Op een langgerekte plattegrond gedeeltelijk in baksteen en met van gepotdekselde delen voorziene verdieping opgetrokken villa, deel uitmakend van een oorspronkelijk "Zofar", "Elifraz" en "Bildad" genaamde trits landhuizen en door middel van een lage poort te rechterzijde verbonden met de twee andere villa's, de ene geheel symmetrisch, de andere het spiegelbeeldig pendant van onderhavige, ontworpen in 1917-18 door J.F. Staal in Amsterdamse Schoolstijl als onderdeel van het villapark "Meerwijk". Links in de voorgevel van de Z.zijde is een zij-ingang aangebracht tussen twee afgeronde muurdammen in een ondiep portiek, die, evenals de vensterpartijen rechts, wordt begrensd door een doorgaande, licht-uitkragende reeks van koppen; daarboven sluit de borstwering van het op de verdieping gesitueerde balcon aan, die bij de linkerhoek is afgerond; boven dit balcon zijn enkele vensters met opmerkelijke horizontale roedenverdeling aangebracht; dit middenblok wordt plat afgedekt en wordt te linkerzijde gemarkeerd door twee hoekschoorstenen en een onder pannen lessenaarsdak met gepotdekselde delen opgetrokken partij, die alleen in de linkerzijgevel een horizontale vensterpartij bezit; rechts wordt het balcon gedeeltelijk overhuifd door een op palen en balken rustend afdak, waarbij oorspronkelijk de voorste paal zeer hoog was doorgetrokken. De oorspronkelijke ingang was te rechterzijde gesitueerd in de naar voren gerooide lage aanbouw die aan de andere zijde de begrenzing van de poort vormt; de huidige linkeraanbouw, teruggerooid, en thans de hoofdtoegang bevattend, is een latere toevoeging. De met drie sprongen opgetrokken rechterzijgevel bevatte oorspronkelijk alleen op de verdieping horizontale vensters. De achtergevel bevat links een naar voren uitgebouwd bouwblok waarin beneden drie gekoppelde vensters zijn aangebracht, omgezet bij de hoeken en met een op karakteristieke wijze gesneden houten omlijsting; op de bovenverdieping drie ruitvormige vensters met horizontale middenroe en in de zijvlakken elk een rechthoekig venster met ruitvormige roedenverdeling. Hierop sluit uiterst links een lage aanbouw aan onder onregelmatig pannen zadeldak, met ver naar beneden doorgetrokken westvleugel en zij-ingang in de oostgevel; de middenpartij wordt slechts doorbroken door de van een horizontale roedenverdeling voorziene openslaande deuren beneden, en bevat boven een gepotdekseld gedeelte. Tot een trits behorende villa met voor de Amsterdamse Schoolstijl kenmerkende toepassing van een grillig silhouet, bijzondere metsel-details en variatie in roedenverdeling en nadruk op de afwisseling in materiaalgebruik, in casu van baksteen en houten onderdelen; voorts van belang als onderdeel van het als een geheel opgezette villapark met stilistisch verwante villa's - op initiatief van de Amsterdamse tegelhandelaar A.Heystee - en tevens als herinnering aan de toenmalige opkomst van Bergen als zomerverblijf, in het bijzonder voor kunstenaars.