Op rechthoekig grondplan gebouwd BAARHUISJE (circa 1885), bestaande uit één bouwlaag onder zadeldak bedekt met zwarte Hollandse pan. Het zadeldak is overstekend en heeft brede windveren en gootlijsten met een strak profiel. De overstekken rusten op trapsgewijs gesneden consoles. Het muurwerk is opgetrokken in rode baksteen. Het muurwerk heeft gebosseerde hoeken en een gepleisterde plint. In de kopse zijden heeft het baarhuisje een getoogde deuropening met dubbele houten deuren. Boven de deuropeningen bevindt zich een klein rond venster met ijzeren roedenverdeling. De zijmuur aan de rechterzijde (W) heeft een klein liggend ijzeren raam met toog, de zijmuur aan de linkerzijde (O) heeft twee van dergelijke ramen.

Het object heeft een houtskelet dat met muurankers is verankerd aan de halfsteens muren. De vloer is gemaakt van brede delen in lengterichting.

Waardering

Het baarhuisje is van algemeen belang uit cultuurhistorisch en architectuurhistorisch oogpunt als hoofdondereel van het beschrevencomplex (zie complexwaardering).