Eyckenstein, Maartensdijk
HOOFDGEBOUW (Eyckenstein). Het witgepleisterde pand in neoclassicistische stijl is in het begin van de 19de eeuw door M.J. Eyck van Zuylichem naar voorbeeld van de Italiaanse villa's van de architect Palladio herbouwd. Het op rechthoekige grondslag opgetrokken huis (een voorhuis en een smaller achterhuis) met donkere plint bestaat uit twee bouwlagen en een mezzanino onder een schilddak, dat bekroond wordt door een achtbenige koepel staande op een verhoogde nok. Tegen beide zijgevels staat een aanbouw van twee bouwlagen. Het midden van de symmetrisch ingedeelde zeven-assige voorgevel wordt geaccentueerd door een zuilenportiek (1809) van drie traveeën; bestaande uit vier Ionische zuilen staande op een hardstenen bordes, een kroonlijst, waarop de naam 'EYCKENSTEIN', en een driehoekige fronton met een ronde klok. Het bordes wordt aan de zijkanten afgeschermd door een balustrade, die oorspronkelijk de gevel bekroonde. De middelste travee wordt gevormd door een omlijste glazen (toegangs)deur en een T-venster op de verdieping; de overige vensterassen zijn opgebouwd uit moderne vensters op de begane grond, T-vensters op de verdieping en een tweeruiter in de mezzanino. De vensters van de buitenste twee vensterassen hebben perisiennes. De zijvleugels bestonden oorspronkelijk uit open veranda's, totdat deze in ca.1880 werden verbouwd tot een glazen serre (links) en een woonkamer met drie halfronde vensters in Venetiaanse stijl (rechts). Op de verdieping een overdekt balkon gedragen door ijzeren zuiltjes. In de rechter zijgevel een deur met halfrond bovenlicht en een indeling van T-vensters (alleen perisiennes bij de vensters van het voorhuis). In 1955 is in het verspringende gedeelte van het voor- en achterhuis een tweede toegang tot het huis gemaakt. Tegen de linker zijgevel verschillende rechthoekige aanbouwen met een invulling van T-vensters, deels met perisiennes. De achtergevel toont een onregelmatige aanblik. Centraal in de gevel van het achterhuis dubbele glazen toegangsdeuren met bovenlicht geflankeerd door een langwerpig venster. De hardstenen ornamenten ter weerszijde van de toegangsdeur zijn van elders afkomstig en later aangebracht. Op de verdieping twee grote vensters met aan weerszijden een kleiner venster. In het INTERIEUR, dat verschillende malen grondig is verbouwd, is ondermeer het stucplafond met houten rozet in het trappenhuis van belang.
Waardering
HOOFDGEBOUW (Eyckenstein) van algemeen belang:
- vanwege het vrij gaaf bewaard gebleven exterieur van het hoofdgebouw dat in het begin van de 19de eeuw in neoclassicistische stijl is gebouwd naar de ideeën en voorbeelden van de architect Palladio;
- vanwege de kenmerkende ligging binnen de historische tuin- en parkaanleg;
- vanwege de functioneel-ruimtelijke relatie met de andere onderdelen van de buitenplaats.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
In structuur en deels in detail gaaf bewaarde historische buitenplaats met HOOFDGEBOUW (1), HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG (2), twee TUINVAZEN (3), KOETSHUIS (4), TUINPRIEEL (5), TUINMANSWONING (6), DIENSTWONING (7), MOESTUINENSEMBLE bestaande uit TUINMUUR MET KAS EN ORANJERIE (8) en KAS (9). De oorsprong van de buitenplaats Eyckenstein ligt in het begin van de zestiende eeuw, nadat het Domkapittel van Utrecht ontginningsstroken had uitgegeven (ca.1490). Op de Waterschapskaart uit 1642 staat de buitenplaats voor het eerst aangegeven. Het goed kwam in 1777 in het bezit van Adriaan Hendrick Eyck (vanaf 1818 Eyck van Zuylichem). Deze voerde een grondige verbouwing aan het huis uit, waarvan helaas geen afbeeldingen bestaan. Een tekening van het huis met het bijschrift 'zoals het was voor 1780' -dus voor de verbouwing- toont een rechthoekig bouwblok met drie trapgevels. Waarschijnlijk werd het huis tot een eenvoudig bouwlichaam met lijstgevels verbouwd. Toen in 1787 Eyck als patriot voor de Pruisische troepen naar Frankrijk moest vluchten werden zijn goederen geconfisqueerd en verkocht. In de verkoopadvertentie (1791) staat de omschrijving van 'een buitenplaats, genaamd Eykenstein, bestaande in een heerenhuis, stal en koetshuis, tuinmanswoning, tuinen en boomgaarden, bosch en een groote party hakhout, boerenwoninge en aanhorige landeryen, staande en geleegen aan het oosteinde van de Maartensdyk'. In het begin van de negentiende eeuw, toen het goed weer in het bezit was gekomen van een telg uit de familie Eyck van Zuylichem, werd het huis tot het tegenwoordige Eyckenstein verbouwd. Mr. Maurits Jacob Eyck van Zuylichem was zelf verantwoordelijk voor het ontwerp in neoclassicistische stijl naar ideeën van de Italiaanse architect Andrea Palladio. Een litho van Madou uit 1825, gepubliceerd in het boek Voyages Pittoresque van J.J. de Cloet, toont een rechthoekig bouwblok met zijvleugels, die als open veranda's zijn uitgevoerd. Voor de gevel was een zuilenportiek (1809) geplaatst en de vloeren waren ca. een halve meter opgehoogd om het geheel meer allure en status te verlenen. Ook het achterhuis werd in deze tijd herbouwd. In 1880 kwam Eyckenstein en het buiten Berkenstein (aan de overzijde van de Dorpsweg) door vererving in het bezit van mr. W.C. baron van Boetzelaer. Deze heeft enkele wijzigingen aan het ex- en interieur van het huis Eyckenstein uitgevoerd en de grote oranjerie annex woning die bij de buitenplaats hoorde gesloopt. Ook Berkenstein werd gesloopt; alleen de dienstwoning (zie omschrijving onderdeelnr.7) en de achterliggende moestuin zijn bewaard gebleven. De tuinarchitect Springer kreeg de opdracht (1881-1883) een ontwerp voor de tuinaanleg te vervaardigen. Springer maakte in de kantlijn van zijn ontwerp een schets van de reeds bestaande situatie. Behalve de oude aanleg in landschapsstijl daterend uit het begin van de bouw van het huis, is ook een recht lanenpatroon uit de formele periode zichtbaar. Drie zandstenen beelden die toen de aanleg sierden werden aan het eind van de achttiende eeuw naar Gasselte in Drenthe verscheept, waar deze thans nog staan. Eyckenstein was tot in de negentiende eeuw het centrum van uitgebreid grondbezit (ca.700 ha). In 1917 en 1930 werden grote delen grond van de buitenplaats verkocht. Na leegstand (1935-1946) werd het huis weer bewoond en sinds 1955 voor gedeelde bewoning geschikt gemaakt. Op de bij de omschrijving behorende kaart is de omgrenzing van het complex alsmede de aanduiding van de onderdelen aangegeven. De omgrenzing van het rechthoekige perceel wordt aan de oostkant gevormd door de Eyckensteinse Laan. De westgrens volgt de beplantingsrand langs de brede grasstrook evenwijdig aan de aanleg en verder noordwaarts de 18de-eeuwse laan, waarnaast de zinksloot met jaagpad. De overplaats aan de overzijde van de Dorpsweg met de tuinmanswoning op nummer 266 is eveneens in de omgrenzing opgenomen.
Waardering
De HISTORISCHE BUITENPLAATS EYCKENSTEIN is van algemeen cultuur-, architectuur- en tuinhistorisch belang:
- vanwege het voornamelijk vroeg-19de-eeuwse hoofdgebouw in neoclassicistische stijl, dat door de eigenaar, Mr. Maurits Jacob Eyck van Zuylichem, naar ideeën van de Italiaanse architect Andrea Palladio werd ontworpen;
- vanwege de bij de buitenplaats behorende historische tuin- en parkaanleg in landschapsstijl naar ontwerp van de tuinarchitect Springer (1881-1883), waarin enkele oudere elementen uit de formele en de vroege landschapsstijl behouden zijn gebleven;
- vanwege het complex van de bouwkundige onderdelen en de tuin- en parkaanleg.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Landhuis | Kastelen, landhuizen en parken | Kasteel, buitenplaats | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Dorpsweg | 193 | – | 3738 CD | Maartensdijk | – | – | Ja |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | N | 2032 | – | Maartensdijk |