Meisjes Vakschool, Coevorden

Inleiding

MEISJES VAKSCHOOL, gebouwd in 1923 op de geslechte gronden van de voormalige vestingwal van Coevorden naar ontwerp van architect H. Benninck Jr. De school is markant gelegen door de situering op een vrij royaal terrein en de enigszins gedraaide ligging ten opzichte van de straat. Het schoolterrein wordt aan drie zijden begrensd door een bijbehorend hekwerk. Het geheel is opgetrokken in een stijl die verwantschap vertoont met de Amsterdamse School maar overwegend neigt naar de Art Deco. Met name de beschermenswaardige onderdelen van het interieur tonen de Art Deco invloed. De school heeft na de opheffing van de zelfstandige Meisjes Vakschool, lang gefunctioneerd als onderdeel van het Veste college maar komt thans vrij voor een andere functie. De kap is in 1947 afgebrand en in dezelfde vorm herbouwd. Daarbij zijn de dakkapellen vergroot en de vier schoorstenen verwijderd. Buiten de bescherming vallen de na-oorlogse uitbreidingen. De tuinaanleg, met name de grote beuk aan de noordzijde, verdient aandacht maar valt, behoudens het hekwerk, buiten de bescherming.

Omschrijving.

In hoofdzaak op rechthoekige grondslag gebaseerd gebouw bestaande uit een kelder, twee bouwlagen en een ruime kap. Het geheel is opgetrokken in baksteen en wordt gedekt door een inzwenkend mansardekap met pannen; brede dakkapellen met 12-ruits stalen ramen met vast kalf; brede gootlijst met aan de onderzijde een betimmering in een strak geometrisch Art Deco-patroon. De voorgevel is symmetrisch opgezet met een risaliserend en hoog opgetrokken middenstuk. Kenmerkend is daarbij de met hardsteen en zandsteen uitgeruste ingangspartij waarin een dubbele deur met Art Deco-decoraties; bovenlicht met glas-in-lood; de in natuursteen aangebrachte lisenen zijn naar boven toe doorgetrokken in baksteen en geven daarmee het middenstuk een geleding in drieën; gevelbeeindiging van het middenstuk met natuurstenen afdekplaten. Stalen ramen met roedeverdeling, natuurstenen vensterbanken en lateien; onder de ramen loopt een decoratief metselwerk met geometrisch patroon. Eveneens typerende elementen zijn de hemelwaterafvoeren en de zinken vergaarbakken. De overige gevels hebben een soberder indeling. Aardige details zijn verder de gietijzeren sierroosters bij de ventilatiekanalen.

Het INTERIEUR bevat met name in de centrale hal, het trappenhuis en de gangen belangrijke onderdelen. De ingangshal bevat de stichtingssteen waarop staat: "Eerste steen gelegd 29/9 1923". Tochtdeuren met ombouw in oorspronkelijke Art Deco-stijl. De centrale hallen van beide bouwlagen zijn octogonaal. De eerste bouwlaag heeft op twee diagonale muurvlakken typische Art-Deco wandlampen (glas-in-lood op een frame van gietijzer); de tweede bouwlaag heeft op deze muurvlakken tegeltableaus met de vier jaargetijden. De overgang van de hal naar de gangen toont duidelijk de toepassing van gewapend beton door de naar boven toe uitkragende portaalspanten. Zowel de hal als de gangen in de noordelijke vleugel hebben lambrizeringen met geglazuurde tegels (kleuren zwart, oranje, gebroken wit) in een typerend strak patroon; zeer kenmerkend voor de oorspronkelijke functie zijn de tegeltableaus (afkomstig van tegelhandel Heystee & Co. uit Amsterdam) in de hal en de gang die de verschillende vakken uitbeelden en de eerdergenoemde vier jaargetijden. De deuren in alle centrale gangen tonen de stijlkenmerken van de Art Deco. De vloeren zijn belegd met geglazuurde tegels. Opmerkelijk is de vormgeving en constructie van de trap; natuurstenen treden die heel licht geschakeld zijn en deels in de muur zijn verankerd maar aan een kant voornamelijk hangen in de constructie van het ijzeren hekwerk van de trapleuning. De trapleuning bestaat voor het overige uit trapsgewijs geplaatste, strak vormgegeven houten delen. Aan de muurzijde bestaat de eveneens strak vormgegeven houten leuning uit een stuk en deels verzonken in de muur. Daarnaast zijn de Gispen-lampen in de centrale hallen bijzonder; zij zijn van een weinig voorkomend type.

Het HEKWERK, dat aan drie zijden het terrein begrenst, bestaat uit een bakstenen onderbouw en kolommen met daartussen een smeedijzeren sierhekwerk in bijpassende stijl.

Waardering

Het gebouw is van cultuurhistorisch belang als uiting van een specifieke richting in het onderwijs, bevestigt het beeld van Coevorden als onderwijscentrum voor de regio en vormt zodoende de bijzondere uitdrukking van een specifieke culturele ontwikkeling. Het architectuurhistorisch belang wordt bepaald door de bijzondere betekenis die het pand stilistisch en typologisch gezien vertegenwoordigt, zeker in relatie tot de regio. Daarnaast is het pand in hoofdlijnen gaaf te noemen met waardevolle interieuronderdelen. Stedebouwkundig neemt het gebouw een bijzondere beeldbepalende plaats in ten opzichte van de omgeving en als zodanig is het gebouw van betekenis als onderdeel van het te beschermen stadsgezicht.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
468605
Provincie
Gemeente
Plaats

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Schoolgebouw Cultuur, gezondheid en wetenschap Onderwijs en wetenschap oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Meindert vd Thijnensngl 10 7741 GB Coevorden Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Cultuur, gezondheid en wetenschap Onderwijs en wetenschap Vakschool
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
5031 D 5031 A1 Coevorden
5031 D 5031 A10 Coevorden
5031 D 5031 A2 Coevorden
5031 D 5031 A3 Coevorden
5031 D 5031 A4 Coevorden
5031 D 5031 A5 Coevorden
5031 D 5031 A6 Coevorden
5031 D 5031 A7 Coevorden
5031 D 5031 A8 Coevorden
5031 D 5031 A9 Coevorden
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1923 1923 vervaardiging
Naar boven