart ven Het Loo en directe omgeving door Willem Leenen uit 1762. De wal staat in zijn geheel aangeduid op blad 24 van de Topografische Kaart van de Veluwe door M.J. de Man uit 1812. Oorspronkelijk omgaf de wal louter agrarische percelen. Hoe de aanleg in de periode van 1851-1880, toen Henry Steers, stalmeester van Prins Hendrik, de Veenkamp bewoonde, is niet geheel duidelijk. Vanuit het huis was er in oostelijke richting een gezicht op het door de eikenwal omzoomde weiland, in de compositie waarvan een aan de rechterzijde geplante en nog bestaande boomgroep (kastanje, eik en hazelnoot) als coulisse dienst doet. In 1880 of kort hierna liet de toenmalige eigenaar Henry Thierry Daendels door Henry Copijn, zo wil de overlevering, een park in landschapsstijl op de Veenkamp aanleggen, waarbij de genoemde houtwal in de compositie van dit park een zeer belangrijke rol kreeg toebedacht. Aan de westzijde van het huis werd - waarschijnlijk in nauwe samenwerking met Henry Daendels, een groot plantenliefhebber - een besloten park met een grote varieteit aan sierbomen en -heesters aangelegd, die via een verloop van slingerpaden zijn te bewonderen. De tuinarchitect besteedde veel aandacht aan de kleurencompositie van het park. Noemenswaardig zijn de behouden gebleven rhododendron- en azaleagroepen, die elk in zeven verschillende kleuren langs de oprit en op strategische plaatsen langs de wandeling van dit parkgedeelte zijn geplant. Voorts zijn als bijzondere boom- en heestersoorten uit de tweede helft van de 19e eeuw te vermelden diverse soorten taxus, Thuja, buxus, Hamamelis spec. (in drie kleuren), Chamaecyparis pisifera 'Squarrosa', hulst, Picea oriëntalis, Cryptomeria japonica, Hydranchia, douglasspar, paardekastanje, Liriodendron, beuk, iep, eik, plataan, Nothofagus antartica en linde. Achter het huis werd het huidige grillig omzoomde gazon aangelegd met aan de zuidzijde een vijver in landschapsstijl, met eilandje. Dit parkgedeelte wordt aan de noord- en ZO-zijde door twee opritten begrensd, die beide aan de Mecklenburglaan zijn gelegen en in ruime curven naar het huis voeren. Ter hoogte van het huis wordt de noordelijke oprit door een talud van misbaksels omzoomd, een motief, dat Henry Copijn vaak in de door hem ontworpen tuinen toepaste. Ter hoogte van het huis vertakt de noordelijke oprit zich in oostelijke richting en voert langs het noordelijke gedeelte van de eikenwal in een ruime curve naar een derde bij de Hertenlaan gelegen oprit van De Veenkamp. Omstreeks 1900 werd een vierde oprit aan de NW-zijde van het park aangelegd, toen Henry Daendels een smalle strook bos aan deze zijde van het park verwierf. Of deze oprit aan de Zwolseweg, waarvan het verloop slingerend is en die even ten oosten van de Mecklenburglaan aansluit bij de reeds eerder genoemde oprit, door hemzelf of door Copijn is ontworpen, is niet bekend. Het parkbos ten oosten van de oprit aan de Zwolseweg, dat aansluit bij het noordelijke gedeelte van de eikenwal, bestaat uit gemengd loofhout, waaronder 19e-eeuwse eiken en kastanjes. Aan het eind van de 19e eeuw werd even ten oosten van het huis een koetshuis annex paardestal gebouwd. In de compositie van de wandeling langs de eikenwal vervullen het voormalige koetshuis annex paardestal, dat even ten westen van de genoemde boomgroep uit de tijd van Steers is gesitueerd, als blikvanger een ornamentele waarde. In deze tijd werd ook ten noordoosten van het huis de nog steeds bestaande rechthoekige boomgaard aangelegd. Gelet op de evenwichtige opbouw van de totale parkcompositie is het aannemelijk, dat de architect van het besloten parkgedeelte deze nauw betrokken heeft bij het reeds bestaande weiland en de eikenwal. Ter verlevendiging van de aanleg van het weiland werd in het zuidelijke gedeelte een solitaire acacia geplant, waarvan alleen de stobbe resteert. De eikenwal vormt het verbindende element tussen het besloten parkgedeelte aan de westzijde en het aangrenzende weiland. Verder heeft de wal als boomcoulisse in visueel opzicht in de aanleg een grote waarde. Vanaf de jaren vijftig van deze eeuw maakte de huidige eigenaresse van De Veenkamp, mevrouw E.W. Daendels, het padenverloop weer vrij, dat door achterstallig onderhoud deels was overwoekerd en verrichtte het nodige snoeiwerk. Nieuwe aanplantingen geschiedde voornamelijk in de geest van de aanleg uit de tijd van haar grootvader.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
BUITENPLAATS DE VEENKAMP. De geschiedenis van de historische buitenplaats De Veenkamp gaat terug tot in de 18e eeuw, toen als omgrenzing van enkele agrarische percelen een houtwal van aanzienlijke omvang werd aangelegd. Deze wal van ca. 200-jarige eiken vormt een van de meest karakteristieke kenmerken van de historische buitenplaats; ongeveer drie-kwart van het beloop van haar omgrenzing wordt door deze wal gemarkeerd. In 1851 werd ten behoeve van de Koninklijke Stoeterij van Paleis Het Loo centraal op het terrein van De Veenkamp het huidige hoofdgebouw gerealiseerd. Het huis werd gebouwd voor Henry Steers, de stalmeester van Prins Hendrik (1826-1879), die de destijds aan de westzijde van De Veenkamp gehuisveste stoeterij beheerde en op De Veenkamp de paarden trainde voor de 'Loo Hawking Club' en voor de rennen op Het Loo. Het blokvormige hoofdgebouw, dat oorspronkelijk in 'chalet-stijl' werd opgetrokken, zoals een krijttekening uit de tweede helft van de 19e eeuw laat zien, bestaat als zodanig nog steeds, zij het, dat de ornamentele daklijst is verdwenen, de persiennes zijn opgeslagen en de vensterindelingen deels zijn vereenvoudigd. Na de dood van Prins Hendrik werd ook de 'Loo Hawking Club' opgeheven. Koning Willem III, die De Veenkamp had geerfd, liet het goed in 1880 veilen. De nieuwe eigenaar, Henry Thierry Daendels, liet kort na deze aankoop een park in landschapsstijl aanleggen. Volgens mondelinge overlevering was Henry Copijn, die met Henry Daendels was bevriend, de architect. Een bewering, die door stilistische kenmerken van de aanleg wordt gestaafd. Het ontwerp van deze aanleg concentreert zich in het westelijke gedeelte van De Veenkamp. Het gedeelte ten oosten van het huis bleef vanouds een door de eikenwal omzoomd weiland. Het westelijke gedeelte kenmerkt zich door een zeer besloten aanleg met een grote varieteit aan sierbomen en -heesters, die tot op heden via slingerpaden zijn te bewonderen. Achter het huis werd het huidige grillig omzoomde gazon aangelegd, met aan de zuidzijde een vijver in landschapsstijl, met eilandje. Gelet op de evenwichtige opbouw van de totale parkcompositie is het aannemelijk, dat de tuinarchitect de aanleg van het besloten parkgedeelte nauw heeft betrokken bij het reeds bestaande weiland met eikenwal. In de compositie van de aanleg wordt de beslotenheid van het parkgedeelte aan de westzijde gecompenseerd door de openheid van het genoemde weiland. De eikenwal vormt het verbindende element tussen deze twee parkgedeelten en heeft in de compositie van de aanleg een grote visuele waarde. In de loop van deze eeuw is de wal een belangrijke afsluiting naar de aangrenzende bebouwde omgeving geworden; De Veenkamp is tegenwoordig geheel door stedelijke bebouwing omgeven. In 1884 werd ten oosten van het huis een koetshuis annex paardestal gebouwd. Dit complex, dat na de Tweede Wereldoorlog tot woning is verbouwd, bestaat nog steeds, zij het dat de vensterpartijen en -indelingen deels zijn veranderd. Als blikvanger in de parkaanleg heeft dit voormalige koetshuis annex paardestal een ornamentele waarde. Als zodanig wordt de historische aanleg van De Veenkamp aan de ZW-zijde door de Mecklenburglaan, aan de zuidzijde door de erven langs de Langeweg, aan de oostzijde door de erven langs de Reindersstraat en het erf van het Ziekenhuis De Veenkamp en aan de noord- en NW-zijde door de Hertenlaan en de erven langs deze laan en langs de Zwolseweg begrensd. De historische buitenplaats De Veenkamp heeft de volgende samenstellende onderdelen: 1. Hoofdgebouw (Huis De Veenkamp), zie voor omschrijving hierna; 2. Historische tuin- en parkaanleg, zie idem; 3. Koetshuis annex paardestal, zie idem. De historische buitenplaats De Veenkamp is in cultuurhistorisch opzicht van algemeen belang vanwege: de historische tuin- en parkaanleg, die waarschijnlijk door Henry Copijn in de tweede helft van de 19e eeuw is ontworpen, waarin het hoofdgebouw uit 1851 in 'chalet-stijl' als centrum van de aanleg; bij deze aanleg werd een lange ca. 200-jarige eikenwal opgenomen, die in de compositie van het park in visueel opzicht en als omgrenzing van een groot deel van de aanleg een grote waarde heeft.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Historische aanleg | Kastelen, landhuizen en parken | Tuin, park en plantsoen | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Mecklenburglaan | 20 | – | 7315 DS | Apeldoorn | – | BY | Ja |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | AB | 2914 | – | Apeldoorn |