Utrechtseweg 59, De Bilt
RONDE KAS. Laat 19de-eeuwse kas op rechthoekige grondslag en bakstenen borstwering met natuurstenen beëindiging. De kas wordt gedekt door een schildak met uitzalende schilden die in zijgevels overgaan. Het schilddak is opgebouwd uit een gietijzeren constructie waartussen kleine glasplaten in diverse tinten in onregelmatig patroon. De noordelijke voor- en zuidelijke achtergevel bestaan uit topgevels van glasplaatjes. In de voorgevel een dubbele houten deur met in de vleugels een 4-ruitsvenster. Op de zuidwesthoek van de kas een laag stookkamertje met een hoge ronde schoorsteen pijp van baksteen. In de kas is de met smeedijzeren voluten gesierde ijzeren dragende constructie duidelijk zichtbaar en er staan bakstenen tabletten in.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
HISTORISCHE BUITENPLAATS VOLLLENHOVEN. De historische buitenplaats Vollenhoven is gelegen aan de zuidzijde van de Utrechtseweg tegenover de Amersfoortseweg in de gemeente De Bilt. In het westen wordt de buitenplaats begrenst door de Beerschotervliet en in het oosten door de Rijksweg A 28. De bij de buitenplaats behorende overplaats Den Eyck is gelegen ten noorden van de Utrechtseweg tussen de Amersfoortseweg en de Rijksweg A 28. In de 17de eeuw was het landgoed Vollenhoven één van de uithoven van klooster Oostbroek. Na de reformatie vervielen de goederen van dit klooster aan de Staten van Utrecht. Op 25 maart 1651 werd het landgoed Vollenhoven met bijbehorende landerijen door de rentmeester van Oostbroek, G. Steenbergen, aan Gerard van Reede van Nederhorst verkocht. In de 17de eeuw werd 'het goedt Vollenhoven' regelmatig vermeld, maar hoe het huis eruit heeft gezien en of er al sprake was van enige tuin- of parkaanleg is niet bekend; vermoedelijk stond er een herenboerderij. In 1653 werd de weg van Amersfoort naar De Bilt aangelegd waarbij de eigenaar van Vollenhoven was betrokken. Op een kaart van de limietscheiding tussen Zeist en Driebergen door B. de Roij uit 1677 is de verbinding tussen de noordoostelijk gelegen oprijlaan van Vollenhoven en deze weg te zien. In 1744 werd Willem Rene van Tuyl van Serooskerken eigenaar van Vollenhoven. In deze tijd was er op het terrein sprake van een "Heere Huysinghe annexe Boerewoninge, stallinge, koetshuis, Tuynmanswoninge en verdere getimmerte, mitsagders nog een Boerewoninge met zijn Berg en schuur staande op 't eijnde van dit goed [...]". Tevens is er een beschrijving van Vollenhoven in een brief uit 1774 bewaard gebleven: uit deze beschrijving is op te maken dat de aanleg van Vollenhoven een formeel karakter droeg, maar dat er tevens enkele landschappelijke elementen aanwezig waren. Zo wordt geschreven over 'un petit sentier' (=paadje), 'une petite riviere' en een 'lonque allee' bij Vollenhoven. In 1777 werden door de Franse architect M. de Malhortie ontwerpen voor een nieuw huis gemaakt. Enkele tekeningen worden in het huisarchief van Vollenhoven bewaard, waaronder een ontwerp voor de voorgevel van een huis in classicistische stijl met twee zijvleugels en een naar voren springende middenpartij. Het is echter niet zeker of deze ontwerpen ooit werden uitgevoerd; er zijn wel sterke aanwijzingen voor, evenals voor de tuinaanleg in formele stijl. Zo is op een legerkaart -Plan van het Campement bij Zeist, 1787- de buitenplaats Vollenhoven aangegeven. Wanneer deze kaart de toenmalige situatie juist weergeeft, dan vertoont de grondvorm van het huis Vollenhoven op de kaart overeenkomsten met andere ontwerpen van De Malhortie. De structuur van het park is in hoofdlijnen te herkennen, alleen de grote laan is goed te zien. Deze noordoostelijk lopende laan is waarschijnlijk de 'lonque allee' die in de brief uit 1774 wordt genoemd. Op de voornoemde kaart uit 1787 staat de oude weg van De Bilt naar Amersfoort uit 1653 nog als in gebruik aangegeven. Aan het begin van de 19de eeuw zal een iets westelijker gelegen tracee gevolgd worden, zoals deze thans in gewijzigde en verbrede vorm nog in gebruik is en samenvalt met de oude formele laan naar het noordoosten. Dit betekent dat het eerste deel van de weg De Bilt-Amersfoort het belangrijkste, nog te herkennen formele element van de aanleg van de buitenplaats is. In 1792 verkocht W.R. van Tuyll Vollenhoven aan mr Gerard Munter, die het huis tot 1800 zou bezitten. In 1800 kocht P. de Smeth Vollenhoven en breidde het landgoed uit d.m.v. ruiling en aankoop. Zijn belangrijkste aankoop was de hofstede Den Eyck met toebehoren in 1806, die vanaf dat moment als overplaats dienst doet. In 1810, na de dood van Pieter de Smeth, werd Vollenhoven in de veilingaankondiging beschreven als een "kapitale en in den eersten smaak nieuw gebouwde Huizinge" waarbij een grote moestuin, beuken- en eikenbossen, Engelse partijen en vissekommen, een ijskelder en koetshuis met twee stallen, een tuinmanswoning, oranjerie en een schuitenhuis, een loods achterin de tuin en een dito open tot berging van de 'Broeijerij'. Uit de veilingomschrijving is op te maken dat het huis tussen 1800 en 1810 gebouwd of verbouwd is en dat waarschijnlijk De Smeth de bouwheer van het huis was. Aannemelijk is dan ook dat het park tussen 1800 en 1810 werd verlandschappelijkt. Indien de overplaats Den Eyck tegelijk met het park verlandschappelijkt werd, dan stamt de landschapsaanleg van na 1806. In 1859 wordt Hendrik van Lunteren door Christiaan Kramm vermeld als zijnde de landschaps- en tuinarchitect van het park. In 1810 werden Vollenhoven en de overplaats door Jan Willem van Loon gekocht, die op zijn beurt in 1815 het geheel aan Anthony Luden verkocht. Op 4 januari 1827 werden Vollenhoven en Den Eyck aan G.A.G.Ph. baron van der Capellen van Berkenwoude verkocht. Hij vergrootte het bezit door aankoop van een perceel bouwland van Jhr J. van Steengracht van Oostcapelle aan weerszijden van de Straatweg, tevens werden er veel uitheemse gewassen geplant die in 1827 en 1831-1853 van de firma Copijn te Groenekan werden betrokken. In 1848, na overlijden van Van der Capellen werd Vollenhoven geveild. In het veilingbiljet staat nu ook een koepeltje vermeld, wellicht heeft dit op de plaats gestaan waar thans het vermoedelijk kort na 1922 gebouwde prieeltje in chaletstijl staat. Nieuwe eigenaar werd J. Kluppel uit Amsterdam. In 1922, na het overlijden van Kluppel, werd Vollenhoven wederom geveild. De beschrijving van Vollenhoven in de aankondiging van de openbare verkoop luidt als volgt: '...ruime hall met marmeren vloer, antichambre, twee salons met lambriseering en geschilderde dessus de porte, achterzaal met serre, geschilderde plafonds en 3 grisailles van den beroemden de Wit, en schitterend vergezicht met den Dom van Utrecht op den achtergrond, 2 zijkamers en cabinet, ruime keuken met gemetselde oven, bijkeuken, poetskamer, provisiekamer, knechtskamer, diverse kasten, kelders, diensttrap en lift; op de 1e verdieping 15 kamers, waarvan velen ineenlopend, sommige met balcons; op de zolders verschillende afgeschoten kamers en bergplaatsen. Voorzien van electr. licht, regen- en welwaterpomp en ijskelder... koetshuis met koetsierswoning, twee portiershuizen, tuinmanshuis, met oranjerie, vruchtbaren tuin, waarin twee steenen druivenkassen met ramen, twee complete bloemenkassen, zes rijen steenen broeibakken, twee met en vier zonder ramen, vruchtboomen, tuinschuur, houtschuur, twee arbeiderswoningen, waterpartijen, wandelpark met koepel, bosschen met zwaar opgaand geboomte, vruchtbaar wei- en bouwland en den geheelen weg ... genaamd de Bisschopsweg... ' en de beschrijving van de overplaats: 'De buitenplaats 'De Eik' bestaande uit villa, erf en tuin, benevens de boerenhofsteede den Eijck', bestaande uit bouwmanswoning, veestalling voor 24 koeien en 5 paarden, schuren, 2 hooibergen en verdere getimmerten, benevens diverse percelen bouw- en weiland'. Ook waren vier arbeiderswoningen met schuren op het terrein aanwezig, evenals zwaar opgaand geboomte, hakhout, lanen en een vijver. De villa omvatte beganegronds een suite, kleine kamer, dessertkamer, strijkkamer, keuken, bijkeuken en een brandstoffenbergplaats, een kelder, wijnkelder, verranda en garage. Op de verdieping zes kamers en badkamer. De zolder had een gedeeltelijk beschoten kap en zolderkamer, diverse kasten en closets. Alles voorzien van elektrisch licht en waterleiding'. Na 1922 zijn zowel het interieur van zowel huis Vollenhoven als Den Eijck nauwelijks aan veranderingen onderhevig geweest. Dat geldt eveneens voor de parkaanleg. Ook de boerderij met bijbehorende stal, oranjerie, koetshuis, dubbel woonhuis, portierswoning en tuinmanshuis, houtschuur, tuinschuur, twee stenen sruivekassen, twee bloemkassen (tuinkas en ronde kas), ijskelder, alsmede de zes kweekbakken maken nog een integraal onderdeel uit van de buitenplaats. Voor de oprit en langs de halfronde weide voor het huis een karakteristiek 19de-eeuws toegangshek en hek. Uit de veiling van 1922 kocht de heer M. van Marwijk Kooy de hele buitenplaats inclusief de overplaats. Direct na aankoop werd door de firma Copijn ten westen van het huis Vollenhoven een rotstuin, tennisbaan en zwembad aangelegd. De slingersloot op de Bloemberg is op dat moment nog niet tot 'beek' vergraven. Voor het huis is de sloot al wel omgevormd tot een vijver; op de chromotopografische kaart uit 1906 -verkend in 1878- staat ze aangegeven. De omgrenzing van de historische buitenplaats is aangegeven op de bij de registeromschrijving bijbehorende kaart.
De historische buitenplaats Vollenhoven is uit de volgende samenstellende onderdelen opgebouwd:
1. hoofdgebouw (huis Vollenhoven), zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506936.
2. historische tuin- en parkaanleg, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506938.
3. boerderij Den Eik, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506940.
4. stal bij Den Eik, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506941.
5. brug op overplaats, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506942.
6. koetshuis, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506943.
7. oranjerie, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506944.
8. dubbel woonhuis, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506945.
9. tuinmanshuis, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506946.
10. portierswoning, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506947.
11. houtschuur, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506948.
12. moestuinmuur, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506949.
13. druivekas op de noordpunt van de moestuin, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506950.
14. druivekas, pendant van voorgaande kas, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506951.
15. tuinkas, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506952.
16. ronde kas, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506953.
17. zes kweekbakken, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506954.
18. tuinschuur, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506955.
19. ijskelder, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506956.
20. prieeltje, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506957.
21. toegangshek en hek rondom halfronde weide voor het huis, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506958.
22. vlotbrug, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506959.
23. houten toegangshek, zie voor omschrijving bij complex-onderdeel met monumentnummer 506960.
De historische buitenplaats Vollenhoven is in cultuurhistorisch opzicht van algemeen belang vanwege:
-het typologisch zeldzame vroeg 19de-eeuwse hoofdgebouw in empirestijl
-de grotendeels gaaf bewaarde ruimschalige parkaanleg in landschapsstijl (vroeg 19de eeuw) waarin een belangrijke cultuur- en tuinhistorische waardevolle, in oorsprong laat 18de-eeuwse moestuin is opgenomen
-de overplaats Den Eijck, vanaf 1806 tot de buitenplaats behorend en kort nadien in landschapsstijl heraangelegd, die als 'ferme orneé' een belangrijk deel uitmaakt van de buitenplaats
-het grote compositorische gehalte van de parkaanleg in haar totaliteit -de rotstuin, als zodanig een typol ogisch belangrijk en gaaf bewaard en zeldzaam Nederlands voorbeeld van een privé-recreatiepark in een formele omlijsting van borders, terassen en rotspartijen, uit de jaren '20 van de 20ste eeuw.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Kas(L) | Kastelen, landhuizen en parken | Tuin, park en plantsoen | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Utrechtseweg | 59 | – | 3732 HA | De Bilt | – | BY | Ja |
Hoofdcategorie | Subcategorie | Beschrijving | Notitie |
---|---|---|---|
Kastelen, landhuizen en parken | Bijgebouwen kastelen enz. | – | – |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | C | 477 | – | De Bilt |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1950 | 1950 | – | vervaardiging |