Huize Lariksheuvel, Bloemendaal
Het hoofdgebouw, een villa-achtig buitenhuis, is het hoofdonderdeel van het complex "Huize Lariksheuvel". Het pand is gebouwd op rechthoekige plattegrond met de korte zijde (zuid) naar de weg gekeerd. De oorspronkelijke indeling van het pand is grotendeels bewaard gebleven. De plattegrond vertoont verschillende vertrekken voor verschillende functies. Aan de westzijde zijn naast elkaar gelegen: een ontvangkamer met serre, de salon met terras en de eetkamer. Aan de andere zijde, op het oosten gericht, bevinden zich garderobe, entree, hal met trappenhuis en in de noordelijke hoek, enigszins uitgebouwd - eveneens naar Engels voorbeeld - de dienstvertrekken.
Het pand is opgetrokken uit baksteen, wit/grijs gepleisterd met uitzondering van de licht naar voren springende plint met rollaag, de strekken, de vensterbanken en het merendeel van de uitgebouwde schoorsteenpartij aan de zuidzijde. De plint is opgetrokken uit paarsrode baksteen in staand verband met rollaag van rood geglazuurde baksteen. De strekken, de vensterbanken en enkele onderdelen van de ingangspartij en de serre zijn groen geglazuurd.
Het pand bestaat uit twee bouwlagen onder een groot dak - met de nok loodrecht op de weg gericht - dat aan de zuidzijde als zadeldak en aan de noordzijde als schilddak is uitgevoerd. In dit grote dak zijn aan de west- en de oostzijde zadeldaken van de verschillende uitgebouwde delen ingelaten. De daken hebben een overstek en goten gevat in houten lijsten; zijn bedekt met geglazuurde rode tuiles-du-nord en worden op diverse plaatsen doorbroken door hoog opgaande schoorstenen voorzien van aardenwerken schoorsteenpotten. Op de noordelijke hoekkeper is een loden piron geplaatst.
Het merendeel van de deuren en vensters heeft bovenramen, welke door roeden in meerdere ruiten zijn onderverdeeld.
De westgevel heeft links en rechts een naar vorenspringend gedeelte onder zadeldak. Het linker deel springt meer naar voren; het rechter is hoger opgetrokken, zodat in de tamelijk symmetrische indeling van deze gevel een zekere variatie is aangebracht.
Het linker deel heeft op de begane grond een kruisvenster met luiken ter weerszijden van de onderramen; op de verdieping een erker, rustend op twee houten consoles en opgebouwd uit vier achtruitsramen boven een houten onderbouw. De geveltop springt boven de erker naar voren en rust op twee houten schoren. Deze geveltop is voorzien van windveren en twee negenruitsramen te midden van vakwerk.
Het rechter deel van de westgevel heeft op de begane grond een serre met een dubbele deur, die later door een raam vervangen is, en een raam ter weerszijden daarvan. Twee gelijkvormige ramen bevinden zich in het rechter zijvlak van de serre, aan de zuidzijde. Het dak van de serre fungeert als balkon voor de verdieping; hierop opent een enkele deur met een raam ter weerszijden daarvan. De zolderverdieping heeft een licht uitkragende geveltop, rustend op balkkoppen, en is voor het overige grotendeels hetzelfde gedetailleerd als de eerder beschreven geveltop aan de linker zijde van de westgevel. In plaats van twee negenruits- zijn hier twee vijftienruitsramen aangebracht.
Het middendeel van de westgevel heeft op de begane grond twee dubbele deuren, die openen op een terras, ter weerszijden van een rechthoekige erker; op de verdieping een dubbele deur in het midden en een openslaand raam ter weerszijden daarvan. Over de gehele breedte van dit middendeel loopt een balkon, dat evenals het balkon recht boven de serre, een balustrade heeft van houten latwerk tussen bakstenen penanten.
De twee naar voren springende bouwvolumen openen op de begane grond, in de zijvlakken, eveneens op het terras; het linker met een deur en een raam aan weerszijden; het rechter met een deur en één raam.
De oostgevel heeft links een naar voren springend deel onder zadeldak met op de begane grond de hoofdingang van het huis, gedetailleerd in de stijl van de Arts-and-Crafts. De ingang is ten opzichte van het gevelvlak teruggelegen in een portiek met rondboogopening. Deze opening wordt geaccentueerd door een boog van groen geglazuurde baksteen, die aan de binnenzijde van het portiek twee maal wordt herhaald. In het portiek bevindt zich rechts de voordeur, met ijzeren gehengen en beslag, links twee achtruitsramen; hierboven en boven de deur vier gelijksoortige ramen naast elkaar, gevat in een halfcirkelvormig kozijn. In de rechter zijmuur van het portiek bevindt zich een Jugendstil brievenbus in de vorm van een opengesperde bek van een kat.
Dit linker deel van de oostgevel heeft boven het ingangsportaal een kruisvenster met luiken ter weerszijden van het onderraam; daarboven een geveltop, gelijkvormig aan de recht achterliggende top aan de westgevel.
De oostgevel heeft rechts eveneens een naar vorenspringend bouwvolume met links een kap in de vorm van een zadeldak - voorzien van een dubbele deur te midden van tile-hanging in de geveltop - en rechts daarvan een plat dak. Dit bouwvolume heeft op de begane grond een driedelig venster met roedeverdeling, ter verlichting van de keuken. In de zuidgevel heeft dit bouwvolume boven elkaar een openslaande deur met tweeruitsbovenlicht en een kruiskozijn.
Het teruggelegen middendeel - afgesloten door een overstekende gootlijst op klossen - heeft drie vensterassen: op de begane grond drie kruiskozijnen, met luiken ter weerszijden van de onderramen en glas-in-lood in de bovenramen, afgewisseld door twee steunberen; op de licht uitkragende verdieping drie maal tweeruitsramen met glas-in-lood en luiken aan weerszijden. Onder deze ramen is over de gehele breedte van dit middendeel een houten lambrizering aangebracht. De steunberen die de overkragende verdieping dragen hebben aan de bovenzijde gebeeldhouwde, natuurstenen consoles met Jugendstil motieven (gestileerde bloemen).
De noordgevel heeft links in het uitgebouwde gedeelte op de begane grond een zogenaamd melkmeisje, dat wil zeggen een deur, aan de bovenzijde omsloten door een vensterstrook, in dit geval, met tien raampjes. Op de verdieping bevindt zich recht hierboven een vierdelig venster met roedeverdeling. Aan de westzijde heeft deze verdieping nog een tweedelig raam, elk met achttien ruiten.
Het middendeel van de noordgevel heeft van links naar rechts beschouwd, twee kleine raampjes boven elkaar en voorts een kruiskozijn en een tweedelig raam met luiken hierboven. Het rechter deel van de oostgevel springt ter hoogte van de verdieping terug - de overgang wordt gemarkeerd door een lessenaardak - en heeft in het midden een uitgebouwde schoorsteen die het dakvlak doorsnijdt.
De zuidgevel heeft links eveneens een uitgebouwde schoorsteen, die evenwel van beneden naar boven trapsgewijs smaller wordt. Het brede onderste deel, opgebouwd uit rode baksteen in halfsteens verband en afgezet met natuursteenblokken, heeft twee raampjes ter weerszijden van een tegeltableau. De ramen verlichten, naar Engels voorbeeld het zitje (inglenook) bij de haard, binnen. De schoorsteen heeft op de verdieping ook ramen, maar dan aan de zijkanten. Het tegeltableau, vervaardigd door Joost Thooft en Labouchere in Delft, heeft op een gele ondergrond als opschrift in rode letters: "Huize Lariksheuvel", omgeven door groene, gestileerde plantmotieven. Rechts van de schoorsteen heeft de zuidgevel een klein raam met luik op de begane grond, een zogenaamde oriël (erker) op de verdieping en twee ramen met roedeverdeling in de geveltop. Deze geveltop, met vakwerk, maakt een lichte voorsprong boven het overige deel van de gevel, aan de onderzijde begrensd door een lijst met balkkoppen.
Het rechter deel van de zuidgevel heeft twee identieke ramen boven elkaar met luiken ter weerszijden van de onderramen.
Het zadeldak boven de zuidgevel komt rechts (aan de oostzijde) verder naar beneden dan links.
Het grote dak, waarvan de nok loodrecht staat op de weg, heeft in het midden van zowel het westelijk, als het oostelijk dakschild een dakkapel met twee negenruitsramen onder zadeldak. Zowel het zadeldak, als de zijwanden van deze dakkapellen zijn belegd met aan de onderzijde afgeronde daktegels (tile-hanging). De linker risaliet van de westgevel heeft een gelijksoortige, maar kleinere dakkapel in het zuidelijk dakschild.
De BERGING aan de noordoostzijde van het hoofdgebouw is gebouwd op een rechthoekige plattegrond, bestaat uit één bouwlaag onder plat dak met overstek en is opgetrokken uit witgeschilderde, horizontale houten delen op een bakstenen basement, aan de bovenzijde afgezet met groengeverfde verticale delen die aan de onderzijde eindigen in een punt. De berging heeft aan de zuidzijde een deur met zes ruiten en een drieruitsbovenlicht en aan de westzijde een deur met aan weerszijden dubbele zesruits openslaande ramen.
Waardering
Het villa-achtig buitenhuis is van algemeen belang als historisch-functioneel hoofdonderdeel van het complex "Huize Lariksheuvel" en uit cultuur- en architectuurhistorisch oogpunt als gaaf bewaard voorbeeld van een in de Engelse landhuisstijl opgetrokken woonhuis uit het begin van de 20ste eeuw; tevens van belang als karakteristiek onderdeel van het oeuvre van architect J. Mutters jr. De berging is van belang als historisch-functioneel onderdeel van het complex "Huize Lariksheuvel".
??
Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Locatie
Complex "Huize Lariksheuvel", bestaande uit een VILLA-ACHTIG BUITENHUIS met bijbehorende BERGING, in l903 gebouwd door architect J. Mutters voor de Wed. mr. F. Alting Mees du Clay. De weduwe woonde, naar het schijnt, de meeste maanden van het jaar in Zwitserland, de overige maanden in Bloemendaal in Huize lariksheuvel. Lariksheuvel is gelegen in het villapark Hartelust dat in 1900 is aangelegd op de gronden van het voormalige landgoed Hartelust. Het villa-achtig buitenhuis is gebouwd in het geaccidenteerde duingebied ten westen van de Bloemendaalseweg, indertijd het overbos van het voormalige landgoed, genaamd Hoog Hartelust. De architect, Johannes Mutters jr. (1858-1930), wiens werk zich uitstrekt over de periode l890-1925, is voornamelijk werkzaam geweest in Den Haag. Begonnen in Neo-renaissancestijl, bouwde hij vooral rond de eeuwwisseling aldaar een aantal woonhuizen en winkelpanden met gevels in Jugendstil; terwijl omstreeks 1908/1910 zowel invloeden van de Um 1800-stijl, als van Berlage herkenbaar zijn. Het door Mutters in Bloemendaal gebouwde pand heeft nog enkele Renaissance elementen, zoals de kruiskozijnen met luiken aan weerszijden van de onderramen en is tevens voorzien van decoraties in Jugenstil. Voor het overige vertoont het pand voornamelijk invloeden van de Engelse landhuisbouw, met name van het Old English, gelet op onder meer het toepassen van verschillende kappen voor verschillende bouwonderdelen, het eenzijdig ver naar beneden doorgetrokken dakschild (aan de zuidoostzijde), topgevels met vakwerk; een grote, aan de zijkant uitgebouwde schoorsteenpartij, en een erker. De plattegrond van het huis vertoont overeenkomst met het in Engeland ontwikkelde north-corridor type, waarbij de woonvertrekken naast elkaar gelegen zijn aan de zonzijde, en de gang, het trappenhuis en de ingang aan de noordkant zijn gesitueerd.
NB De garage aan de westzijde van de villa (1931) valt buiten de bescherming.
Waardering
Het complex "Huize Lariksheuvel", bestaande uit een villa-achtig buitenhuis met berging, is van algemeen belang uit architectuurhistorisch oogpunt. Het villa-chtig buitenhuis is van belang als representatief voorbeeld van een buitenhuis gebouwd omstreeks 1900 onder invloed van de Engelse landhuisstijl, met name van het zogenaamde Old English, gecombineerd met enkele details ontleend aan Renaissance en aan Jugendstil; als goed voorbeeld van het werk van architect J. Mutters jr.; vanwege de gaafheid van hoofdvorm, detaillering en het toegepaste materiaal. Het pand is van cultuurhistorische betekenis als element uit de geschiedenis van het wonen in Nederland, in het bijzonder in villaparken, hetgeen vanaf het eind van de l9de eeuw voor welgestelden mogelijk werd gemaakt.
Eigenschappen
Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
---|---|---|---|---|
Landhuis | Kastelen, landhuizen en parken | Kasteel, buitenplaats | oorspronkelijke functie | Ja |
Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Potgieterweg | 3 | – | 2061 CS | Bloemendaal | Hoog Hartenlust | – | Ja |
Hoofdcategorie | Subcategorie | Beschrijving | Notitie |
---|---|---|---|
Woningen en woningbouwcomplexen | Woonhuis(K) | – | Villa |
Kadastraal perceel | Kadastrale sectie | Kadastraal object | Appartement | Kadastrale gemeente |
---|---|---|---|---|
– | A | 5383 | – | Bloemendaal |
Start | Eind | Notitie | Beschrijving |
---|---|---|---|
1903 | 1903 | Oorspronkelijke bouwjaar | vervaardiging |
Name | Beroep | Notitie |
---|---|---|
Mutters, J. ; Noord-Holland | architect / bouwkundige / constructeur | – |