Saxenburg, Bloemendaal
Inleiding
LANDHUIS Saxenburg, hoofdonderdeel van het complex "Saxenburg", gebouwd in 1919 naar ontwerp van J.W. Hanrath in op Hollands baksteenclassicisme en op Engelse landhuisstijl geïnspireerde trant.
NB Het exterieur heeft diverse wijzigingen ondergaan, onder meer in de erkers aan de tuinzijde, de aanbouw tegen de noordoosthoek en de situering van het venster ten behoeve van het trappenhuis in de noordgevel. De aanbouw tegen de noordoosthoek is gewijzigd. Het interieur is alleen in structuur herkenbaar gebleven. De in oorsprong bijbehorende garage ten noordoosten van de villa is gesloopt.
Omschrijving
Het LANDHUIS is gebouwd op vrijwel rechthoekige plattegrond, grotendeels symmetrisch ingedeeld met vertrekken gegroepeerd aan weerszijden van een gang, die in het midden doorbroken wordt door een loodrecht daarop geplaatste hal. Het muurwerk is opgetrokken uit rode baksteen in Vlaams verband, met een licht naar voren springende plint van paarsrode klinkers, afgedekt door een rollaag. Alle schuin oplopende gevelvlakken zijn onder de dakrand voorzien van vlechtingen. Het huis bestaat uit drie bouwlagen, waarvan de tweede gedeeltelijk en de derde geheel zijn ondergebracht in een groot met riet gedekt zadeldak, met wolfseinden aan de zijkanten (noord en zuid) en aan de onderzijde voorzien van een omlopende houten lijst op klossen.
Bij de voor- en achtergevel is de kap ver naar beneden doorgetrokken, in het midden evenwel doorbroken door een uitgebouwd gedeelte onder zadeldak met een dakkapel aan weerszijden; alle drie eveneens met riet gedekt. Aan de onderzijde van de dakkapellen is een dubbele panstrook aangebracht. De nok van het dak wordt door twee schoorstenen doorbroken.
Het huis wordt in alle gevels voor het merendeel geleed door rechthoekige, verticaal geplaatste vensters - met of zonder bovenlicht en door roeden onderverdeeld (glas-in-lood) -, die enkel-,twee-, drie- of meervoudig voorkomen, bekroond door een strek en voorzien van luiken.
De voorgevel (oost) bevat in het midden de licht naar voren springende hoofdingang. Deze bestaat uit een deur met aan weerszijden en in de zijgevelvlakken een klein raam. De deur is te bereiken via treden tussen twee loodrecht op de gevel geplaatste bakstenen borstweringen. De ingangspartij wordt aan de bovenzijde afgesloten door een luifel.
Ter weerszijden van de ingang bevindt zich een klein, verticaal in tweeën gedeeld raam en voorts links een kruiskozijn, rechts een driedelig raam met bovenlicht. De uitgebouwde bijkeuken, van één bouwlaag onder rieten schilddak, heeft in de oostgevel een raam en een deur, te bereiken via treden tussen twee borstweringen.
Boven de hoofdingang is het gevelvlak naar boven doorgetrokken, voorzien van een verticaal in tweeën gedeeld raam ter weerszijden van een kruiskozijn. De dakkapellen hebben zowel voor als achter (west) elk twee ramen.
De achtergevel is geheel symmetrisch ingedeeld met in het midden een dubbele deur voorzien van glas-in-lood en aan weerszijden daarvan een enkele deur en een trapeziumvormige erker. De deuren komen uit op een terras vanwaar treden leiden naar de lager gelegen tuin. In het midden, boven de achteruitgang, is het gevelvlak naar boven doorgetrokken, evenwel vergeleken met het gelijkvormige bouwonderdeel aan de voorzijde, een stuk teruggelegen, zodat een balkon is gecreëerd waarop een dubbele deur opent met aan weerszijden een raam. Aan de buitenzijde wordt het balkon afgesloten door een houten balustrade, welke door vier houten stijlen met de bovengelegen houten geveltop verbonden zijn. In de geveltop bevindt zich een klein raam.
De linkerzijgevel (zuid) heeft op de begane grond twee kleine ramen, het linker tweedelig, en een erker; op de verdieping een verticaal in tweeën gedeeld raam met aan weerszijden een tweedelig venster, en in de kap, te midden van een houten betimmering, twee tweedelige vensters.
De rechterzijgevel (noord) heeft links in de uitgebouwde bijkeuken drie ramen, in het midden twee tweedelige ramen boven elkaar, en rechts een groot driedelig raam dat later is aangebracht ter vervanging van een klein raam met luik; op de verdieping links en rechts een tweedelig raam en in de kap een strook van drie ramen naast elkaar. De bijkeuken heeft in de westgevel nog een tweedelig raam.
Waardering
Het landhuis "Saxenburg" is van algemeen belang als hoofdonderdeel van het complex "Saxenburg" en wegens architectuur-, cultuurhistorische en typologische waarde als representatief voorbeeld van een villa uit het eerste kwart van de 20ste eeuw in sobere baksteenbouw, geïnspireerd op de Hollandse 17de- en vroeg 18de-eeuwse bouwkunst, gecombineerd met Engelse stijl-elementen. Tevens van belang als representatief onderdeel uit het oeuvre van architect J.W. Hanrath.
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Inleiding
In verschillende fases tot stand gekomen complex Saxenburg, bestaande uit LANDHUIS, ENTREEHEK (zie monumentnummer 9717) en TUINAANLEG. Het landhuis werd in l9l9 gebouwd door architect J.W. Hanrath (1867-1932) voor de dames J.M. en M.A. Bierens de Haan en is gesitueerd op het terrein van het voormalige l7de-eeuwse landgoed Saxenburg, waarvan alleen de vroeg l9de-eeuwse entree, bestaande uit een ijzeren hek tussen twee hardstenen pijlers, resteert en die reeds is beschermd op basis van de Monumentenwet (zie monumentnummer 9717). Het huis is teruggelegen ten opzichte van en haaks gesitueerd op de Mollaan, vanaf het entreehek via een rechte oprijlaan bereikbaar en wordt omgeven door een tuin, die tegelijkertijd met de bouw van het huis is aangelegd naar ontwerp van de tuinarchitect D.F. Tersteeg. Deze tuin, waarvan de aanleg grotendeels gaaf bewaard gebleven is, valt mede onder de bescherming. De bouwstijl, die in het begin van de twintigste eeuw tot ontwikkeling was gebracht, onder andere door Hanrath zelf, is gebaseerd op inheemse landelijke bouwkunst. Dit blijkt uit de toepassing van een grote rieten kap, lage zijwanden en ramen met roedeverdeling. Deze elementen van landelijke bouwkunst zijn evenwel door de architect gecombineerd met een symmetrisch opgezet bakstenen bouwlichaam, geïnspireerd op de sobere l7de- en vroeg l8de-eeuwse Hollandse baksteenarchitectuur, waaraan Engelse elementen zijn toegevoegd, zoals erkers. Deze combinatie van inspiratiebronnen was al eerder toegepast door architect K.P.C. de Bazel, onder andere in het landhuis De Maerle te Huizen uit l906, waarmee het landhuis van Hanrath verwantschap vertoont.
Waardering
Complex Saxenburg is van algemeen belang wegens cultuur- en architectuurhistorische waarde als representatief voorbeeld van villabouw met entreehek en tuinaanleg uit het eerste kwart van de 20ste eeuw gebouwd in een combinatie van sobere baksteenarchitectuur geïnspireerd op Hollandse l7de- en vroeg l8de-eeuwse bouwkunst en Engelse elementen; als representatief voorbeeld uit de latere fase van het werk van architect J.W. Hanrath; vanwege de samenhang met de omringende tuin, ontworpen door D.F. Tersteeg.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Woonhuis | Woningen en woningbouwcomplexen | Woonhuis(K) | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Mollaan | 1 | – | 2061 CR | Bloemendaal | Duin en Daal | – | Ja |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | A | 4509 | – | Bloemendaal |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1919 | 1919 | Oorspronkelijke bouwjaar | vervaardiging |