Station Vogelenzang-Bennebroek, Vogelenzang

Inleiding

Voormalig SPOORWEGSTATION "Vogelenzang-Bennebroek" met dubbele bovenwoning, in 1880/1881 gebouwd aan de in 1842 door de Hollandse IJzeren Spoorweg-Maatschappij (HIJSM) aangelegde spoorlijn tussen Haarlem en Leiden.

Het station is naar alle waarschijnlijkheid ontworpen door architect D.A.N. Margadant die in die tijd voor de HIJSM werkte.

Het station is één van de vroegste voorbeelden waarbij de voor de stations in die tijd gebruikelijke neoclassicistische vormentaal wordt doorbroken door het aanbrengen van a-symmetrie in de rangschikking van de verschillende bouwonderdelen. (Voor het eerst was deze nieuwe ontwerpmethodiek toegepast bij het in 1877 gebouwde MES-station te Oosterbeek.) Hierdoor en door de toepassing van schilderachtige details, zoals het houtsnijwerk bij de veranda's en overstekende daken, is het station in overeenstemming gebracht met de landelijke omgeving.

In 1914 is de goederenloods aan de zuidzijde van het gebouw uitgebreid; in 1972 is een houten loods toegevoegd.

Sedert 1942 is het station niet meer in gebruik voor het personenvervoer; tot 1956 diende het nog wel als halte ten behoeve van het goederenvervoer; in 1965 is het ingericht als verkoop- en kantoorruimte. De verdieping wordt nog steeds bewoond.

In 1984 is de buitenretirade aan de noordzijde van het gebouw gesloopt.

NB. De houten loods uit 1972 valt niet onder de bescherming.

Omschrijving

Het voormalige station is gebouwd op een langgerekte, onregelmatige plattegrond, bestaande uit twee vrijwel vierkante onderdelen; het linker, met vestibule en plaatskantoor, groter dan het rechter, oorspronkelijk wachtkamer 3de klas. Deze twee onderdelen zijn met elkaar verbonden door de langgerekte, rechthoekige voormalige wachtkamer 1ste en 2de klasse, die op de begane grond voorzien is van een gaanderij aan de voorzijde (oost) en een waranda aan de achterzijde (west), welke tevens achter de wachtkamer 3de klasse is doorgetrokken.

De loods aan de zuidzijde van het station is gebouwd op rechthoekige plattegrond en in 1914 een stuk naar het zuiden uitgebreid.

Het station is opgetrokken uit crèmekleurig gepleisterde baksteen op zwart geverfde plint. Het pleisterwerk is voorzien van groeven ter imitatie van zandsteenblokken.

Het gebouw bestaat uit twee bouwlagen onder een samenstel van in elkaar geschoven schilddaken, oorspronkelijk bedekt met zwarte kruispannen, die later helaas door zwarte Hollandse pannen zijn vervangen. De daken zijn voorzien van een overstek, rustend op consoles, en een omlopende gootlijst.

Het merendeel van de vensters die in het gebouw zijn aangebracht zijn T-vormige schuiframen met segmentboogvormig afgesloten bovenlicht.

De voorgevel (oost) heeft links en rechts een naar vorenspringend gedeelte. Het linker deel is breder en hoger dan het rechter bouwblok. Bij beide blokken gaat de middelste travee hoger op, links hoger dan rechts, doorbreekt de dakrand en wordt afgedekt door een zadeldak dat in het schilddak is ingelaten. Het zadeldak heeft een makelaar en een overstek met daarin aangebracht een rijk bewerkt sierspant op consoles.

De beide bouwvolumen worden geleed door boven elkaar geplaatste pilasters met basement; de onderste vier aan de bovenzijde voorzien van een cirkelvormig ornament en onderling verbonden door een lijst; de bovenste elk van twee voluten ter ondersteuning van het overstekende dak.

De pilasters verdelen de gevels in drie traveeën.

De buitenste traveeën zijn zowel op de begane grond als op de verdieping voorzien van een T-venster.

De middelste travee heeft in het rechter blok op de begane grond een gelijkvormig venster en op de verdieping openslaande deuren die openen op een klein balkon. In het linker blok bevindt zich op de begane grond in het midden de hoofdingang, te bereiken via een brede hardstenen stoep van twee treden. Deze ingang bestaat uit een dubbele paneeldeur bekroond door een lessenaardak, met omlopende geprofileerde lijst, rustend op houten consoles voorzien van houtsnijwerk. Boven de ingang bevindt zich op de verdieping een dubbele openslaande deur met een smal venster aan weerszijden. De deuren openen op een balkon gelijkvormig aan dat aan de rechterzijde.

De middelste travee wordt afgesloten door een geveltop. In de linker top is een rechthoekig kruisvormig venster geplaatst, in de kleinere top rechts een rond raam.

De brede geprofileerde lijst die bij beide bouwvolumen de twee bouwlagen van elkaar scheidt, is als horizontale geleding doorgetrokken over het teruggelegen middendeel en tevens langs de overige gevels. Deze lijst bevat bij voor- en achtergevel in elke vensteras een verdiept, rechthoekig vak voorzien van geglazuurde tegels met gekrulde acanthusbladeren (arabesken) in verschillende kleuren op een zwarte ondergrond.

Aan de voorzijde is in het midden van deze panelen tussen de acanthusbladeren tevens een schild weergegeven met daarop de initialen van de HIJSM.

Een gelijksoortige versiering is aangebracht onder de daklijst, rondom het hele pand. Deze versiering, die bestaat uit geglazuurde tegels met gekleurde bloemen (tulpen) op een groen-blauwe ondergrond, is het beste zichtbaar aan de voorzijde in drie naast elkaar gelegen vakken onder het venster van de linker geveltop.

Het teruggelegen middendeel aan de voorzijde heeft op de begane grond twee vensters en een deur die openen op de zogenaamde gaanderij.

De zijgevels van de twee naar voren springende bouwblokken hebben elk op de begane grond een dubbele deur die uitkomt op deze gaanderij. De linker deur geeft toegang tot de wachtkamer 2de klasse, de rechter tot de wachtkamer 3de klasse, zoals boven deze deuren geschreven staat.

De gaanderij heeft een vloer die iets hoger is gelegen dan het straatniveau en is bedekt met tegels, langs de buitenzijde afgegrensd door een natuurstenen lijst. Hierop steunen geprofileerde houten stijlen die aan de onderzijde, behalve voor de deuropening, door een balustrade onderling verbonden zijn, en aan de bovenzijde door houtsnijwerk. Op deze stijlen rust een lessenaarsdak met gootlijst.

De verdieping van het middendeel wordt geleed door drie vensters die recht boven de vensters en deur op de begane grond zijn geplaatst.

De rechter zijgevel (noord) heeft geen deur- en vensteropeningen. Oorspronkelijk bevond zich hier op de begane grond de zeshoekig uitgebouwde retirade met toiletten en bergruimte, die in 1984 is gesloopt. Ter hoogte van de verdieping is tussen de horizontale lijnen van het pleisterwerk een langgerekte cartouche aangebracht waarop oorspronkelijk de naam van het station stond geschreven: Vogelenzang-Bennebroek.

De achterzijde (west), evenwijdig gelegen aan de spoorlijn, heeft links een langgerekt teruggelegen deel, dat op de linker hoek is voorzien van twee pilasters boven elkaar en op de begane grond van links naar rechts beschouwd wordt geleed door twee dubbele deuren van de voormalige wachtkamer 3de klasse, een raam, en een dubbele deur en raam van de voormalige wachtkamer 1ste klasse.

Tussen de deur- en vensteropeningen zijn houten banken met rugsteunen geplaatst.

Deze deuren en vensters openen op een tegen de gevel geplaatste waranda die is opgebouwd uit geprofileerde houten stijlen, op natuurstenen neuten, aan de onderzijde door middel van een balustrade onderling verbonden, behalve op twee plaatsen, links en rechts, om doorgang te verlenen tot het perron.

De stijlen zijn aan de bovenzijde door houten latwerk verbonden en dragen een lessenaardak met witgeverfde omlopende gootlijst.

Al het overige houtwerk van zowel deze waranda, als van de gaanderij aan de voorzijde is geschilderd in een paars-bruine kleur. De vloer van de waranda is met tegels bedekt.

In het muurwerk van de verdieping zijn zes verdiepte vakken aangebracht. Vanaf links beschouwd bevat het eerste en derde een schuifraam; het tweede, vierde, vijfde en zesde een in rode tekening aangebrachte decoratie in renaissancestijl, gelet op de toepassing van cartouches met rolwerk, kandelabers en festoenen, voorstellende - zoals aan de onderzijde in elk vak met letters is aangeduid - respectievelijk Vogelzang, Visch, Bloemen en Wild, verwijzend naar de natuurrijke omgeving dicht bij zee.

Het rechter deel van de achtergevel springt naar voren, wordt op de hoeken geleed door twee boven elkaar geplaatste pilasters, gelijkvormig aan die aan de voorzijde en bevat op de begane grond, van links naar rechts beschouwd, twee smalle deuren naast elkaar, een venster en een dubbele deur. Op de verdieping bevinden zich recht hierboven drie vensters. In de zuidelijke zijgevel bevat dit bouwvolume op de begane grond één venster, gelijkvormig aan de bovengenoemde ramen.

Het overige van de zuidgevel is hetzelfde gedetailleerd als de noordelijke zijgevel.

Tegen deze gevel is de goederenloods geplaatst die in 1914 werd verlengd. De loods is gebouwd op rechthoekige plattegrond en is opgetrokken uit crèmekleurig gepleisterde baksteen en grijs geverfde plint. Het pleisterwerk, met pilasters op de zuidoost- en zuidwesthoek, is voorzien van groeven.

De loods bestaat uit één bouwlaag onder zadeldak met overstek, omlopende gootlijst en makelaar aan de zuidzijde. Het dak was oorspronkelijk bedekt met zwarte kruispannen, die later helaas door zwarte Hollandse pannen zijn vervangen.

Het oorspronkelijke gedeelte heeft van rechts naar links beschouwd een groot raam (ter vervanging van een dubbele deur met bovenlicht), een verdiept vak met later dichtgemaakt bovenlicht en een dubbele deur met daarvoor een houten flonder, die later is doorgetrokken voor het in 1914 toegevoegde gedeelte met nogmaals een verdiept vak met dichtgemaakt bovenlicht en een dubbele deur. Alle deuren en voormalige vensters zijn aan de bovenzijde segmentboogvormig afgesloten.

De achtergevel (west) van de loods heeft dezelfde indeling als de voorgevel, maar is evenwel meer intact gebleven. Alleen de meest noordelijk gelegen dubbele deur is dichtgezet, met uitzondering van het bovenlicht.

De zuidgevel van de loods, uit 1914, heeft een dubbele deur; de geveltop is voorzien van verticale houten delen.

Van het oorspronkelijke gebouw zijn inwendig de indeling en detaillering voor een belangrijk deel bewaard gebleven, in het bijzonder de vestibule, met tegels op de vloer en langs de wanden, en het plaatskaartenkantoor met loketten.

Waardering

Het voormalige station is van algemeen belang wegens architectuurhistorische, cultuurhistorische en typologische waarde: als representatief en zeldzaam wordend voorbeeld van een volledig bewaard gebleven stationsgebouw uit het laatste kwart van de 19de eeuw; vanwege de gaafheid van hoofdvorm, detaillering en het toegepaste materiaal; vanwege de grotendeels bewaard gebleven indeling van het interieur en van diverse daarin aangebrachte onderdelen, zoals de loketten tussen de vestibule en het plaatskaartenkantoor; als goed bewaard gebleven station aan de oudste spoorlijn van Nederland; vanwege de goede kwaliteit van het ontwerp; als vroeg voorbeeld van de toepassing van a-symmetrie bij de stationsbouw; als één van de weinige voorbeelden in Nederland van het aanbrengen bij een stationsgebouw van diverse rustieke details, zoals veranda's en houtsnijwerk, waardoor het gebouw in overeenstemming is gebracht met de landelijke omgeving en de daarin gebouwde villa's die in die tijd (ca. 1880) dezelfde rustieke kenmerken vertoonden.

Het station heeft situationele waarde vanwege de beeldbepalende ligging op de kruising van Leidsevaartweg en Bekslaan.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
511154
Provincie
Gemeente
Plaats

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Spoorwegstation Handelsgebouwen, opslag- en transportgebouwen Transport oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Leidsevaart 34 2114 AC Vogelenzang Ja
Leidsevaart 36 2114 AD Vogelenzang
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Handelsgebouwen, opslag- en transportgebouwen Transport
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
G 705 Bloemendaal
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1880 1880 Vermoedelijk vervaardiging
Ambachten
Name Beroep Notitie
Marchant, D.A.N. ; Noord-Holland architect / bouwkundige / constructeur
Naar boven